Mauro (de afgewezen asieljongen) is nu succesvol Nederlands ondernemer

Dik tien jaar geleden kreeg de asielzaak rond Mauro Manuel landelijke en internationale bekendheid toen hij vanwege zijn 18-jarige leeftijd dreigde te worden uitgezet. De maatschappelijke woede om een jongen die in ons land geaard was, maar in Angola beter af zou zijn, is inmiddels officieel Nederlander, vader van een dochter en eigenaar van een florerend bedrijf. ‘Destijds kon ik mijn angsten, zorgen en twijfels geen plek geven omdat ik midden in die storm zat.’

Mauro (de afgewezen asieljongen) is nu succesvol Nederlands ondernemer

Wie zijn Instagram-pagina bekijkt, leest daarop de bijzondere bio: ‘Man met veel verrassende elementen.’ Mauro Manuel, ook wel Mauro Wilson Estevão, is allang niet meer de ‘jongen met de traan’ zoals Nederland hem leerde kennen, maar een volwassen ondernemer met gezin én de Nederlandse nationaliteit, waar destijds zoveel om te doen was. Samen met vriendin Saffira (28) en dochtertje Nova Lou (5) woont de inmiddels 29-jarige Brabander in Geldrop, vastbesloten om op een dag terug te verhuizen naar Eindhoven. Dicht bij familie én PSV. Je weet wel, die club van dat beschamende briefje van staatssecretaris Bleker.

Eerst maar eens die mysterieuze zelfomschrijving ontleden. Wie is deze ‘man met verrassende elementen’ precies? ‘Dat is eigenlijk als grap begonnen,’ lacht de sympathieke en zachtaardig ogende Mauro aan zijn keukentafel. ‘Achter ieder geintje zit een seintje en vanuit mijn verleden heb ik altijd het gevoel gehad dat er naar mij gekeken werd alsof ik bepaalde dingen niet kon of dat mijn wensen niet belangrijk waren. Terwijl ik die schaduw voelde, bewees ik ondertussen keer op keer het tegendeel. Ik krijg bijvoorbeeld heel vaak het compliment dat ik zo goed Nederlands spreek, terwijl ik langer hier woon dan in Angola. Met dat in gedachten besloot ik: ik own ‘m gewoon en maak er mijn Insta-bio van. Soms ga ik mee in die taalvraag, soms ook niet. Het geeft in ieder geval aan hoe goed ik me daarin heb ontwikkeld. Ik was 10 toen ik deze kant op kwam en ik denk dat ik op m’n 12de al geen Portugees meer sprak. Ik had hier sowieso niemand om in die taal mee te communiceren, dus dat ging vrij snel. Toen ik bij mijn pleegouders kwam en zij mij direct een veilig gevoel gaven, was dat voor mij de oplossing. Op deze plek bestond er geen pijn meer. Ik stapte een nieuwe wereld binnen, kreeg de kans opnieuw te beginnen en ontwikkelde een nieuwe Mauro. Iemand die meer had aan de Nederlandse dan de Portugese taal.’

Wanneer Mauro vandaag de dag over straat loopt, is er ook na zoveel jaar nog weleens herkenning. Zijn uren in de sportschool resulteren in een fit gestel, waardoor hij door sommigen als voetballer wordt gezien. Wanneer dit niet het geval is, dan wordt de vraag ‘of hij misschien dé Mauro is’ weleens opgeworpen. ‘Ik golf er altijd maar een beetje omheen, want de eerste indruk die je nu van mij krijgt, is belangrijker dan wie ik in het verleden was. Desondanks begrijp ik het enthousiasme wel. Toen ik in Eindhoven Theo Maassen voor het eerst tegenkwam, vond ik dat ook apart. En hij is pas écht bekend. Wanneer je echter de hoofdrolspeler bent van je eigen verhaal, dan zie je dat niet zo. Zeker niet in 2011, toen die hele strijd in Den Haag werd gevoerd en ik op elke zender te zien was. Ik zat totaal niet op al die aandacht te wachten. Wilde simpelweg in Nederland blijven. Dat was het. Handtekeningen uitdelen of op de foto gaan, ik vond het maar raar. Snap je eigenlijk wel waar het überhaupt over gaat, dacht ik dan bij mezelf. Nu, terugkijkend, weet ik: die mensen bedoelden het alleen maar goed en hebben misschien ook wel voor mijn zaak gestemd. Nu ik tegen de dertig loop ga ik daar anders mee om. Ervaring heeft me leren relativeren en me de persoon gemaakt waar ik supertrots op ben. Dit is de Mauro die ik wil zijn.’

