Bart Nijman: 'Ik begin toch te hopen dat Donald Trump de verkiezingen gaat winnen'
'Het valt niet meer te ontkennen: ik heb door de bank genomen meer op met de achterban van Trump dan met die van Harris'
Nu de Amerikaanse verkiezingen naderen, begin ik toch te hopen dat Donald Trump wint. Zijn opponent Kamala Harris is namelijk onoprecht, meer omhooggevallen dan intelligent, en domweg een beetje gek.
Dan liever schaamteloze tonprater Trump, die weliswaar gedreven wordt door een opportunistisch narcisme maar wel te allen tijde zichzelf is. Je weet wat je krijgt. Dat is bij Kamala niet zo. Die weet zelf amper wie ze is, of hoe ze per ongeluk presidentskandidaat is geworden.
Ook niet onbelangrijk: mensen die ik wantrouw en niet eerlijk acht, hebben hun vertrouwen in haar gelegd. Dat schrikt af. Die mensen, uit het progressief-globalistische kamp, zorgen dat westerse samenlevingen al jaren op rampspoed afkoersen. Ze dwangvoederen ons diversiteit en duurzaamheid, ze prediken apologie voor naargeestige regimes en religies, en ze verlangen steeds meer controle over vrije communicatie, persoonlijke opvattingen en individueel consumptiegedrag.
Om over hun verstikkende verheerlijking van slachtofferschap maar te zwijgen. Complete industrieën bezwijken onder de cultus van het sentiment, niet in de laatste plaats de media, maar ook het openbaar bestuur, het (hoger) onderwijs en de corporate kantoortuinen. Alleen de wereld van de fysieke arbeid, met gereedschappen en werktuigen, blijft enigszins van deze gekte gevrijwaard.
Het valt bovendien niet te ontkennen aan mezelf: ik heb door de bank genomen meer op met de achterban van Trump dan met die van Harris. Niet met de uitersten, niet met degenen die hun woning, kleding en pick-uptrucks in MAGA-parafernalia tooien. Niet met degenen die om het luidst hun diepe geloof in hun deïstische Donald belijden. Die zijn net zo borderline lijp als de paarsharige transpopulisten die Kamala Harris – de machtigste vrouw in Amerika – vieren als een slachtoffer van patriarchale onderdrukking door blanke racisten. Ik heb zelden iets op met ideologen, waar ze ook vandaan komen.
Ieder kamp heeft zulke uitersten en het is een ziekte van onze tijd dat we alles langs deze extremen plachten te beoordelen. Maar naar het midden toe zitten aan de zijde van Trump meer mensen waarin ik mezelf herken, en mijn eigen achtergrond. Een beetje provinciaal, een beetje conservatief, sterk op hun individuele vrijheid gericht, bereid om voor die vrijheid te werken, niet geprogrammeerd om een ondergeschikte te zijn, maar ook niet rijk en invloedrijk genoeg om het systeem naar hun hand te zetten.
Uiteindelijk willen ze gewoon met rust gelaten worden, en hun eigen pursuit of happiness nastreven. In dat streven worden ze gehinderd door het opportunisme van het progressieve globalisme, gerund door mensen die gelijkheid van uitkomst als een geloof belijden. Trump zal het leven van zijn eigen kiezers niet merkbaar verbeteren – de wereld draait louter op zijn eigen voorwaarden – maar zal hun pursuit ook niet belemmeren.
Ook ik verlang naar minder opgelegde hinder. Hup Trump.