A glorious past, a brilliant future: de epische kruistocht van de Amsterdam Crusaders

De American footballers van Amsterdam Crusaders gaan zondag tegen de Lelystad Commanders zeker weer de Tulip Bowl winnen. Alle tien competitiewedstrijden werden met grote overmacht gewonnen. 'Maar we moeten de wedstrijd eerst nog spelen.'

Amsterdam Crusaders

Hij gebaart mee te lopen naar een voormalige bouwkeet die dienstdoet als kantine. Binnen staat een bescheiden vitrine met wat prijzen, en een kleine bar die al 35 jaar het domein is van tante Roos en haar zus Nel – respectievelijk 83 en 77 jaar. Maar wat Ronald Buijs vooral wil laten zien, hangt juist op de muur tegenover de bar. Het is een langwerpig stuk papier met daarop een zin geschreven.

‘Ze vroegen bij de club of ik een leuke leus kon verzinnen. Toen kwam ik met deze,’ zegt Buijs, zelf een van de spelers van Crusaders in de hoogtijdagen in de jaren 90, en tegenwoordig een van de jeugdcoaches bij de club. Zes jaar lang, van 1999 tot 2005, was hij general manager van de Amsterdam Admirals, het professionele team in Amsterdam dat onder de vlag van de NFL in de NFL Europe speelde.

Dit verhaal gaat echter niet over de Admirals, maar over de Crusaders. En over dat papiertje op de muur waarop staat: ‘A glorious past, a brilliant future. Cru family start something great!’ Buijs leest het nog eens voor. ‘Het klopt ook wat er staat. Maar wat ze hier bij Cru niet wisten, is dat ik die leus van Real Madrid heb geleend. En ze zijn hier allemaal voor Barcelona, haha.’

Het onderkomen van de American footballclub ligt ietwat weggestopt op sportpark Sloten in Amsterdam. Wie langs alle voetbalclubs loopt die het sportpark nog rijk is, kan het niet ontgaan dat de American footballclub de achterste velden bestiert. Naast een veldje van natuurgras, met vervallen tribunes aan de zijlijn, ligt een haast fonkelnieuw kunstgrasveld. Compleet met football-belijning en ‘geschilderde’ endzones, waarin groot de letters AMSTERDAM en CRUSADERS leesbaar zijn. Ook handig voor de vakantieganger die richting Schiphol nog even snel uit het raampje kijkt.

Het is deze avond druk op het kunstgras. Op het gedeelte voor de kantine trainen de junioren, op het achterste gedeelte doen de senioren het rustig aan. Op het naastgelegen veld van gewoon gras trainen ook nog de jongste leden, de cadets. Al deze ploegen spelen op 6 of 7 juli de finale in hun leeftijdscategorie.

De Crusaders hebben inmiddels tweehonderd actieve leden, en blijft vooral bij de jeugd groeien. Zo sterk zelfs, dat er een ledenstop aan zit te komen, zegt Robert von Gerhardt, een van de oprichters van de club, trots. Geen van de andere vijftien clubs in Nederland (acht in de eredivisie en zeven in de eerste divisie, waarin ook het tweede team van de Crusaders speelt) kan zulke aantallen overleggen.

Ook wat de prestaties betreft vormt de Amsterdamse club een berg in een verder oer-Hollands vlak landschap. De Tulip Bowl – de finale van de competitie – wordt komende zondag (7 juli, in Arnhem) voor de 35ste keer gespeeld. In 27 van de 34 vorige edities waren de Crusaders vertegenwoordigd, negentien keer won de ploeg de finale. En zondag volgt zege nummer twintig.

Het is natuurlijk not done om bij voorbaat te zeggen dat je de finale gaat winnen, maar bij de Crusaders zelf zal niemand uitgaan van een nederlaag. Laten we nog een stapje verder gaan: het belooft niet eens een spannende strijd te worden. In de Tulip Bowl wacht Lelystad Commanders, dat eerder dit seizoen al met 42-3 werd verslagen. Alle tien competitiewedstrijden werden met grote overmacht gewonnen. Het aantal punten dat Cru scoorde, lag gemiddeld vijftig punten hoger dan die van de tegenstander. In de play-offs werd Lightning Leiden met 62-0 naar huis gestuurd, waardoor de ploeg nu al vier duels op rij geen enkel punt tegen kreeg.

Als we langs de lijn staan, komt de man met wie we deze avond hebben afgesproken van het veld gelopen, met zijn karakteristieke flat cap op, en een grijs T-shirt van de Crusaders aan waarvan het rood van het logo inmiddels roze is geworden. Robert von Gerhardt (55) richtte 35 jaar geleden de club op en zit nog altijd in het bestuur. Ook hij behoort tot de generatie spelers die in 1991 en 1992 de beste van Europa werd, en in 1988, 1989 en 1993 de Europese finale, de Euro Bowl, haalde. En ook hij was ooit werkzaam bij de Admirals, onder meer als coach.

