‘Een voorstelrondje lijkt me niet nodig aangezien je al met een interview in het blad hebt gestaan, dus ik zou gewoon meteen goed beginnen door [naam om privacyredenen weggelaten, BN] te slopen, ofzo.’ Met die bemoedigende woorden kon de eerste column voor Revu uit het toetsenbord geklopt worden. Met dank voor het polemisch enthousiasme van de hoofdredactie, maar de eerste die gesloopt dient te worden, ben ik toch echt zelf.
Dit ooit zo linkse opinieblad verzon het namelijk om mijn weldoorvoede waffel op de cover te plempen onder de noemer ‘Neerlands Hoop 2018, 40 getalenteerde toekomstmakers onder de 40’. Ik, de vermeend guurrechtse blogger van GeenStijl, een toekomstmaker? Haha! Als dat zo is, dan is dit land nog meer fucked up dan ik in al mijn zwartgalligheid al vreesde. Zo erg is het natuurlijk niet, ze hebben bij Revu mijn debuut als nieuwe columnist gewoon handig angekeild met deze positie in hun Top 40. Maar ik moet meteen die hoop temperen.
Want laten we wel wezen. Dat Oekraïne-referendum was een daverend succes. Maar sindsdien overtuigde ik zo weinig kiezers voor een Tweede Kamer-campagne dat ik inmiddels bijna alle GeenPeil-stemmers persoonlijk heb kunnen bedanken. Een breed in de media aangemoedigd initiatief voor een donorreferendum haalde te weinig handtekeningen. En m’n geliefde blog is de bandeloze winkeldochter waar de Belgische uitgever Mediahuis vanaf wil, omdat die inbel-Belgen met hun vertraging op de lijn van de vooruitgang niet begrijpen dat bij hun Noorderburen roze het nieuwe goud is. Dus wat nou Neerlands hoop?
En toch. Misschien biedt dat ongefilterde weblog wel een beetje hoop. Een plek die niet conformeert aan de knellende band van politieke correctheid die om Mediapark en Grachtengordel ligt – om niet te zeggen dat het een ring van sociale controle is die iedereen en z’n bureauredacteur in een ijzeren greep houdt. Een plek waar verboden woorden niet bestaan, de macht geen macht heeft en humor nog gewoon een foute grap kan zijn. Waar een bubs bloggers de alarmbel luiden tegen de larmoyante morele leegte achter modewoordjes als ‘diversiteit’ en ‘inclusiviteit’.
‘Zo ik iets ben in de Hitparade van de Hoop, ben ik de alarmschijf,’ betrapte ik mezelf op een zinnetje. En ik zat op m’n snikhete zolderkamer te zweten boven m’n toetsenbord, keek naar m’n weinig modieuze korte broek en de pizzavlek in m’n vale ouwe shirt en dacht: shit. Plotseling printschrijver. Heb ik nu dan toch een stijladvies nodig?