Leon Verdonschot

‘Zo herken je de dictator van morgen’

Open brief van Leon Verdonschot aan Tunahan Kuzu van Denk.

Leon Verdonschot

Beste Tunahan Kuzu van Denk,

Deze week noemde je in het Kamerdebat over de avondklok demissionair premier Mark Rutte ‘de dictator van de Lage Landen’. Je bent niet de enige (aspirant-) politicus die met zulke termen smijt. Eerder noemde PVV-leider Wilders de tijdelijke coronawet een ‘totalitaire wet’ en sprak hij over de ‘anderhalvemeterdictatuur’. Op 21 januari stelde Forum voor Democratie: ‘Het “afgetreden” kabinet maakt van Nederland een #politiestaat.’

En Willem Engel is door al zijn vergelijkingen met de Tweede Wereldoorlog heen, en spreekt inmiddels van ‘het regime’.

Je zou bijna vergeten dat er volgende maand gewoon verkiezingen zijn, en dat iedereen die van Mark Rutte af wil of vindt dat de coronamaatregelen disproportioneel zijn, gewoon kan stemmen op iemand anders. Hoe dictatoriaal.

De mensen die ‘dictator Rutte’ wel lekker vinden klinken, zouden op u kunnen stemmen, op Wilders, of op FvD. Je kunt zelfs op Willem Engel stemmen, al is dat wat ingewikkeld, omdat er van zijn Vrij Sociaal Nederland na een ruzie (vreemd toch, dat mensen die alleen maar liefde verspreiden zo vaak ruzie krijgen) twee versies bestaan, met een blanco lijst mét Engel in twaalf kieskringen en een lijst zónder Engel in zes kieskringen. Dus het zou kunnen dat je moet verhuizen om op Willem Engel te stemmen, maar goed, wie dat overweegt, is waarschijnlijk tot álles in staat.

De ironie is natuurlijk dat de partijen die roepen dat Nederland een dictatuur is één ding met elkaar gemeen hebben: een ernstig gemankeerd gevoel voor democratie. Uw clubje beroepsgeborneerden is de officieuze stem van Erdogans bewind in onze Tweede Kamer. Geert Wilders, fan van antidemocraat Orbán, leidt een partij die niet eens voldoet aan het meest basale kenmerk van een democratische partij: de mogelijkheden om er lid van te worden. Voor we konden lezen wat Thierry Baudet, fan van antidemocraat Poetin, uitkraamt in zijn groepsapps, was hij al open over zijn opvattingen over democratie. In 2017 sprak hij in Nieuwspoort: ‘Het allerbeste zou zijn als wij absolute heersers zijn. In het parlementarisme kun je geen grote beleidswijzigingen doorvoeren.’ En wat Willem Engel opheeft met een van de meest elementaire kenmerken van een rechtstaat, namelijk het gezag van het recht, bleek afgelopen week maar weer. Eerst was er die poging om het gerechtshof te wraken, onder meer omdat alleen zijn advocaat mocht spreken, en Engel zich nou eenmaal juridisch laat bijstaan door een man die wel een strafblad heeft, maar geen titel van advocaat. Willem Engel vindt vast ook dat hij als minister het woord mag voeren wanneer hij de Trêveszaal binnenloopt. Toen het hof uiteindelijk oordeelde dat de avondklok toch in stand bleef tot het hoger beroep, liep Engel woedend de rechtszaal uit. Zo werkt dat met dit soort types: als ze zelf gebruik kunnen maken van de rechtstaat, zullen ze het altijd doen. En als dat niet lukt, vinden ze de rechtstaat weer het regime.

In wezen is het dus simpel: het alternatief voor een rechtse democraat is nooit degene die hem uitmaakt voor dictator. Sterker, zo herken je de dictator van morgen.