Jan Heemskerk

‘Ben ik een volledig geëmancipeerde man?’

‘Geen billenknijper – check. Maakt geen seksistische grapjes en zegt er (soms) wat van als een ander dat wel doet’

Jan Heemskerk

In opdracht van een gezaghebbend vrouwenblad zocht ik de afgelopen tijd het antwoord op de vraag of ik een volledig geëmancipeerde man ben. En zo niet: wat moet er nog aan mij worden verbouwd, bijgeschaafd of uitgebeukt, voor ik de toets der vrouwelijke kritiek kan doorstaan? Dit alles natuurlijk in de nasleep van de affaire Derksen, waar wij mannen ons weer eens van onze opperlompe kant lieten zien en onze geliefde vrouwelijke medemensen collectief de gordijnen hebben ingejaagd.

Ik begon mezelf de maat te nemen. Geen billenknijper – check. Maakt geen seksistische grapjes en zegt er (soms) wat van als een ander dat wel doet. Wil alleen maar seks met een vrouw als die vrouw dat ook wil, en dat dan liefst nog een beetje liever dan ikzelf – check. Vind dat vrouwen precies gelijk moeten behandeld op de werkvloer, en dat met een dito salaris. Is zelfs te porren voor een quotum als het met de vrijwillige herindeling in de bestuurskamer niet wil vlotten.

Doet niet aan mansplaining, tenzij er onmiskenbaar om hulp wordt gevraagd op een terrein dat duidelijk op zijn expertise ligt, en dan nog enkel tijdens kantooruren. Draagt wel zijn steentje bij aan het runnen van de huishouding, uitgezonderd strijken, te compenseren met extra houthakken, bij warm weer met ontbloot bovenlijf. Heeft zijn vrouwelijke kant ontwikkeld en kan dus huilen en advies aan vrouwen vragen over belangrijke dingen. Kookt in principe beter dan zijn levensgezel, maar liever niet vegan – eten gaat nog net. Zorgt voor eventuele kinderen maar weet dat je dat geen ‘papadag’ mag noemen.

Vindt wat de partner bezighoudt net zo belangrijk als de eigen zielenroerselen – of kan in elk geval heel goed doen alsof. Spreekt met gepaste regelmaat waardering en bewondering uit voor prestaties van de ander, op het gebied van werk, verkopen van tweedehands kleding, losse intellectuele inzichten en het goddelijke lichaam – maar deze met mate en als laatste, want de partner is niet enkel een lustobject.

Ik was lekker bezig en maakte mij klaar het verhaal te voltooien. Tot ik me juist op tijd realiseerde dat ik over deze kwestie natuurlijk bij uitstek de mening van mijn vrouw moest vragen! In plaats van de zaak vanuit mijn perfide patriarchale perspectief te benaderen. Aldus vroeg ik haar: ‘Liefste, wat moet ik aan mezelf veranderen om een nóg betere man voor je te zijn?’ En weet je wat ze vroeg? Of ik haar van de ‘mental load’ wilde afhelpen. De verantwoordelijkheid voor het ‘onzichtbare werk’ in het gezin oppakken zonder dat zij er om hoeft te vragen, zodat zij zich ‘vrij’ kan storten op haar werk. Oh ja. Nee. Ik heb toch nog een lange weg te gaan.

Ben jij ook zo iemand die graag haantje de voorste is? Mooi. Volg Nieuwe Revu dan op Facebook, dan krijg je de columns altijd als eerste te zien. Of abonneer op onze nieuwsbrief. Sturen we onze beste artikelen gewoon naar je toe.