Hoe kijk jij terug op het afgelopen muziekjaar?
‘Heel positief, omdat we eindelijk weer iets konden gaan doen. De twee jaar ervoor waren de ergste van mijn leven. Niet alleen vanwege corona natuurlijk, maar dat telde wel mee. Ik was verschrikkelijk blij toen we afgelopen februari weer van start gingen. Sindsdien hebben we het drukste jaar ooit gehad. We zijn aan het begin van dit jaar meteen begonnen met een heel heftige theatertour van zestig shows, tussendoor werden we gevraagd voor De Vrienden van Amstel, we hebben twee festivals georganiseerd in Volendam en zijn een restaurant begonnen, de Botterwerf. En we moesten liedjes schrijven voor een nieuw album.’
Je moest net door je manager uit je bed worden gebeld, omdat je nog lag te slapen. Ben je kapot?
‘Ja, eigenlijk wel. In die zin is het ook een zwaar jaar, maar ik klaag er niet over.’
Ga je nog steeds lekker met de 3Js?
‘Het gaat heel lekker. We zijn gisteren teruggekomen uit Los Angeles, waar we met een paar van de bekendste sessiemuzikanten van Amerika onze nieuwe plaat hebben opgenomen in de studio van Bob Clearmountain. Hij is een producent die onder meer de albums van Paul McCartney, Bruce Springsteen en David Bowie heeft afgemixt. En nu dus die van ons. Dat geeft een enorme boost, ook mentaal.’
Je collega’s Nick Schilder en Simon Keizer gaven dit jaar aan te stoppen. Kwam dat voor jou als een schok?
‘Niet als een schok, maar wel als een verrassing. Ik wist niet dat het ging gebeuren. Zij hebben voor zichzelf bepaald dat ze alles hebben bereikt wat Nederlandstalige artiesten kunnen bereiken, of in ieder geval Simon heeft dat gedaan. Zijn gedachte was: ik weet niet of ik dit nog wel leuk vind. Nick en Simon hebben ook de middelen om te stoppen.’
Jij niet?
‘Ik niet, nee.’
Hoe komt dat?
‘Wij zijn niet zo vermogend als onze collega’s.’
Zette de breuk van Nick & Simon je aan het nadenken over je eigen situatie met de 3Js?
‘Ik heb tijdens corona twee jaar kunnen meemaken hoe het is om niet meer te zingen. In het begin dacht ik: laat ik het zien als een lange vakantie, maar al na twee maanden begon dat heel vervelend te worden. Ik voelde me ontzettend nutteloos en heb voor mezelf besloten dat ik niet moet stoppen met zingen.’
Denk je nooit: we doen dit al zo lang, tijd voor een andere koers?
‘Nee, want ik kan niks anders. Ook niet met een andere band of in mijn eentje. Ten eerste heb ik de discipline niet om in mijn eentje een muziekcarrière te hebben. Ik heb de anderen nodig als aanjagers. Daarnaast vind ik mezelf ook geen type om mensen tijdens optredens in mijn eentje te vermaken. Ik vind het leuk om de frontman te zijn en het woord te doen, maar ik wil op het podium wel kunnen terugvallen op mijn collega’s.’
Je was de dertig al gepasseerd toen jullie doorbraken. Is dat achteraf een zegen geweest?
‘Ja, dat is heel belangrijk voor ons geweest. Voordat we een platencontract kregen, hadden we al ontzettend veel opgetreden. We hebben ruim de tijd gehad om na te denken over de wereld waar we toen nog geen onderdeel van waren: hoe gaan wij het aanpakken, wat willen wij doen? Op het moment dat we bekend werden, waren mijn wildste jaren ook wel voorbij. Dat is goed geweest.’
Hoe wild was je?
‘Behoorlijk wild, vond ik. Maar wat er tegenwoordig allemaal gebeurt, met dat drugsgebruik van tegenwoordig, vind ik nog veel wilder. Zo erg was ik niet.’
In de beginjaren moesten jullie van je platenmaatschappij ieder anderhalf jaar een nieuwe plaat afleveren. Hoe kijk je daar nu op terug?
‘Achteraf was het gekkenwerk, maar onze platenbaas zei dat het moest, dus dan was het zo. Ik heb hem overigens gisteren nog gesproken en neem hem absoluut niks kwalijk. Hij is een man die veel voor ons heeft betekend en ook voor Jan Smit en Nick & Simon. Zij zaten ook bij hem en hielden er hetzelfde ritme op na. Voor ons was het een vanzelfsprekendheid dat je een plaat maakt, daar vijf singles van uitbrengt en dan weer met een nieuw album komt. We waren niet anders gewend.’
Heb je ooit op het punt van een burn-out gestaan?
‘Er was niet eens tijd om na te denken of je een burn-out had, haha. We hadden in die tijd ook nog geen kinderen, dat scheelt.’
Als je zoveel op elkaars lip zit, ontstaan er ongetwijfeld ook spanningen. Hebben de 3Js elkaar weleens de tent uitgevochten? ‘Nee. We hebben wel heel vaak meningsverschillen, maar uiteindelijk is dat alleen maar goed. Als je daar goed mee kan omgaan, hou je de dialoog gaande. Over de muziek, de richting die je op wilt. Er is nooit iemand die gelijk heeft, het is maar net wat je op dat moment vindt. We zijn allemaal nuchter en slim genoeg om dat uit te praten en het daarna naast ons neer te leggen.’
