Premium

Twan van Steenhoven: ‘Toen ik een kind kreeg, dacht ik: dus dit is wat ik miste.’

Een kleine tien jaar lang vormde Twan van Steenhoven (36) de helft van rapduo The Opposites. Sinds 2014 vliegt hij solo onder de naam Big2. En hoewel hij ook een eigen platenlabel oprichtte, blijkt er meer in het leven te zijn dan muziek. Zoals zijn vriendin Mignon, hun anderhalf jaar oude zoon en de tweede baby die zich rond deze tijd zal aandienen.

‘Toen ik een kind kreeg, dacht ik: dus dit is wat ik miste.’

Je vriendin is hoogzwanger. Godzijdank dus dat The Opposites-reünie op Lowlands niet doorgaat?

‘Ze is inderdaad nu zo’n beetje uitgerekend, maar Lowlands zou pas eind deze maand zijn geweest. Dus het was vast goed gekomen. En we hadden het wel besproken: stel dat die kleine later was gekomen, dan had Lowlands toch voorrang gekregen – in theorie althans. Ook omdat ik daar een jaar lang de Pampers van had kunnen betalen.’

Het eerste grote optreden na anderhalf jaar corona. Dat was een flink feestje geworden.

‘Ja man, ik ben er net als de rest van Nederland zo fokking klaar mee. Het was fijn geweest om op dat podium te staan en de vreugde van het publiek te voelen. Het is ook echt even nodig, voor iedereen, want er was de afgelopen anderhalf jaar elke week wel iets waar we allemaal verschrikkelijk boos over waren. Elke week moest iemands kop eraf. Het deed me realiseren dat het écht nodig is om met 20.000 mensen tegelijk hetzelfde liedje te zingen. Het heeft blijkbaar echt zin en het heeft een maatschappelijk doel, al dat gefeest, al dat meezingen. Want 60.000 mensen die van Lowlands af komen, zijn over weinig dingen boos, hoor. Die zijn kapot, moeten een week bijkomen, maar ze zijn wél gelukkig. Dus het was wel een dingetje geweest, ja, na zo lang in een donker hol te hebben gezeten. Ik had ook eerst even langs de dokter gemoeten om een kalmeringspilletje te halen.’

Ben je nerveus voor zo’n show?

‘Vlak voor zo’n grote show voel ik wel spanning, ja. Twee jaar geleden stonden Willem (de Bruin, andere helft van The Opposites, red.) op festival Appelsap. Toen had ik het ook. Al had dat ook te maken met dat we toen al vijf jaar niet samen op een podium hadden gestaan en ik geen idee had hoe mensen daarop zouden reageren. Van tevoren, in die kleedkamer... mijn hart sloeg tweehonderd slagen per minuut. En eenmaal op het podium had ik na vijf minuten al door dat ik iets minder hard moest schreeuwen, omdat ik anders het einde van de show niet zou halen. Ik dacht echt even dat ik een hartaanval zou krijgen.’

Grappig dat je nerveus was terwijl The Opposites inmiddels tot het Nederlandse rapmeubilair behoren. Jullie kregen afgelopen jaar nog de Edison Pop Oeuvreprijs.

‘Het is een beetje het Dr. Dre-syndroom: als mensen nadat je gestopt bent maar lang genoeg blijven zeggen dat je geniaal bent, is de druk hoog om terug te komen. Maar ik weet zeker dat we de boel op Lowlands ouderwets hadden gesloopt. Ook omdat ik zo’n show in mijn hoofd van tevoren al helemaal aan het doen ben – net zoals boksers dat hebben voor een wedstrijd. Als het dan zover is, ben ik helemaal opgepompt, zodat ik op dat podium alles eruit kan gooien.’

Wat betekent die Edison voor je?

