‘Een gratis tip voor alle dames: als je in een restaurant zit, hang dan nooit je handtasje achter je stoel. Als er een zakkenroller langsloopt, ben je dat mooie tasje meteen kwijt.’ Met dat stukje gratis advies opende Jaime van Gastel, bij zijn 80.000 volgers wereldberoemd als de Boevenspotter, in 2018 zijn best bekeken YouTube-vlog. Om de lens van zijn discrete GoPro-cameraatje direct te verschuiven naar een jongen in een grijze jas. Die, met zijn handen in zijn zakken, krampachtig heen en weer schuifelt voor de ingang van Madame Tussauds, met 650.000 jaarlijkse bezoekers behorend tot de drukste vierkante meters van het hoofdstedelijke toeristenwalhalla.
‘Het is overduidelijk dat deze jongen niet is gekomen voor een museumbezoekje,’ fluistert Jaime in zijn camera vanaf de overkant van de straat, zijn target scherp in de gaten houdend. ‘Tjonge, deze jongen neemt wel heel erg zijn tijd om toe te slaan. Hij is duidelijk op zoek naar een makkelijke buit. Dit is geen goedgetrainde zakkenroller.’
De beoogde dief voegt zich even later bij een tweede, schimmige figuur. En dan is daar hét moment waar Jaime het allemaal voor doet. Een snelle beweging van de jongen in de grijze jas, een onthutste oudere mevrouw zoekend naar haar handtasje en complete chaos aan de snelkassa van de Albert Heijn. En een vlijmscherpe vlogger die het allemaal ziet en allang heeft ingebeld naar zijn hotline bij het zakkenrollersteam van de Amsterdamse politie. En zie daar: enkele minuten later worden de geboeide kruimeldieven afgevoerd in het politiebusje.
Jaimes adrenalinekick spat van het filmpje af. ‘YES, YES, YES! Heerlijk gevoel! Parra gevoel! In de boeien! Whooo, ik sta helemaal te trillen jongen.’ Het spektakel is diezelfde avond nog in volle glorie terug te kijken op zijn YouTube-kanaal. Missie geslaagd.
Dat was vier jaar geleden. Inmiddels staat de teller van dergelijke succesverhalen van ’s lands bekendste boevenjager op zo’n vijftienhonderd. ‘Ja, voor een hobby is het volledig uit de hand gelopen.’
Jaimes adrenalinekick spat van het filmpje af. ‘YES, YES, YES! Heerlijk gevoel! Parra gevoel! In de boeien! Whooo, ik sta helemaal te trillen jongen’
Gespuis
We staan voor de ingang van het Centraal Station van Amsterdam. Jaime – vrolijk hemd, korte mouwen, casual schoudertasje; kan zo door voor een nietsvermoedende toerist – staat met een alerte blik in zijn ogen ons op te wachten. Zoals altijd staat de beveiliger uit Almere te popelen om te beginnen. ‘Het is een mooie dag om te jagen, jongens.’ Na twee jaar van relatieve rust komen het massatoerisme en dus ook de hobby van Jaime weer langzaam op gang. ‘Zo druk als Amsterdam in 2019 was is het nog niet,’ tempert Jaime onze wildste verwachtingen alvast. ‘De georganiseerde bendes van zakkenrollers en winkeldieven zijn momenteel actief in Barcelona, Madrid en Lissabon. Maar bij ons loopt ook zeker wel gespuis rond, hoor.’ Met een brede grijns en gebalde vuisten: ‘We gaan wel wat vangen vandaag, denk ik.’
Met snelle pas en frisse moed begint Jaime aan zijn vaste wandelroute: kriskrassend via het Rokin en de Kalverstraat richting de Dam, hier en daar afbuigend naar de Wallen en alles daartussenin. ‘In de drukte ben ik op mijn scherpst,’ vertelt hij al snelwandelend. Met vlugge bewegingen kijkt hij om zich heen. ‘Zo ben ik niet alleen als ik ga jagen voor mijn filmpjes, hoor. Ik ben eigenlijk altijd wel op jacht. Het is een soort knop die ik niet meer uit kan zetten. Ik geniet ervan. Ook als ik met mijn vriendin op vakantie ben. Jagen op verdachte figuren zit gewoon in mijn systeem. Het is veel te leuk om ermee te stoppen.’
Wat, naast de evidente gedrevenheid waarmee het wordt tentoongesteld, al direct opvalt aan de recreatieve boevenjacht, is de onmogelijkheid om niet te stigmatiseren. ‘Vóór corona pakte ik bijna alleen maar Oost-Europeanen en Zuid-Amerikanen,’ vertelt Jaime. ‘Roma’s, veel vrouwen ook. Maar die blijven nog weg. Nu jaag ik vooral op Noord-Afrikanen. Die zijn nu zeer actief. Daar komt veel vaker een achtervolging aan te pas. Die gasten kunnen rennen, jongen.’
Tussen de grote bendes (pre-corona) en de individuele rollers (post-corona) bestaat er, naast snelheid, volgens Jaime nóg een wezenlijk verschil. ‘Die bendes zijn bizar professioneel. Die mensen weten echt wat ze doen. Vooral die lui uit Slovenië. Die zijn zo gehaaid. De technieken die zij gebruiken, daar sta ik echt van versteld. Met vier man in een lift gaan staan van een duur hotel. En dan die ene Chinese gast insluiten. Die lui trainen hun hele leven om geoefende rollers te worden. Van jongs af aan al. Dan arriveren ze in een stad als Amsterdam met meerdere busjes tegelijk. Verspreiden en zakken leegplukken, hele dagen lang, en met een dikke buit terug naar huis.’