Groot verlangen

Nu hij zelf vader is, kijkt Mauro met andere ogen naar kinderen die in een situatie zitten waar hij zichzelf een decennium geleden en ver daarvoor in bevond. ‘Mijn dochter Nova Lou houdt mij onbewust een spiegel voor, waardoor ik de pijn van toen nu heel anders meemaak. Destijds kon ik mijn angsten, zorgen en twijfels geen plek geven omdat ik midden in die storm zat. Nu als vader ben ik degene op wie zij moet kunnen bouwen. Soms hebben we het er weleens met elkaar over en dat werkt voor mij bijna therapeutisch, merk ik. Ik ben continu bezig met de vraag: hoe zorg ik dat zij het fijn heeft en de liefde krijgt die ik op die leeftijd niet kreeg? De liefdevolle manier waarop ze soms naar mij of haar moeder kijkt, wetende dat ik dat zelf nooit gekend hebt, is confronterend. Het is een leegte die nooit gevuld wordt, maar tegelijkertijd ontzettend mooi is omdat ik haar wel een betere start kan geven. Kijkende naar mijn vrienden en schoonfamilie, zien hoe liefdevol ouders en kinderen met elkaar omgaan, dat emotioneert mij. Ik verlang ernaar, zal het op die manier nooit kennen, maar ben blij dat ’t voor anderen wel is weggelegd. Uit mijn verleden is voortgekomen dat ik tot op de dag van vandaag een soort bevestiging zoek dat het heus wel goed zit met mij. Dat komt natuurlijk door de afwijzing door mijn ouders, later door de overheid en meest recent op heel veel plekken waar ik constant werd afgewezen. Wanneer mensen mij wel accepteren om wie ik ben emotioneert me dat ook. Dan voel ik de liefde waar ik verder op kan bouwen. Ik kan nog steeds verrast zijn als mensen net zo enthousiast zijn over mij en mijn plannen als ikzelf.’

De herinnering aan zijn ouders kan Mauro nog steeds oproepen, maar daar zit volgens hem geen gevoel meer bij. Alsof er bij vertrek uit Angola als het ware een kabel werd doorgeknipt met als gevolg een breuk die niet meer kan worden hersteld. ‘Vergelijk het met een foto met daarop iets van vroeger waar je niet meer bij kunt,’ vervolgt hij. ‘Mijn identiteit die ik daar had, is verloren gegaan en ingeruild voor de persoon die ik nu ben. Een man met verantwoordelijkheden die er alles aan zal doen om zijn dochter niet hetzelfde te laten gebeuren. Een vader die zijn dochter leert van zichzelf te houden en voor zichzelf op te komen wanneer anderen haar proberen te raken met woorden. Je kunt een kind nooit volledig beschermen tegen nare situaties en pestkoppen, maar haar wel een sterke basis geven en tools waarmee ze er hopelijk goed mee kan omgaan. Of ik haar ooit meeneem naar Angola? Misschien wel. Misschien niet. Ik heb daar nog niet echt bij stilgestaan. Wellicht komt ze er zelf een keer mee wanneer ze in haar puberfase terechtkomt. Nu zijn het nog vooral de waarom-vragen die haar bezighouden. Laatst vroeg ze bijvoorbeeld: “Papa, waarom kan ik nooit eens naar iemand kijken zonder dat daar iets achter zit? Waarom kijken ze dan altijd terug?” Ook is ze van kleins af aan erg eigenwijs. Dat heeft ze van mij. Is bijvoorbeeld de pindakaas op, dan wil ze dat wel eerst even controleren. Eerst zien, dan geloven. Dat heb ik ook heel sterk.’

Benieuwd naar de rest van het interview met Mauro? Je leest het op Blendle. ‘Op 15 januari 2021 kreeg Mauro eindelijk zelf zijn Nederlandse identiteitsbewijs. Het moment, waarover hij zolang had gedroomd, was voorbij voordat hij het wist. ‘”Gefeliciteerd, volgende,” zei de vrouw achter de balie van het gemeentehuis, haha.’

Interview
  • Maarten Albrecht