Leon Verdonschot

Leon Verdonschot: 'Ooit zal het een speelfilm worden: Paternotte en de zotte'

‘Als FDF-leider Mark van den Oever zijn mond opent, komen er alleen dreigementen uit, ook omdat je daar minder lettergrepen voor nodig hebt’

Leon Verdonschot

Beste Jan Paternotte,

Ooit zal het een theaterstuk worden, of een speelfilm. De Politicus en de Proleet. De Boer en het Bedrog. Paternotte en de Zotte. Zoiets.

Het onwaarschijnlijke verhaal van een gekozen volksvertegenwoordiger van een democratische middenpartij die voor de rechter moest verschijnen, omdat de ongekozen, zelfbenoemde vertegenwoordiger van een extremistisch, ondemocratisch actiegroepje met terreurneigingen vond dat hij hem in zijn goede naam had aangetast. Zijn goede naam! Haha. Een vleugje comedy in het drama.

U liet vorig jaar op Twitter blijken blij te zijn dat Farmers Defence Force niet aanschoof aan de onderhandelingstafel van Johan Remkes, de man die geldt als wondermiddel voor bestuurders die besturen graag uitstellen. ‘Een club die oproept tot intimidatie, asbestdumpen en brandstichting goedpraat, is geen gesprekspartner,’ was uw tekst.

Goeie tekst. D66’ers krijgen vaak het verwijt dat onduidelijk is waar ze precies voor staan. Een terecht verwijt, maar het geldt nou eens níét voor deze tweet, die bovendien klopt van A tot Z. Sterker nog, ook dat ‘is geen gesprekspartner’ was een feitelijke constatering, want FDF ‘boycotte’ het overleg, omdat je aan een onderhandelingstafel nou eenmaal moet beargumenteren. En als FDF-leider Mark van den Oever zijn mond opent, komen er alleen dreigementen uit, ook omdat je daar minder lettergrepen voor nodig hebt.

En nu is hij beledigd. Gekwetst! De man die de kinderen van stikstofminister Van der Wal ‘pussy’s’ noemde omdat ze bang waren toen er een colonne tractors voor hun huis stond, moet huilen om een Twitter-post.

Laten we ze meteen noteren als andere werktitels voor het theaterstuk. De Tranen en de Tweet. Jan en de Jankerd.

Ik zou zelf in het stuk nog iemand opvoeren, die ik zou laten opkomen met de vleugels van een engel. Een personage dat in aanleg eigenlijk het tegenovergestelde is van het actiegroep-karakter. Dit personage is geen varkensboer, maar een dansleraar. Hij heeft dreadlocks, en op basis van zijn uiterlijk en gepraat over liefde en verbinding zou je hem in een linkse, alternatieve hoek plaatsen. Een hoek waar de varkensboer nooit komt.

Maar als die dansleraar uitgroeit tot de zelfbenoemde leider van een protestbeweging en ervaart dat aandacht al zijn onzekerheden compenseert, en dat zijn er veel, wordt hij de fanatiekste gelovige in zijn eigen goeroestatus, en radicaliseert hij steeds sneller. Net als de varkensboer keert hij zich tegen de wetenschap en gaat hij steeds dreigender praten, in zinnen die de indruk wekken dat hij niet alleen niks opheeft met een parlementaire democratie, maar ook gelooft in het enige alternatief ervoor: zichzelf. Hij organiseert demonstratie na demonstratie, en kiest net als de varkensboer steeds vaker voor een ander strijdtoneel: de rechtszaal. Niet dat hij gelooft in onafhankelijke rechtspraak, maar je moet toch wat. De dansleraar lijdt in de rechtszaal net als de varkensboer nederlaag na nederlaag, maar dat draagt alleen maar bij aan zijn Jezus-complex; die werd immers ook gekruisigd.

Ik denk dat het theaterstuk eindigt in een onwaarschijnlijk liefdesverhaal. In de slotscène vallen een dansleraar en een varkensboer elkaar huilend in de armen.

Column
  • ProShots