Als we toch aan het opsommen zijn: in 1981 was Von Gerhardt eveneens een van de oprichters van de eerste American footballclub in Amsterdam, de Amsterdam Rams. De naam was een verwijzing naar een van de populairste ploegen uit de NFL, de LA Rams. ‘We hadden net als de Rams geel-blauwe broeken. Het waren niet eens echte footballbroeken, maar gewone trainingsbroeken die we een maatje te klein hadden gekocht zodat ze lekker strak zaten,’ vertelt Von Gerhardt als we op het terras hebben plaatsgenomen.

Tante Roos zorgt voor koffie terwijl Von Gerhardt op het terras voor de kantine verder vertelt over die eerste dagen van het American football in Amsterdam. Het was in de beginjaren 80 behelpen, want zoiets als goede schouderbescherming hadden de spelers niet. ‘De pads maakten we van emmers die we verknipten. Daarachter plakten we dan schuimrubber.’

De Rams trokken als pioniersclub in Nederland echter de ‘verkeerde lui’ aan. ‘Vooral van die sportschooltypes,’ zegt Von Gerhardt. ‘Er waren te veel gasten die het veld op gingen met het idee om even lekker te beuken, om de tegenstander te blesseren. Wij hadden de club niet met dat idee opgericht. Die groep was echter te groot om het nog te veranderen, vandaar dat we na drie jaar zijn opgestapt en de Crusaders hebben opgericht.’

In tegenstelling tot de naam Rams was de naam Crusaders niet slechts een verwijzing naar een van de teams in het football-walhalla NFL. ‘Die naam hebben we bedacht omdat we vonden dat we op een soort van missie, crusade, waren. Football moest voor iedereen toegankelijk worden. Het moet leuk zijn, attractief. Voor die sportschooltypes, maar ook voor de kleine atleten, en iedereen daar tussenin. Onze eerste wedstrijd speelden we op Voorland, waar ook Ajax trainde. We speelden uitgerekend tegen de Rams, en verloren met 60-0.’

In de Tulip Bowl van 1985, die nog Super Bowl heette, verloren de Crusaders ook van de Rams, maar vanaf 1987 won de jongste van de Amsterdamse club vijfmaal op rij de nationale competitie. En ook Europees ging het dus goed, met de winst van de Euro Bowl. De Rams bestonden toen al niet meer; de stekker werd in 1990 uit de club getrokken.

‘De overmacht die we dit seizoen in de eredivisie hebben, hadden we toen ook,’ zegt Von Gerhardt. ‘In 1987 speelden we tijdens een toernooi in het Olympisch Stadion tegen de Paris Blue Angels. Zij hadden een geweldige Amerikaanse quarterback, Paul Troth. Die hebben we toen overgehaald om in Amsterdam te komen spelen. Dat was een voltreffer. Hij is, denk ik, een van de beste spelers ooit in de Nederlandse competitie. Met hem waren we oppermachtig. Dan gingen we het team af om te kijken wie nog niet had gescoord, om die speler dan de bal te geven. Nee, de honderd hebben we niet gehaald, volgens mij. Onze grootste uitslag was 90-6.’

Nog altijd is Cru bezig met een ‘kruistocht’, hoewel de club in Nederland al op eenzame hoogte staat. Ook op Europees niveau weer een structurele rol van betekenis spelen, is wat de club wil. Op een competitiewedstrijd komen zo’n honderd toeschouwers af, veelal familie van de spelers. Bij Europese wedstrijden loopt dat aantal op tot vijfhonderd. Wie weet wat de aantrekkingskracht is als de ploeg echt weer meetelt... De weg naar die briljante toekomst gaat door een groot gebied niemandsland. Het wordt lastig Europees aan te haken. Het American football heeft sinds de beginjaren 90 vooral in Duitsland een verdere groei doorgemaakt. Dat is mede te danken aan de NFL Europe, dat bij het begin in 1995 twee Duitse teams telde en bij het einde in 2007 liefst vijf. De dependance van de NFL deed bij de oosterburen wat in Nederland niet echt lukte: een grote massa enthousiast maken voor de sport. Von Gerhardt: ‘Wij dachten met de komst van de Admirals in Amsterdam ook: nu gaat het gebeuren. Maar dat viel tegen. De sport groeide niet. We hebben moeten concluderen dat het American football een marginale sport is in Nederland.’

Het belemmert Crusaders niet om groots te denken. Er is de club veel aan gelegen om Europees succes te behalen en dat moet zelfs de komende drie jaar al gestalte krijgen. Vorig seizoen besloot Cru de vaderlandse competitie links te laten liggen en zich geheel te focussen op het Europese toernooi. Het leverde niet het gewenste resultaat op; van de acht wedstrijden werden er zes verloren. In de strijd om een plek in de Euro Bowl verloor de ploeg redelijk kansloos van Frankfurt Universe (9-40) en de uiteindelijke winnaar New Yorker Lions (uit Braunschweig, 0-60).

Omdat het tweede team van Crusaders in eigen land promoveerde naar het hoogste niveau, mocht het eerste team dit seizoen weer gewoon meedoen in de eredivisie. Ook dit seizoen bleef Europees succes uit. De ploeg haalde weliswaar de Euro Bowl, maar hoefde daar niets voor te doen. De Europese finale werd door gesteggel binnen de twee Europese bonden een duel waar twee clubs voor werden uitgenodigd, waaronder de Crusaders. Tegenstander Potsdam Royals, een middenmoter in de GFL (German Football League) was een paar maatjes te groot: 62-12.

