Dries Roelvink over S10: ‘Wat is er met dat kind aan de hand?’

Voluit heet ze Stien den Hollander (21). Je schrijft S10, maar je spreekt het uit als Estien. En ze gaat een mooi liedje namens ons zingen op het Eurovisie Songfestival.

S10

Nogal een breekbaar meisje dat we namens 17 miljoen critici op pad sturen om ons land te vertegenwoordigen voor 183 miljoen kijkers uit 234 landen?

Dat klinkt als een enorme klus en dat is het ook. Maar zangeres en rapper S10 heeft al zoveel persoonlijke overwinningen geboekt en demonen verslagen, dat ze inmiddels sterk genoeg in haar schoenen staat om de wereld omver te blazen met haar fragiele, heldere en originele stemgeluid. Dat er een zwaar verhaal vastzit aan deze 21-jarige doorzetter, zal heel Europa ook wel meekrijgen. Een aanzienlijk deel van haar tienerjaren bracht S10 door in psychiatrische instellingen. Toen ze zestien was, maakte ze op haar slaapkamer het mini-album Antipsychotica met als thema haar depressies, psychoses en pogingen tot zelfdoding. S10 is openhartig en eerlijk over haar diepste zielenroerselen en juist daardoor is haar muziek zo mooi: je voelt de pijn kraken en breken in iedere beat die ze boemt en elke noot die ze zingt.

Het is de derde keer op rij dat we een nog tamelijk onbekende artiest richting het Eurovisie Songfestival sturen, is dat handig?

Nederland heeft een lange traditie van het sturen van gevestigde nationale artiesten naar Europa’s grootste internationale muziekpodium. Dat heeft na 1975 nooit meer goed uitgepakt, behalve toen we in 2019 voor de eerste keer eens een wat minder beroemde artiest stuurden: tot ieders verrassing en verbazing sleepte Duncan Laurence de overwinning (en daarmee de organisatie van het festival in Rotterdam vorig jaar) binnen. Vanwege die onverwachte wending, besloot de organisatie het jaar erna Jeangu Macrooy te sturen, van wie ook nog nooit iemand had gehoord. En nu dus S10, die zichzelf met haar deelname tevens in één klap op de kaart zet. En dat terwijl Dries Roelvink ook zo graag had gewild...

Wat vindt S10 van zichzelf?

‘Ik heb de stemmen in mijn hoofd op de achtergrond weten te plaatsen.’

Wat vinden wij van S10?

Die stemmen kunnen we straks goed gebruiken voor de uitslag in de halve finale van het Eurovisie Songfestival.

Wat is er met dat kind aan de hand?

Dries Roelvink

Wat vinden anderen van S10?

DRIES ROELVINK

afvaller Songfestival

‘Toen ik mijn bijdrage voor het Eurovisie Songfestival instuurde, dichtte ik mezelf 10 procent kans toe. Ik ben nu 63 en ik had een ballad opgenomen die misschien een betere inzending was geweest voor het Songfestival van 1985. Of ik teleurgesteld was? Lichtelijk. Toen ik S10 googelde, zag ik wat zij allemaal al heeft meegemaakt. Ik wist niet wat ik las en dacht: wat is er met dat kind aan de hand? S10 is niet echt een zangeres van wie ik denk: die blaast heel Europa even omver. Ik hou meer van een echte zangeres zoals Trijntje of Glennis. Maar mijn zoon Dave Roelvink hoort iets engelachtigs in haar stem.’

CORNALD MAAS

selectiecommissie songfestival

‘Al direct na de finale van vorig jaar gaf Stien op sociale media aan naar het songfestival te willen. Toen wij met haar gingen praten, waren we onder de indruk van haar ambitie en plannen. Toen zij ons haar song stuurde, al helemaal. Ze heeft een ongekend charisma en haar stem kruipt meteen onder je huid. Ze snapt heel goed hoe je een song naar een groot, ook internationaal, publiek moet communiceren. En ik denk dat ze – onder meer door alles wat ze in haar leven al heeft meegemaakt – ook mentaal heel goed in staat is om zo’n grote, ongewisse competitie als het songfestival ferm te “overleven”. En, ook niet onbelangrijk: het lied dat ze straks voor Nederland zal zingen, is heel overrompelend en sterk.’

SANNE KRAAIJKAMP

lotgenoot

‘Ik had nog nooit van de beste meid gehoord, maar dat ligt vooral aan mij. Dat S10 zo open spreekt over haar bipolaire persoonlijkheidsstoornis, vind ik heel belangrijk. Ik ben zelf ook altijd open over mijn borderline en bipolaire stoornis. Er kleeft een stigma aan mensen met persoonlijkheidsstoornissen, psychische klachten en depressies. Van die vooroordelen moeten we eens af! Mijn vader Johnny Kraaijkamp sr. had manische buien en kampte met grote stemmingswisselingen. Als ze hem in deze tijd naar een therapeut zouden hebben gestuurd, was hij zo bipolair als een deurnagel. Het is een goede zaak dat S10 het taboe helpt te slopen met haar openhartigheid.’

WENDE SNIJDERS

vriendin & collega

‘Ik heb een groot hart voor S10 en een groot geloof in haar. Privé vind ik haar heel lief, eigen, grappig, slim en eigenwijs. Als artiest dicht ik haar diezelfde eigenschappen toe. Ze durft risico’s te nemen en haar eigen weg te gaan. Ze wil graag doen wat ze zelf wil, maar om dat in zo’n grote arena als het songfestival te doen: dat vind ik ballen hebben. De sociale druk en de prestatiedruk zijn hoog; dat ze dat op haar leeftijd aangaat, vind ik heel tof. Zelf vind ik het te groot: niet het optreden zelf, maar het circus eromheen vind ik te overweldigend. Ik denk dat ik het wel zou kunnen, maar het is niet mijn eerste ambitie. Op haar laatste plaat Vlinders zingen we een liedje dat we samen hebben gemaakt. We kunnen echt sparren over het vak en we leren van elkaar. In de aanloop naar het songfestival begeleid ik haar een beetje in haar performance. Ik respecteer haar enorm als kunstenaar en ben heel blij dat we met elkaar op dezelfde golflengte zitten. Ik vind haar heel inspirerend.’

LANGE FRANS

collega-rapper

‘Niet alleen in de hiphop, maar ook in de Nederlandstalige scene: negen van de tien acts zijn mannen. Een vrouwelijk geluid is dus goed. Er zijn best veel vrouwelijke rappers, maar die hebben misschien niet de mogelijkheden, het team, het management of de labelsituatie die S10 momenteel geniet. We hebben heus wel nog tien andere ontzettend dope vrouwelijke rappers, S10 is niet een van de weinigen. Maar vrouwen krijgen over het algemeen niet heel veel aandacht in een mannelijk gedomineerde wereld. Inhoudelijk gaat het bij haar over psychische problemen en dat is een hot topic. Veel jonge luisteraars, kinderen en jeugd, voelen zich onbegrepen, niet gehoord en alleen gelaten, zeker in deze coronajaren. Dat geluid vertolkt zij en dat geluid is niet aan dovemansoren gericht.’