Leon Verdonschot

‘Als tegenstander van gratis geld ben ik ook tegen 10.000 euro voor iedere 18-jarige’

Open brief van columnist Leon Verdonschot aan Jesse Klaver.

Leon Verdonschot

Als tegenstander van gratis geld ben ik ook een tegenstander van het schenken van 10.000 euro aan iedere 18-jarige, zoals je partij GroenLinks voorstelt in zijn nieuwe verkiezingsprogramma. Er zijn volgens mij slimmere en minder platte manieren om in jongeren te investeren, al passen die dan minder lekker in een krantenkop of insta-post.

Toch is het een interessant voorstel, alleen al om te zien hoeveel gelegenheidsargumenten er in de strijd worden gegooid ertégen.

Zo stelde Geert Wilders dat het voorstel zelfs onwettig zou zijn omdat het een poging is om jonge kiezers om te kopen. Geert Wilders, die zijn kiezers twintig jaar na het kwartje van Kok, toen het kwartje al lang niet meer bestond, nog steeds beloofde dat terug te geven. Geert Wilders, die in 2016 zijn kiezers zowel lagere huren, geen eigen risico, de AOW terug op 65, een lagere inkomstenbelasting én een halvering van de motorrijtuigenbelasting beloofde, uiteraard allemaal te betalen uit de ‘etc’ van: ‘Geen geld meer naar ontwikkelingshulp, windmolens, kunst, innovatie, omroep, etc.’.

Jurgen Nobel van de VVD, die in 2012 nog iedereen een lastenverlichting van 1000 euro beloofde, zette een hoed op, stak een dikke sigaar aan en plukte nog maar eens dat oude citaat van Margaret Thatcher van de mesthoop van de geschiedenis, over het probleem dat bij socialisme uiteindelijk het geld van anderen opraakt. Fascinerende framing blijft dat toch: geld voor jongeren is ‘socialisme’, geld voor multinationals en hun aandeelhouders is ‘investeren’.

Net zo fascinerend is de veelgehoorde verwachting dat jongeren die 10.000 euro diezelfde dag nog gaan opbrassen, het liefst aan onzinnige spullen. Volwassenen van 18 jaar worden verstandig genoeg geacht om te stemmen, om auto te rijden, voogd te worden van een minderjarige, iemand aan te klagen en premier te worden, maar niet om te kunnen omgaan met financieel bezit. Wel met financiële schulden: door het leenstelsel, dat er kwam dankzij dezelfde GroenLinks, PvdA en D66 die er nu tegen zijn, zijn veel studenten in de schulden terechtgekomen, waarvoor ze zelf verantwoordelijk zijn. Voor dik in de min staan werden ze voor rede vatbaar genoeg geacht. Voor dik in de plus staan niet.

Mensen zonder geld zijn niet te vertrouwen met geld, mensen met geld wel: daarom kreeg bijvoorbeeld Booking.com dan ook zonder voorwaarden tientallen miljoenen coronasteun, waarna het bedrijf, dat door een handige constructie al nauwelijks belasting betaalt, een kwart van zijn personeel ontsloeg.

Wat niettemin nóg interessanter is dan al die valse argumenten tegen jullie voorstel: hoe te voorkomen dat je ooit nog meestemt met zo’n leenstelsel, zoals nota bene de PvdA de sociale werkplaatsen afbrak en nota bene D66 het raadgevend referendum het graf in hielp? Hoe voorkom je in de toekomst dat regeergeilheid leidt tot verraad aan je eigen uitgangspunten?

Beste Jesse, ik zou een groep slimme 18-jarigen daar voor 10.000 euro eens een paar weken over laten brainstormen.

Column
  • Bruno Press