'Als het KLM-personeel gaat protesteren, landen ze ook niet met een Boeing op het Malieveld'
Van columnist Jerry Hormone mogen boeren protesteren, maar dan zonder intimiderende landbouwmachines.
Hoewel ik plat Rotterdams praat, ben ik geboren op een boerderij een half uur boemelen met bus 164 ten zuiden van de havenstad. Zodra ik in het ieniemienie-Manhattan-aan-de-Maas ging wonen mat ik mezelf vliegensvlug die Deelder-esque tongval aan om te verbloemen dat ik eigenlijk een uit de ingepolderde zeeklei getrokken aardappel ben.
M’n eerste skelter was een oranje traptrekker en m’n opa – die toen nog leefde en boerde – had twee echte trekkers. Een grote blauwe en een kleine blauwe. Heel veel meer verstand van trekkers dan het formaat en de kleur had en heb ik niet, al kan ik me wel herinneren dat ik de kleine het mooist vond. Dat was een wat ouder modelletje dat zo uit een Dinky Toys-catalogus leek weggereden. Als kind was ik blijkbaar al een nostalgist.
Tot voor kort borrelden er bij de aanblik van een trekker dan ook enkel warme, langs-het-tuinpad-van-m’n-vader-achtige gevoelens in mij op. Een boer die op z’n dooie akkertje leven in de grond ploegde, of de beerkar voorttrok en de stront van z’n beesten over het land liet vloeien. Zoals de Franse schrijver Marcel Proust door de smaak van een in bloesemthee gedoopt madeleine-cakeje werd overrompeld door jeugdherinneringen, zo teleporteert de penetrante stank van varkensstront mij naar m’n onbekommerde kindertijd op het platteland.
Maar sinds Farmers Defence Force en kornuiten trekkers inzetten bij hun acties, is dat idyllische beeld voltooid verleden tijd. Nu kun je zeggen: ‘Het zijn boeren, natuurlijk komen die naar de demonstratie op hun trekker,’ maar dat is gelul. Boeren hebben ook gewoon een auto, waarmee ze boodschappen doen of op vakantie naar Zuid-Frankrijk gaan. Als het KLM-personeel gaat protesteren, landen ze ook niet met Boeing 747’s op het Malieveld.
De trekker is in dezen dan ook geen vervoermiddel, maar een onuitgesproken dreigement: maak ons niet kwaaier dan we al zijn, want als de boel escaleert, moet je niet raar opkijken als je vijf ton rubber en staal in je nek krijgt. Tja, ik zou als overheid ook zeggen: ‘Laat je trekker thuis of anders...’
Begrijp me niet verkeerd; hoewel ik het oneens ben met boeren die het stikstofprobleem ontkennen, ben ik voor hun recht om te demonstreren, maar dan wel zonder intimiderende landbouwmachines. Want what’s next? Voor een betere cao strijdende politieagenten met getrokken dienstwapen? Tegen een suikertaks protesterende tandartsen die vervaarlijk met zoemende boren zwaaien? Houthakkers voor kap van de Veluwe met ronkende kettingzagen? Circusartiesten tegen verhoging tentbelasting met loslopende tijgers, leeuwen en olifanten? Demonstreren valt onder de vrijheid van meningsuiting, (impliciet) dreigen met geweld – helaas voor sommige boeren – niet.
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- ANP