Hoe Mino Raiola een van de machtigste makelaars van het voetbal werd

Deze week verschijnt Weekendmiljonairs van VI-journalisten Tom Knipping en Iwan van Duren, over de wereld van de spelersmakelaars. De Nederlander Mino Raiola, volgens Leo Beenhakker 'een of andere Luigi', is een van de grote jongens. Een voorpublicatie.

Mino Raiola

‘Ik ben een hedgefonds.’ Niet veel mensen op aarde zullen deze zin ooit in hun leven uitspreken. Eén man wel. De markante solist Mino Raiola. De Nederlandse Napolitaan die zo lijkt weggelopen van de set van The Sopranos. Geboren in Italië, opgegroeid in Haarlem, woonachtig in Monaco. Van handige tolk uitgegroeid tot gevreesd makelaar. Kind aan huis bij AC Milan. Hofleverancier van voetballers aan Manchester United. Hij is miljonair, zijn klanten zijn miljonair.

Aanvankelijk werd Carmine, beter bekend als Mino, nog met argwaan bekeken. Praatjesmaker, cowboy. Iemand die de vocabulaire van zijn lievelingsfilms aardig beheerst. Maffia, schijt, fuck, bloedschande, shit, incest, klootzak, eikel, stront. Allemaal termen die in zijn vlijmscherpe interviews tussen aanhalingstekens staan genoteerd. Hoe dan ook. Raiola, vaak wat slordig gekleed in spijkerbroek en oversized hemd, en dikwijls gekarakteriseerd als voormalig pizzabakker, had met zijn kroonjuweel Paul Pogba wel even het wereldrecord in handen.

Met de astronomische afkoopsom van 105 miljoen euro onderhandelde de Haarlemmer in 2016 Gareth Bale uit de recordboeken. Pogba trakteert tegenwoordig oud-collega’s op Rolexen, Raiola zet gewapend met een arsenaal smartphones vanuit zijn belastingvrije uitvalsbasis de volgende transfers in de steigers en schroomt daarbij niet om iedereen die aan zijn spelers komt, keihard af te serveren. Hij typeerde zichzelf ooit als een stofzuigerverkoper die bestuurders hun ballen eraf draait totdat ze ja zeggen.

Emotioneel, opvliegend noemt hij zichzelf. Zijn soms onconventionele methodes zijn uitermate succesvol. Het Amerikaanse zakenblad Forbes noteert het eenmansdestructiebedrijf van onze landgenoot al jaren hoog op de mondiale ranglijst van gefortuneerde voetbalmanagementbureaus. Hij begeleidt en belegt, hij onderhandelt en verhandelt. Zonder overdrijven zou ‘hedgefonds’ niet eens meer misstaan als functieomschrijving op zijn visitekaartje. Een kwart eeuw na zijn entree op de markt wordt de horecazoon alom gerekend tot de invloedrijkste makelaars ter wereld.

Hoe hij zo succesvol is geworden? ‘Gewoon, door keihard te werken.’ Al op het vwo valt de 18-jarige op wanneer hij zijn bolide keurig naast die van de docenten parkeert. In de avonduren fungeert hij als afwasser, kelner en schoonmaker (nee, hij bakte geen pizza’s) in het Italiaanse restaurant dat zijn ouders exploiteren aan een van de centrale Haarlemse singels.

Raiola regelt ook de administratie en realiseert zich zodoende op een avond dat een slordig geklede man uitgerekend de duurste fles wijn bestelt. Raiola kijkt wat verbaasd naar het sjofele type, senior tikt hem op de vingers. De latere multimiljonair die in hawaïshorts bij contractonderhandelingen met Juventus zal aanschuiven, krijgt opdracht om nooit af te gaan op uiterlijk en de exclusieve Sassicaia gewoon te ontkurken. Hij noemt deze periode later ‘de gelukkigste tijd van mijn leven’ in een decor dat de sfeer ademde van The Godfather, zonder het criminele aspect dan. ‘Saus, salami, show.’

Wanneer een klant op een dag klaagt over onbetrouwbare Italianen die afspraken niet nakomen en te laat leveren, gaat Raiola voor 100 gulden mee naar Italië om het probleem op te lossen. Het werk als intermediair gaat hem goed af en in 1987 lanceert hij als rechtenstudent zijn eerste bedrijf genaamd Intermezzo. Het arbeidsethos van een horecaman, een goed stel hersens en een flinke portie lef blijken een gouden combinatie. Zoals veel makelaars rolt hij eind jaren 80, begin jaren 90 per toeval het voetbal in. Aan hem is geen begenadigd voetbaltalent verloren gegaan.

Meer indruk maakt hij als kritisch lid van de businessclub van HFC Haarlem waar hij uitlegt hoe de club bestuurd zou moeten worden. Na een bestuurscrisis vragen ze die bluffer die het altijd zo goed weet het zelf eens te proberen. Raiola is dan 23 jaar. Bij Haarlem is geen geld. Het nieuwe bestuurslid technische zaken scant de transferreglementen die dan nog totaal anders in elkaar zitten dan nu. Kort gezegd komt het erop neer dat de binnenlandse transfersommen worden bepaald door een rekenformule op basis van contractduur en salaris. Voor transfers naar het buitenland vragen clubs echter wat ze willen. Raiola ziet een gat in de markt wanneer een buitenlandse club Haarlem zou overnemen. Die zou dan een opleidingscentrum hebben, een filiaal vanwaaruit de beste talenten goedkoop kunnen doorstromen.