‘Een oom van me vertelde ooit over een brommerhandeltje dat hij had. Hij kocht oude brommers, knapte ze op en verkocht ze door. Superchill, zei ik, zo’n handeltje. Toen keek hij me even heel doordringend aan en zei: “Ik werkte me wel helemaal de tering, hè, dag en nacht.” Dat heb ik altijd onthouden. Willem en ik hadden een goede chemistry, hadden het geluk dat we op het juiste moment op de juiste plek in het universum zijn geboren, maar we hebben ons net als mijn oom wel altijd helemaal de pleuris gewerkt. Al vanaf dat we achttien waren, besteedden we al onze tijd aan muziek. Album af? Bam, hier heb je er nog eentje. En een mixtape. En een EP. Bambambam, de hele tijd nieuwe shit uitbrengen. Dáár is die prijs voor, wat mij betreft, voor al die nachten dat we muziek bleven maken, dat we niet stopten, maar doorgingen. Dus toen ik hem in ontvangst nam, dacht ik: fokking chill, thanks Twan en Willem van toen! Want The Opposites zijn de oude garde, wij zijn dinosaurussen. Zo gaat dat in de hiphopwereld, dat is een young man’s game. Dus ben ik nu al tien jaar met andere dingen bezig.’

Toen we op festival Appelsap stonden, sloeg mijn hart tweehonderd slagen per minuut. Ik dacht echt dat ik een hart­ aanval kreeg

Bovendien moet je je tijd nu beter verdelen met een anderhalf jaar oude zoon en een tweede baby op komst. Komt dat de muziek ten goede?

‘Grappig: ik geef net vrij bescheiden antwoord op wat die Edison voor mij betekent, maar zodra je déze vraag stelt, gaan mijn haren direct overeind staan, voel ik een enorme arrogantie opborrelen en word ik een soort gorilla. I’m still the greatest, iedereen aan de kant, ik kan dit nog steeds! Je hebt geen idee, man, wacht maar af!’

Sorry Twan.

Lachend: ‘Nee hoor, ik snap best wat je zegt, want ik heb het nu inderdaad drukker met andere dingen. Maar dat betekent dat ik mijn tijd gewoon beter moet kadreren. Ik sprak net nog een rapvriendje die mij vertelde dat hij binnenkort naar het buitenland gaat om een nieuw album te maken. Hij focust daar twaalf dagen lang voor 100 procent op zijn muziek. Daarna is hij weer thuis, bij zijn familie. En ik heb onlangs zelf een project met Antoon gedaan – een van de artiesten op mijn label Dreamteam Music. We namen in vijf dagen acht liedjes op en een daarvan – Leuk – is mijn meest gestreamde nummer van dit moment. Gewoon een hartstikke goed nummer dus. Het is natuurlijk lekker om twee jaar op een album te zitten, maar het kan ook in vijf dagen.’

Hoe bevalt het vaderschap?

‘Het is geweldig, maar fokking zwaar. Mensen zeiden: die eerste drie maanden, daar moet je even doorheen. Daarna hadden ze het over de eerste zes maanden en nu Teun anderhalf is zeggen ze dat dit nu eenmaal de tropenjaren zijn. We zijn net even op vakantie geweest met z’n drieën. Dat was zo lekker dat we die vakantie verlengden. Kreeg Teun oorontsteking. Dat heeft ie al drie keer eerder gehad en ik kan je vertellen dat dat loodzwaar is. Drie, vier nachten niet slapen, naar het ziekenhuis, dat soort dingen. Maar zelfs op de kutste dagen ben ik nog steeds heel erg gelukkig. Ik ben gewoon zó blij met dit menneke. Zelfs nu we al zes maanden elke ochtend om zes uur op moeten staan, zelfs als hij voor de derde keer in een uur schijt en ik met mijn neus in de kak zit.’

En dan komt er ook nog een tweede aan. Jullie laten er geen gras over groeien.

‘Nee, geen gras, maar aan de andere kant zijn we over een jaar of twee mooi wel uit die tropenjaren. Zul je zien dat we dan toch weer gaan nadenken over nóg een kindje.’

Was dat altijd het plan, kinderen?

‘Ik wilde het altijd al, ja. Ik kom uit een gezin van vier jongens en eigenlijk wilde ik er zelf ook vier. Maar nu ik er eentje heb, snap ik oprecht niet hoe mijn ouders vier jongens konden handelen.’

Hoe was dat, opgroeien met drie broers?