Jullie hebben inmiddels meer dan tweehonderd liedjes geschreven. Hoe voorkomen jullie dat de boel op elkaar gaat lijken? ‘We doen heel erg ons best om niet in herhaling te vallen. Ik moet zeggen: dat gaat ons goed af. Misschien wel te goed. Wij worden vaak gezien als een act die je niet in een hokje kunt stoppen. Dat is aan de ene kant een compliment, maar het is ook een nadeel. In Nederland willen mensen weten waar ze aan toe zijn, ze willen een herkenbaar geluid horen. Maar als wij een single uitbrengen, lijkt dat nooit op ons vorige liedje.’
Behoren jullie tot de beste artiesten van Nederland, denk je?
‘Zoiets zou ik nooit over mezelf zeggen. Wij zijn bekende artiesten, maar ik wil alle niet-bekende virtuoze artiesten in Nederland niet tekortdoen. Daar zijn er heel veel van.’
Wie bewonder jij?
‘Ik heb altijd opgekeken tegen Henny Vrienten die dit jaar is overleden. Robert Long had ik graag willen ontmoeten in mijn leven. Herman van Veen is een held. Voor de rest bewonder ik alle mensen die een instrument virtuoos bespelen, omdat ze daar a) het talent en b) de discipline voor hebben.’
Hoe is het met jouw pianospel?
Lachend: ‘Slecht. Ik heb een tijdlang geprobeerd om elke dag te oefenen, maar dat is helemaal in het slop geraakt nu ik twee kinderen heb.’
Toen jij klein was, had je vader een visverkoopkar. Wat vond hij ervan dat je muzikant wilde worden?
‘Ik begon met zingen toen ik een jaar of achttien was, met mijn eerste bandje. Een jaar of twee daarna leerde ik Jaap Kwakman kennen en tilden we het muzikaal gezien naar een iets hoger plan. Mijn vader en moeder zagen hoe serieus ik ermee bezig was en dachten: er zit wel wat in.’
Vind je het jammer dat je vader je succes niet meer meekrijgt?
‘Ja, dat vind ik heel erg. Hij is anderhalf jaar geleden overleden. Sindsdien heb ik daar vaak over nagedacht: wat zou hij hiervan vinden, hoe zij hij daarnaar kijken? Mijn vader had een heel nuchtere kijk op de wereld en mensen. Dat heb ik wel van hem geërfd. Hij zag het allemaal heel helder en kon dat op een enorm droge humoristische manier verwoorden.’
Hoe keek hij naar de showbizzwereld?
‘Dat vond hij in principe een belachelijke wereld. Dat neppe gedoe op televisie, daar hield hij niet van. Hij kon zich mateloos ergeren als er zo’n programma aanstond. Eigenlijk vond hij alleen mij goed, haha.’
Heb jij die aversie van hem overgenomen?
‘Absoluut. Ik vind alles op tv zo verschrikkelijk nep. Om die reden kijk ik ook nooit televisie en doe ik bijna niet mee aan tv-programma’s. Op commando uitsloverig of aanstellerig doen omdat een regisseur dat van je vraagt, dat kan ik niet.’
Heeft je nuchtere instelling je geholpen om de afgelopen twee jaar door te komen?
‘Je bedoelt met corona?’
En het verlies van jullie dochter Donna in 2020.
‘Zeker, dat heeft wel geholpen. Mijn vader was iemand die zijn emoties nooit toonde aan de buitenwereld. Dat heb ik ook van hem. Ik wil dat niet als een voordeel bestempelen of als iets goeds, maar het zit in mijn aard. Dat heeft me er wel doorheen gesleurd. Mij en mijn gezin, want mijn vriendin is juist overemotioneel. Ik compenseer dat dan weer.’
Verdriet dat je opkropt moet er ook een keertje uit, toch?
‘Voor mij is het heel lastig dat ik mijn emoties niet kan uiten, maar voor de buitenwereld is het makkelijk. Zij hoeven zich geen zorgen om mij te maken, want het lijkt alsof het allemaal goed gaat. Ik hoop dat het bij mij op de lange termijn geen schade veroorzaakt.’
Krijg je hulp bij de verwerking?
‘We zijn anderhalf jaar in therapie geweest. Dat was een plek waar mijn vriendin en ik konden vertellen wat we voelden en waar mij ook werd uitgelegd hoe dat dan bij mij zat, hoe het kon dat de emoties er bij mij niet uitkwamen. Dat was waardevol, want het is toch een beetje gek als je zoiets verschrikkelijks meemaakt en je bent de enige die niet huilt. Alle mensen die bij ons kwamen kijken, zakten in elkaar van verdriet, behalve ik.’
Voelde je je er schuldig over dat je niet verdrietig genoeg leek?
‘In het begin wel, maar we kwamen al snel bij de therapeut terecht waar ik het net over had. Daar is me duidelijk geworden dat het bij mij anders werkt dan bij andere mensen. Mijn familie en vrienden weten dat inmiddels ook van mij, dat ik wel degelijk emoties heb, maar dat ze niet zichtbaar zijn. Bovendien zijn al mijn verschillende emoties terug te horen in onze liedjes.’
Wat zijn voor jou de geluksmomenten in je leven?
‘De tijd die ik doorbreng met mijn kinderen. Daar geniet ik enorm van. Ik word ook nog steeds blij van creëren van nieuwe muziek. En van optreden, dat vind ik heel fijn. Zeker in een heel drukke periode, als er verschrikkelijk veel dingen in je hoofd omgaan, is het heerlijk om op het podium te staan en anderhalf uur lang met niks anders bezig te zijn dan je ding doen. Sommige artiesten hebben podiumvrees, maar dat heb ik nooit gehad. Ik weet na al die jaren precies wat ik moet doen en hoe andere men- sen naar mij kijken. Er is geen enkele reden om zenuwachtig te zijn.’
In de rest van het interview vertelt Jan Dulles meer over zijn relatie met Caroline, vermogen en toekomstplannen. Nu verkrijgbaar!
- BrunoPress