Winkeldieven
Nee, dan gaat het er bij zijn huidige prooien een stuk amateuristischer aan toe. ‘Die jongens uit Noord-Afrika zijn uit op snelle buit. Smartphones, horloges, tasjes. En veel winkeldiefstallen.’ Met die laatste categorie heeft Jaime het druk. Met 178.000 aangiften in de laatste vijf jaar geldt Nederland als zeer geliefde bestemming voor winkeldieven. ‘Wij staan op de tweede plek in Europa, net na Spanje,’ vertelt Jaime.
Deze expert kan het weten. Zijn spotterscarrière begon al in 1995, toen hij vanuit Almere in de hoofdstad neerstreek om een damesschoenenwinkel te runnen. ‘Hartje Kalverstraat, dus het was altijd druk in de winkel,’ blikt Jaime terug. ‘En ja, dan wordt er dus ook aan de lopende band gejat. Vooral handtasjes en portemonnees van klanten. Al na een paar dagen stond de politie op de stoep, met de boodschap dat ik de boel beter in de gaten moest houden. Nou, dat deed ik. In de winkel, maar ook als ik na werktijd terugliep naar het station, pikte ik steeds makkelijker de zakkenrollers eruit. Ik begon ze te herkennen aan hun trekjes. Zakkenrollers kijken anders uit hun ogen. Ze kijken niet naar artikelen, maar alleen naar andere mensen. Lopen gekke routes, gaan steeds zitten en weer staan en komen te dicht bij anderen. En ze lachen nooit.’
Het plezier van rotte appels er tussenuit plukken werd zo een verslaving. ‘Op vrije dagen begon ik de trein te pakken naar Amsterdam, puur om te jagen. Sindsdien kan ik er niet meer mee stoppen.’
Al jaren gaat Jaime wekelijks op jacht. Vaak in Amsterdam, maar ook ver daarbuiten. ‘Een paar jaar geleden ontving ik een mailtje van de Zaanse Schans. Of ik daar een keer wilde jagen. Ze werden helemaal gek van de bendes zakkenrollers die daar actief waren. Toeristen werden aan de lopende band beroofd van hun portemonnees en telefoons. Dat was heel leuk. Een soort paradijs om boeven te spotten. Vanaf zo’n hoge dijk zag ik het zo gebeuren, iedere dag. Terwijl die Aziaten hun fotootjes maakten, werd alles van ze gepikt. Ongelofelijk. Ik filmde alles wat ik zag. De politie deed de rest. We hebben goed huisgehouden daar. Binnen enkele weken hadden we een volledige bende van 21 rollers opgerold. Ze hebben daar sindsdien nog steeds veel minder last.’
In het Designer Outlet van Roermond, nog zo’n toeristentrekpleister, was de directie minder enthousiast met de komst van ’s lands bekendste jager. ‘Ik heb twee uur in de auto gezeten, speciaal om al die rollers daar een keertje aan te pakken en te showen op mijn YouTube-kanaal. Met succes ook. Dat filmpje is al 200.000 keer bekeken. Toen ik er voor de tweede keer heenging, stapten er direct een paar beveiligers op me af. Of ik me even wilde melden bij het management. Die waren dus niet blij dat ik die gasten in dat eerste filmpje niet onherkenbaar had gemaakt. Ik wilde die gasten juist exposen! Nu mag ik nooit meer spotten in hun winkel. Zoek het dan ook maar uit, denk ik. Graag of niet. Ze leggen zelf de rode loper uit voor zakkenrollers.’
Zijn gedrevenheid en slagingspercentage maken van hem bij de autoriteiten – de Landelijke Eenheid Noordwest en het zakkenrollersteam van de lokale politie – al decennialang een geliefd vrijwilliger. ‘Als ik ze bel, weten ze dat er echt iets aan de hand is. Dan komen ze direct. Negen van de tien keer leidt het tot een arrestatie.’
Aan regels en restricties hoeft Jaime zich tijdens zijn boevenjacht amper te houden, beweert hij. ‘Met de politie heb ik één afspraak: geen gezichten herkenbaar in beeld brengen. Dat heb ik één keer gedaan, in een oud filmpje. Toen ben ik op de vingers getikt. Iets met privacy of zo. Verder mag ik gewoon alles doen wat ik wil.’
Anders verwoord: Jaime is vrij om, net als iedereen, een burgerarrest uit te voeren. Ofwel iemand zonder geweld bedwingen totdat de politie ter plekke is. In acht van de tien gevallen komt het niet zover, stelt de boevenvanger. ‘Zodra ik iets verdachts zie, geef ik de politie al een seintje. Die staan er dan al binnen een paar minuten.’
Zelf in een politie-uniform rondlopen en betaald krijgen voor zijn favoriete tijdverdrijf, ziet Jaime niet zo zitten. ‘Ik vind deze manier van jagen veel leuker. Ik bepaal zelf wanneer ik de straat opga, waar en op wie ik ga jagen, hoe ik mijn filmpjes in elkaar zet. Die vrijheid is heerlijk. Trouwens, ik heb ook helemaal geen zin om nog een lange opleiding voor zoiets te doen. Hou op man, ik ben 49.’
Benieuwd naar de rest van het artikel? Je leest het op Blendle.
In het artikel lees je meer over Johnny Cash en Elvis. ‘Achteraf gezien speelden beide heren in op twee aparte kunstdriften. Elvis op de verlangens van de tienergeneratie, Cash op de schaduwkant van de samenleving.’
- Joris van Gennip