‘Een hoop gekloot. Er werd flink geschopt, geslagen en gespuugd. Op straat kutten met onze skateboards, ’s avonds twee onder de douche, twee in bad, gekkigheid uithalen en een heleboel competitie, want we wilden allemaal uitblinken. Maar het was toch vooral veel lachen. Ik ging op mijn elfde bijvoorbeeld gewoon met mijn ene broer helemaal naar Rotterdam, omdat daar dan een heel vet skateparkje was. Leuke tijden.’

Je had een fijne jeugd.

‘Ja, maar doordat je met z’n vieren in dat ene huis woont, creëer je wel een eigen wereldje, een eigen blik op de realiteit. Eentje die weleens wilde botsen met de buitenwereld. Ik had het hier laatst over met Willem, die als Antilliaanse jongen opgroeide in een wit dorp met zestig mensen. Hij had daardoor geen connectie met die mensen, zij vonden hem uitschot. Een aanwijsbare reden, vond hij, en hij begreep eigenlijk niet waarom wij ook als buitenstaanders opgroeiden. Dat zal dan toch met dat eigen wereldje te maken hebben. En doordat mijn moeder een eigenzinnige vrouw is, met een eigen kijk op de wereld; zij vond het belangrijk dat wij dat ook hadden, dat wij ons eigen standpunt innamen. Dat heeft me later trouwens wel geholpen toen ik muziek ging maken: ik had genoeg zelfvertrouwen om te zeggen dat ik iets op mijn manier wilde, omdat ik dat nu eenmaal wilde. Fok it, jongens, we doen het zoals ik het wil.’

Was het een vrije opvoeding?

‘Nee. Mijn ouders vonden het bijvoorbeeld heel belangrijk dat ik de middelbare school afmaakte. Dus ik heb mijn vwo afgemaakt, maar heb er zeven jaar over gedaan en dat was één grote strijd. Ik kon me gewoon niet concentreren, ik was all over the place. En als ik dan thuiskwam met een kutrapport mocht ik amper nog de deur uit. De grap is dat ik stiekem ook een ander soort opleiding volgde, omdat de vriendjes met wie ik omging ook van muziek hielden. Het was alleen niet de conventionele manier, waarbij je goede cijfers haalt en een diploma krijgt.’

Hoe is de band met je broers nu?

‘Ik zie ze redelijk vaak, was gister nog bij een van mijn broertjes, maar kinderen doen wel wat met zo’n relatie. De broer na mij heeft een dochtertje en krijgt ook een tweede: dat maakt het lastiger om elkaar vaak te zien. Is niet zo erg trouwens. We waren een stel kleine boompjes, stonden naast elkaar, maar op een gegeven moment zijn die bomen gaan groeien, werden ze hoger, kregen ze meer takken en dan is een beetje afstand wel fijn. Dus heb ik nu mijn eigen plekkie. Maar als we samen zijn, is het ouwe-jongens-krentenbrood.’

Je groeide op in het Noord-Hollandse Heiloo. Wat betekent die plaats voor je?

Lachend: ‘Dat is de oorsprong van hiphop, het Brooklyn van Nederland.’

Je ging er in 2015 weer wonen, na tien jaar Amsterdam. Waarom?

‘Inmiddels woon ik in Eemnes, maar ik heb hiervoor er inderdaad weer een paar jaar gewoond. Mijn grootouders waren overleden en hun huis stond leeg. Mijn moeder was dat aan het klaarmaken om het te gaan verhuren, maar ik vroeg of ik er in die tussentijd een weekendje in kon. Dat werden twee weken. Dat werd een maand. Dus toen zei mijn moeder: “Nu ga je het huren, anders moet je eruit.” Dus zegde ik mijn huis in Amsterdam op en heb ik lekker een paar jaar in Heiloo gewoond. Wat ik heel fijn vond. Even weg uit het hol van de leeuw.’

Dat was nodig?

