Jonathan Ursem

'Waar zijn ze gebleven, de doemscenario’s uit de jaren 80?'

Hoofdredacteur Jonathan Ursem vraagt zich af waar de kinderlokkers en de zure regen uit zijn jeugd toch zijn. Hij werd er als kind bang mee gemaakt, maar nu hoor je er nooit meer wat over.

Jonathan Ursem

Toen ik opgroeide, leek de wereld een stuk overzichtelijker dan nu. Dat kan aan mijn leeftijd liggen, maar in de tijd van de Koude Oorlog wist je tenminste wie je vijand was. Voor een jongetje uit 1981 waren er – naast de Russen natuurlijk – drie: kinderlokkers, plassen als het chloor nog in de wc-pot drijft (van de giftige stoffen die dan vrijkomen ging je dood) en zure regen. Dat waren de dingen waarmee je als kind in de jaren 80 bang werd gemaakt.

Nu hoor je er nooit meer iemand over. Waar zijn ze gebleven, de doemscenario’s uit de 80s? De kinderlokkers zijn vast van de straat weg en tinderlokkers geworden. En qua chloor: we hebben thuis tegenwoordig een wc die geen rand heeft waar het vuil zich onder kan verschuilen, maar wel een reservoir waar de schoonmaakmiddelen al in zitten, en voor de rest weet de schoonmaakster er wel raad mee. En geen idee wat er met de zure regen gebeurd is, eigenlijk. Bestaat dat nog?

In mijn jeugd leek hondenpoep op straat wel zo’n beetje het grootste maatschappelijke probleem. Nu, 38 jaar later, zijn de moslims, klimaatgekkies en de media de bronnen van al het kwaad... Althans, als je op Twitter zit dan hoor je dat te vinden. Ik zal de laatste zijn die de kinderlokker – de poep onder zijn schoen afspoelend in een zureregenplas – weer terug op straat wil, maar eerlijk: die jaren 80 waren zo slecht nog niet.

Column
  • iStock