Kong: Skull Island Reuzengorilla mag zijn kunstje weer doen in vermakelijke monsterfilm.
Met Peter Jacksons uitstekende remake King Kong (2005) leek het laatste woord gesproken over de beroemdste gorilla uit de filmgeschiedenis, maar twee jaar geleden bewees Jurassic World dat er aan de bioscoopkassa nog steeds geld valt te verdienen met prehistorische monsters. Dus vergeet alle voorgaande films over de reuzenaap en welkom bij Kong: Skull Island, waarin de schimmige organisatie van Bill Randa (John Goodman) groen licht krijgt om een expeditie te organiseren naar de mysterieuze locatie uit de titel.
Begeleid door de helikoptereenheid van Kolonel Packard (Samuel L. Jackson) en spoorzoeker Conrad (Tom Hiddleston) komt het team al vrij snel hardhandig in aanraking met de torenhoge gorilla Kong. Packard wil het beest vernietigen, maar Conrad ontdekt dat de kolos niet de werkelijke vijand is. Vanaf daar gaat de trukendoos met special effects wagenwijd open als de club avonturiers een voor een spectaculair om zeep geholpen wordt door een bont gezelschap monsters. Hiddleston lijkt niet helemaal op zijn gemak in een Indiana Jones-achtige rol, maar Jackson gaat lekker ouderwets los als tierende wraakengel. Hoewel regisseur Jordan Vogt- Roberts de flair mist van een Steven Spielberg of Peter Jackson levert hij wel een amusante monsterfilm af die, gezien de scène na de aftiteling, op minstens één vervolgdeel kan rekenen.