‘Het was even schakelen naar een veel hoger niveau. Je zag dat bij Ajax ook tegen Real Madrid en Juventus. De spelers hadden even nodig om zich aan te passen.’ Aan het woord is Hassan Alebade, de 26-jarige head coach van de Crusaders. Hij is na de training aangeschoven. ‘Het was een zware wedstrijd. Waar onze spelers normaal tegen jongens van 80 kilo spelen, stonden ze nu tegenover gasten van 130 kilo. Dat is even wat anders. Potsdam heeft wel het niveau waar wij met Cru heen willen.’

Om het verschil tussen de beste club van Nederland en de top in Duitsland anders uit te drukken: Potsdam werkt met een begroting van twee ton, waar de spelers van Crusaders ‘gewoon’ contributie betalen. Zo’n 300 euro per jaar. Dan hebben ze wel de garantie dat ze de Tulip Bowl halen. Als we Alebade ook alvast feliciteren met het heroveren van de landstitel – die ging vorig jaar bij afwezigheid van de Crusaders naar Hilversum Hurricanes – begint hij te lachen. ‘We moeten de wedstrijd eerst nog spelen. Als we doen wat we het hele seizoen al doen, moeten we zeker kunnen winnen, maar ik heb mijn spelers ook gewaarschuwd. Een foutje in de reguliere competitie kun je wegpoetsen, als je het in de finale verprutst, sta je met lege handen.’

Wat is er volgens de head coach nodig om de stap te maken, behalve geld? ‘We moeten in elk geval zorgen dat we deze groep een paar jaar bij elkaar houden. Ook wij hebben te maken met dat grote talenten naar het buitenland gaan, zoals naar het collegefootball in de VS. Daarnaast moet football meer een levensstijl worden bij die jongens. Drie keer trainen per week alleen is niet genoeg, je moet ook naar de gym, op Youtube tactische filmpjes kijken en rekening houden met je voeding. Die bereidheid is er toch minder dan toen ik zelf nog speelde. Wij trokken echt met elkaar op, ons team was een vriendengroep. Ik klink misschien als een ouwe lul, maar de nieuwe generatie spelers doet het football er een beetje bij. Ze hebben zoveel andere dingen te doen.’

Von Gerhardt knikt als Alebade over kameraadschap in het team spreekt. Hij herkent het van de jaren 90. ‘Weet je, veel van de oprichters van de Crusaders staan nu nog op het veld. Mijn broer Raymond, Menno Gibson is vicevoorzitter, Marcel Denneboom tackle-coach van de jeugd. Winston Ronde was een paar jaar terug nog de head coach.’ En de volgende generatie staat op het veld. Dennebooms zoon Jason is inmiddels verkast naar Engeland, waar hij in de University League furore maakt. Von Gerhardts zoon Dylan is een van de offensieve leiders van Cru. Broer Raymond wijst naar de nummer 44 op het veld, de zoon van oud-teamgenoot Michel van der Lijcke. ‘Een groot talent ook.’

De vraag is of zij dezelfde glorietijd kunnen gaan meemaken als hun vaders. Daarvoor is geld nodig, zo simpel is het eigenlijk, stelt Von Gerhardt. ‘We willen eigenlijk een paar goede Amerikanen kunnen aantrekken, zoals Troth in de jaren 90. Een paar jaar terug hadden we met Allan Bridgford een quarterback die net als Troth het niveau van de hele ploeg wist omhoog wist te trekken. Omdat hij zo snel was, moest de hele offense sneller reageren, maar op de trainingen de defense dus ook. Zo maak je stappen als ploeg. Maar je moet geluk hebben dat je de juiste Amerikaan aantrekt. We hebben ook jongens gehad die het verschil niet konden maken.’

De roep om sponsors is groot, maar wat organisatie betreft teert de club op vrijwilligers, en die klimmen niet dag en nacht in de telefoon om bedrijven te benaderen. Misschien dat de bouw van een nieuwe tribune, met daaronder een kleedkamerzone, de Crusaders aantrekkelijker maakt. De bouw moet in het najaar beginnen. ‘Met het nieuwe complex kunnen we hier volgend jaar gemakkelijk de Tulip Bowl organiseren,’ stelt Von Gerhardt. ‘Maar we kunnen dan ook Amerikaanse collegeteams ontvangen die in voorbereiding op hun seizoen in Europa op zoek zijn naar een plek om te trainen. Zo komen we misschien weer in contact met spelers die in de toekomst voor ons willen spelen, en komt er wat geld in het laatje.’

Tekeningen van het nieuwe onderkomen hangen onder de leus in de kantine. Niet voor niets. Het is misschien wel de belangrijkste stap op weg naar een ‘brilliant future’. Niet alleen in Nederland, maar ook in Europa. Zoals ooit al het geval was, in de ‘glorious past’.

Sport
  • Getty Images