Raiola benadert met dit idee AS Napoli, zijn favoriete vereniging waar Maradona op dat moment nog speelt. Hoe het contact ontstaat? ‘Gewoon bellen. Ondernemen.’ Met 1 miljoen gulden sponsorgeld kan hij talenten aantrekken die dan kunnen rijpen in de fonkelnieuwe dependance genaamd Haarlem. De Italianen monsteren de kleine Nederlander. ‘Wie zou jij kopen?’ Raiola noemt een speler uit Ajax 2. Dennis Bergkamp.

Raiola krijgt groen licht en belt de zaakwaarnemer van Bergkamp, een zekere Rob Jansen. Een gebekte vakbondsman uit Den Haag die bij de vakbond VVCS furore maakt als contractbegeleider. Uiteindelijk ketst de deal af na een cocaïneschandaal bij Napoli, maar zijn entree op de spelersmarkt heeft hij gemaakt. Rob Jansen is dan nog onder de indruk van de harde werker met een zekere charme. Een man die bruist van de energie en de potentie heeft om verder te komen.

De VVCS transformeert in die periode van een gerespecteerde organisatie die opkomt voor de zwakke rechtspositie van voetballers in een steeds commerciëler getinte groep en ziet wel wat in de jonge Haarlemmer die beweert de contacten en kwaliteiten te hebben om de begeleiding van de beste voetballers te verzorgen. Alle spelers zitten op dat moment nog bij de vakbond. Met de zeventalige Raiola is er plotseling iemand in huis die de Italiaanse markt kent en hand-en-spandiensten kan verlenen als tolk.

Iemand die kind aan huis is in Napoli waar Raiola kennismaakt met alle mensen die wat voorstellen in het Italiaanse voetbal. Andersom nodigt hij zijn nieuwe netwerk uit in de eredivisie, waar talenten zich begin jaren 90 ontwikkelen tot gewilde exportproducten. Na de succesvolle transfers van Ruud Gullit, Frank Rijkaard en Marco van Basten naar Milaan neemt de vraag naar Hollandse Nieuwe bepaald niet af. Om de transfers te begeleiden heeft de VVCS een aparte afdeling opgericht: Sport Promotion. Raiola ontpopt zich als regelneef. ‘Tolken, restaurantboekingen, autorijden,’ zegt Jansen daar later eens over.

Zonder slag of stoot gaat zijn opkomst niet. De sterren worden begeleid door een beperkt aantal mannen. Daar kom je niet zomaar tussen. Zijn opkomst loopt niet zo extreem uit de hand als bij Jorge Mendes uit Portugal die een vuistgevecht aangaat met een collega, maar wel raakt hij verzeild in figuurlijke schermutselingen. Het valt medewerkers van de VVCS op dat hij als tolk moeilijk in toom te houden is, omdat hij vertalingen direct vergezelt van zijn meningen.

Lang houdt de eigenzinnige Raiola het dan ook niet vol in een dienende rol bij de vakbond. Als twee gelijkpolige magneten stoten Jansen en Raiola elkaar af. Vandaag de dag zijn ze verbeten concurrenten, zeker nadat Raiola het kroonjuweel Mark van Bommel overnam uit de winkel van zijn ex-collega. Na zijn vertrek stelt hij zich weinig chic op tegenover de man die hem toch ook introduceerde bij de spelers. Raiola noemt Jansen een leermeester die laat zien hoe het niet moet. ‘Ik heb Rob veel succes gewenst met zijn geld en ben gekapt,’ stelt hij in zijn kenmerkende no-nonsense spreektaal.

Tot ergernis van Raiola verkoopt de VVCS de afdeling Sport Promotion aan zijn rivaal. Ongelofelijk volgens de Haarlemmer, ook aangezien de begeleidingstak was opgericht ‘met de contributie van spelers van Helmond Sport en Heracles’. Jansen heeft op zijn beurt bedenkingen bij de werkwijze van Raiola en zegt dermate anders in het leven te staan dat een verdere samenwerking niet mogelijk is. Bij de vakbond willen ze niets meer met hem te maken hebben, zo blijkt als hij namens Padova contact opneemt voor een speler van Cambuur. Niemand van de VVCS komt opdagen voor de contractbesprekingen, logisch volgens voorzitter Theo van Seggelen: ‘Wij werken niet met illegale makelaars en tussenpersonen.’ Raiola gromt. De Napolitaan voelt zich zo in zijn eer aangetast dat hij weleens even zal laten zien wie de grootste makelaar van Nederland is.

De breuk is de opmaat naar een ongekende successtory. In Nederland krijgt hij een paar spelers onder zijn hoede, maar vooral dankzij een samenwerking met de Tsjechische oud-sterspeler Zdenek Nehoda met wie hij Pavel Nedved voor miljoenen naar Lazio Roma transfereert, komt hij echt op de kaart te staan. In het buitenland althans. In Nederland wordt hij nog steeds niet voor vol aangezien. Als Feyenoord een paar spelers misloopt komt dat volgens Leo Beenhakker door ‘een of andere Luigi die zijn eigenbelang diende’. Deze Luigi brengt dan inmiddels meer nachten door in hotels dan in zijn eigen slaapkamer.

Op 26 februari 1997 haalt hij het dan nog vereiste makelaarsdiploma af op het bondsbureau. Logisch volgens hemzelf. ‘Dit is een roeping.’ Een astroloog die zijn ouders ooit lieten aanrukken, had al voorspeld wat hij later zou gaan doen. Mensen helpen. ‘Mijn ouders hoopten op een beroep als dokter, maar dit komt aardig in de buurt.’

Lees het hele artikel op Blendle.