‘Niet per se, maar het was de tijd dat ik aan het twijfelen was wat we nou met The Opposites moesten en ik vond het gewoon fijn om even weg te zijn uit de mallemolen, weg van de mensen daar. Ik wilde helderheid. Die vond ik in Heiloo. Ik heb in die tijd geleerd dat ik dol ben op Amsterdam, dat ik van die stad hou, zoals ik van alle grote steden hou, maar ik vind het wel fijn dat ik ’s avonds thuiskom op een plek waar ik de vogels hoor f luiten. Waar het stil is. Net als hier, in Eemnes. Luister nou: het raam staat hier wagenwijd open, maar je hoort geen getoeter, geen stemmen. Dat vind ik heerlijk, die rust.’

Al voordat je terugkeerde naar je roots stopte je met alcohol. Wat was daar de reden voor?

‘Ik wilde destijds wat minderen, maar dat lukte niet. Een week, dat moest toch te doen zijn? Was ik op woensdag alweer knetterlam. Superleuk, ik heb me helemaal suf gelachen, maar op een gegeven moment werd ik ziek en was ik een maand lang bezig met beter worden. Vervolgens werd ik pal daarna wéér ziek en moest ik opnieuw een maand lang herstellen. Ik was mijn stem kwijt, kon niet optreden, kreeg een allergische reactie op de antibiotica die ik gebruikte: ik werd helemaal gek. En voor mijn gevoel werden mijn teksten er ook niet beter op, omdat ik continu op halve hersencapaciteit draaide. Uiteindelijk dacht ik: fok it, ik ga het echt doen, ik ga een tijdje stoppen. Drie maanden, dat was het idee, maar ik merkte dat zoveel dingen ineens eindelijk goed gingen. Ik had in no time een leuke vriendin en ging ineens mijn huis verbouwen – dat echt een soort junkenhol was. Dus ik werd bang dat het opnieuw een zootje zou worden als ik weer begon met drinken. Dus stelde ik het uit. Dat is nu elf jaar geleden.’

Geen rock & roll meer voor Twan van Steenhoven.

‘De laatste tijd denk ik weleens dat het lachen zou zijn om weer eens een avondje te zuipen. En weet je, als artiest word je op bepaalde vlakken misschien snel volwassen, maar op andere vlakken blijf je forever kind. Zo kan ik nog steeds niet op tijd naar bed gaan. Dat is erg onhandig met een jong kind, dus vraag ik mijn vriendin elke avond of ze mij op tijd naar bed wil sturen. Als een soort kleuter. Maar op het gebied van drank en drugs had ik toen ik een jaar of 25 was inderdaad het gevoel dat ik het allemaal wel had meegemaakt. Ik ging vijf dagen per week naar de kroeg. Vet gezellig man, maar ik had het gewoon wel gezien. Ik zeg niet dat het nooit meer gaat gebeuren, maar zelfs toen ik op die feestjes stond, verlangde ik onbewust naar meer. Naar hechtheid, naar een kind, naar een gezin. Toen ik Teun kreeg, dacht ik: dit is dus wat ik miste.’

Je vriendin Mignon en jij zijn acht jaar bij elkaar. Moest jij haar in het begin overtuigen dat je meer was dan dat feestbeest?

‘Toen ik haar leerde kennen, was ik al een beetje klaar met die lifestyle. Zij was juist degene die nog graag tot zeven uur ’s ochtends op technofeestjes wilde staan. Belde ik haar om drie uur ’s nachts op om te vragen of ze thuiskwam: nee, nog een half uurtje, Twan, heel even nog. Ik was de oude lul in dit verhaal.’

Waarom matchen jullie?

‘Ik vroeg mijn vader laatst hetzelfde: wat hij nou eigenlijk in mijn moeder zag. Hij zei dat dat gewoon met geur te maken had. Dat is zo, ik heb dat ook. Ik vind Mignon zelfs lekker ruiken als ze bezweet is en nog niet gedoucht heeft. Haar lichaamsgeur... man, ik voelde gewoon dat ik kinderen met haar moest maken. En ik vind haar heel knap, wat erg fijn is. Elke keer als ik naar haar gezicht kijk, heb ik pret. Verder zijn we heel lief tegen elkaar, wij zijn gewoon twee zachtaardige lieveheersbeestjes.’

