De presidentskandidaat was een gewaarschuwd man toen hij op woensdagavond 9 augustus 2023 een schooltje in de Ecuadoraanse hoofdstad Quito bezocht om een verkiezingsspeech te houden. Hij stond tussen de mensen in en droeg een bril en een bodywarmer. Hij was 59 jaar en de belangrijkste uitdager van de zittende president. Achter hem hing een verkiezingsposter met zijn foto en naam. Aanhangers juichten alsof hij Messi was.
Fernando Villavicencio pakte een microfoon en keek de volle zaal in. In zijn speech ging hij weer eens tekeer tegen de drugscriminelen die zijn land de laatste jaren steeds meer onder controle hebben gekregen. Alleen Villavicencio leek van de acht presidentskandidaten de waarheid te durven zeggen over de innige band tussen drugsbendes en politici. Nog even en de gangsters zouden de macht in Ecuador definitief hebben overgenomen.
De presidentskandidaat maande het publiek tot stilte en nam het woord. Hij had een kogelvrij vest aan en was omringd door zwaarbewapende lijfwachten. Er kon altijd wat gebeuren, dat wist Villavicencio heel goed. Een paar dagen eerder zei hij: ‘Que vengan los sicarios, aquí estoy yo.’ (‘Laat de huurmoordenaars maar komen, hier ben ik.’) De burgemeester van de stad Manta werd eind juli geliquideerd door een schutter in een gestolen truck. In februari 2023 vermoordden gangsters de burgemeester van de stad Puerto López.
Villavicencio bukte om in te stappen. Er klonken schoten. Het leek wel vuurwerk. Ooggetuigen gilden
Meer dan 30 schoten
Villavicencio verliet het schooltje rond tien voor half zeven onder luid applaus. Hij liep naar buiten onder een metersgrote poster met zijn foto en de woorden ‘FERNANDO VILLAVICENCIO. PRESIDENTE’. Bodyguards pakten Villavicencio bij zijn armen en leidden hem langs zijn fans naar een gepantserde auto met kogelvrij glas. Villavicencio bukte om in te stappen. Er klonken schoten. Het leek wel vuurwerk. Ooggetuigen gilden. De presidentskandidaat werd in een ambulance naar het ziekenhuis La Clinica de la Mujer in Quito gebracht. Een vriend vertelde journalisten dat er meer dan dertig schoten waren afgevuurd. Er waren ‘geen tekenen van leven’ en hij zei: ‘De maffia neemt de hoop weg van het land.’
Vrienden en familieleden maakten enkele uren later bekend dat Villavicencio inderdaad was overleden. Drie kogels hadden zijn hoofd geraakt. De nummer 2 van zijn partij hield de dag na de moord een persconferentie. Dat deed ze in een kogelvrij vest. Volgens een andere partijgenoot maakten ‘narco’s’ de dienst uit in hun land. Ze waren geïnfiltreerd ‘in het economische systeem, in de politie en in het juridische systeem’.
Villavicencio’s doorzeefde lichaam werd in een zilveren begrafeniswagen gelegd en door de stad gereden. Rouwenden hadden foto’s mee van Villavicencio en andere politici die waren vermoord. Ze begonnen eerst te klappen en daarna te schreeuwen en te schelden naar de agenten die de kist bewaakten. Nu beschermden ze hem wel, maar was het te laat. De heersende politici waren allemaal corrupt, ze dienden de narco’s en niet het volk. Een vrouw schreeuwde: ‘Ze hebben onze held gestolen!’ Op spandoeken stonden teksten als ‘Malditos narcopolíticos pagarán. Por siempre, Fernando’. (‘Vervloekte Narcopolitici zullen boeten. Fernando, voor altijd’).
Benieuwd naar de rest van het artikel? Je leest 't in de nieuwste Revu.
- ANP, AFP, EFE