Vroeger kon ik slechts één betere tijdsbesteding bedenken dan het bekijken van een interland van Oranje, tegenwoordig kan ik er zeker na het demasqué van 3 dagen eerder tegen Frankrijk wel veertig opnoemen, toch ging ik er zondag weer voor zitten. Voor zon maandelijkse, bijna wekelijkse interland van het jaar, nu tegen Bulgarije.
Fotografie ANP
Waarom doet een mens dit? Is het gewenning, is het zelfkwelling, of is het die vreemde kronkel in het hoofd die zegt dat deze interland een nieuwe fase inleidt, dat het verval tot staan is gebracht, dat we over 6 jaar weer bovenaan de wereldranglijst staan, net zoals 6 jaar geleden. En dat Vincent Janssen wél een goalgetter is in plaats van een verpieterend spitsje in Noord-Londen.
Na een stief kwartiertje had ik er alweer spijt van, van deze wedstrijd van de staar (wel kijken, niets zien). Oké, we stonden met 1-0 voor, maar die opleving bleek een tijdelijke. Oranje verzandde al weer snel in zielloos, dolend voetbal, met die zielenpiet van een Janssen weer in de hoofdrol. Toch mocht de brave borst voor wie de doelen veel te smal zijn de 90 minuten volmaken, hoewel we, ook al gezien de tussenstand van Wit-Rusland- Zweden, de goals harder nodig hadden dan ooit. Advocaat kenden we als iemand die zn hand niet omdraaide voor een controversiële wissel, remember 2004, maar net als tegen Frankrijk toen Strootman uiteindelijk zichzelf maar van het veld liet sturen, zag hij ook nu geen enkele reden om de boel in offensief opzicht op te schudden. Terwijl Arjen Robben nogal wat apathie om hem heen had geconstateerd, wat tot uiting kwam in een ereronde die de Oranje-aanvoerder na afloop solo afwerkte.
Maar toen moest het hoogtepunt van de avond nog komen: het filmpje vanuit de kleedkamer die assistent-bondscoach Ruud Gullit, tot afgrijzen van Advocaat, via social media verspreidde. Begeleid met de tekst dat we getuige waren geweest van een fantastic game. De ironie bij Gullit is nooit ver weg, maar dit keer leek hij het nog te menen ook. Rond Oranje is iedereen de draad kwijt, en ik al helemaal. Ontbreken op een eindronde went nooit.