Je nieuwe plaat New Life is heel open, kwetsbaar zelfs. Heb je getwijfeld of je het zo moest uitbrengen?

‘Nee, ik ben altijd zo. De zus van Mignon kreeg in haar Spotify vorige week een melding: ik werd aangeraden als de meest gevoelige artiest die zij volgde. Lekker man, mijn hele leven naar allemaal gangsterrap geluisterd, ben ik de meest gevoelige artiest van iemands playlist. Maar dat gaat dus vanzelf, ik ben gewoon die gevoelige dildo. Als ik muziek maak, is dat wat eruit komt. Met The Opposites of met andere jongens ontstaat er een andere energie, maar als ik in mijn eentje in m’n kamer zit, komen er de allereerlijkste dingen uit.’

Deze plaat gaat vooral over je zoontje Teun. Maakt dat New Life belangrijker of is het gewoon de volgende plaat?

‘Net als op mijn vorige platen stop ik er mijn hele hebben en houwen in en ik breng sowieso niets uit tot ik er 100 procent achter sta, dus wat dat betreft is het gewoon de volgende. Groot verschil is dat deze een stuk vrolijker is. De vorige platen gingen meer over rouw. Ik Ben Twan gaat over de familiecrisis waarin ik toen zat: mijn ouders gingen uit elkaar, familieleden overleden, de basis van mijn bestaan wankelde. En Van Staal ging over wat ik nou eigenlijk allemaal had meegemaakt in die Opposites-periode. Maar op New Life is het achterliggende thema voor het eerst superpositief. Fok alles, fok wat ik in het verleden heb meegemaakt, het boeit me niet meer: ik krijg een kind!’

Ik heb mijn hele leven naar gangsterrap geluis­terd, nu ben ik de meest gevoelige artiest van iemands playlist

Schril contrast met de gemiddelde rapliedjes die vooral gaan over vrouwen, geld en dure auto’s.

‘Dat heeft zowel Willem als ik nooit gehad, dat verheerlijken van materialisme. Wij zijn bijna anti-materialistisch. Wij zaten vroeger op school met allemaal kakkers die tof deden met de nieuwste scooters en horloges, maar dat vonden wij toen gewoon losers. Wat zit je nou tof te doen met je geld? En die jonge rappers van nu... dat is iets anders. Die hebben hun hele leven naar een bepaalde droom toegewerkt, zijn daarin geslaagd en verdienen daar veel geld mee. Prima. Willem en ik hadden een andere achtergrond. Wij verheerlijkten andere dingen. Alcoholisme bijvoorbeeld, haha.’

Je haalt op je eigen label ook jonge rappers binnen. Bevalt dat een beetje, die kant van het vak?

‘Ja, ik vind het leuk en merk dat het me rust geeft. Zo’n Antoon, die nu aan het doorbreken is terwijl ik zelf thuis zit te chillen: dat is prettig. Je hoeft niet bang te zijn, dit is geen inspirational Instagram-quote, maar ik wil voorlopig vooral meer genieten. Ik ben eigenlijk helemaal klaar met dat gewerk de hele tijd. Doorbeuken, nieuwe plannen maken, motivatie, inspiratie, getting those goals accomplished? Nee! Misschien komt het doordat ik net even op vakantie ben geweest na anderhalf jaar lockdown, maar we moeten echt even een paar maanden chillen met z’n allen. Op het strand liggen, feestjes vieren, naar de kloten gaan, lekker eten, gezelligheid. Kunnen we daarna allemaal weer psychopathisch onze goals achterna. Als ik tenminste niet gestorven ben van vermoeidheid, straks met die kleine erbij.’

Nieuwe Revu ontmoet Twan van Steenhoven

Waar?

Bij Twan thuis op zijn zolderkamertje, via Zoom.

Drankje erbij?

Nope, niks.

Verder nog iets?

We vroegen Twan tot slot nog even naar eventuele toekomstplannen van The Opposites. Waarop hij antwoordde dat Willem en hij ‘gezellig kletsen’ en ‘dat er zomaar iets zou kunnen ontstaan’.

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Showbizz
  • Sheridan Flipse