Streek van de van de week: Ome Joop drijft iedereen tot wanhoop

Nieuwe Revu bericht wekelijks over belangwekkend nieuws uit de regio. Deze keer krijgt een heer van stand een standje va...

Nieuwe Revu bericht wekelijks over belangwekkend nieuws uit de regio. Deze keer krijgt een heer van stand een standje van Wassenaar, dat de handel en wandel van diens nieuwbakken museum amper nog onder controle heeft.

Tekst: Danny Koks

De eerste klap is een daalder waard. Dat wist kunstverzamelaar Joop van Caldenborgh dondersgoed. Dus was er maar één manier waarop hij met zijn nagelnieuwe museum een onvergetelijke indruk kon maken op de mondiale kunstwereld. Joop moest een hele dikke vis binnen hengelen. Een Rembrandt was geen optie. Museum Voorlinden te Wassenaar is immers een rustoord voor hedendaagse, moderne kunst. Daar een stokoude Rembrandt tussen hangen, zou een schandvlek zijn die je nooit meer wegpoetst.

Joop had kunnen gaan voor een lekker glimmend knutselwerkje van Damien Hirst, een pièce de résistance van Ai Weiwei, hij had zelfs nog een extra beeldje van good old Armando in zijn beeldentuin kunnen planten. Maar Joop droomde groter. Hij wilde een Pijbes. Een echte, van vlees en bloed. En hij kreeg hem. Na acht jaar de show te hebben gestolen bij het Rijksmuseum werd Wim Pijbes per ingang van 1 juli 2016, een dikke twee maanden voordat de toko officieel zijn deuren opengooide, de algemeen directeur van Museum Voorlinden, gelegen op het gelijknamige, idyllische landgoed.

Amper een maand nadat Willem-Alexander het plichtmatige lintje had doorgeknipt, was Pijbes echter alweer pleite.

Eigengereide acties

Was dit performance art? Of was er herrie in de tent? Buiten de bestuurskamer weet niemand vooralsnog van de hoed en de rand. Toch wordt inmiddels het beeld wel steeds scherper van een Van Caldenborgh die zich door niemand, museumdirecteur noch gemeente, de les laat lezen.

De man die zijn fortuin vergaarde met chemiebedrijf Caldic grossiert in eigengereide acties. Een paar weken voor de opening kregen Joop en zijn gevolg ineens de kriebels: er zou weleens veel meer volk kunnen komen dan waar ze rekening mee hielden. Waar moesten al die bezoekers hun waggie kwijt? Dus liet de mecenas in allerijl een parkeerterrein voor 264 auto’s uit de grond stampen.

Illegaal, want voor het regelen van een vergunning had het museum dus echt even geen tijd. Zelfde verhaal met de fietsenstalling: zomaar neergekwakt. Meerdere plaatselijke politieke partijen vinden dat het parkeerterrein en de fietsenstalling subiet moeten verdwijnen, want nu alsnog een vergunning verstrekken is het belonen van slecht gedrag.

Ome Joop maakte het kort daarna nog bonter. Aan de blauwe plaatsnaamborden boven de N44 in Wassenaar blijken diverse bruine verwijsbordjes te zijn bevestigd, met zo’n pictogrammetje van een museum en daarnaast de naam ‘Voorlinden’. Ook dat heeft Joop op eigen houtje geritseld.

Pijbes die de plaat heeft gepoetst, parkeerplekken die op de tocht staan en als Van Caldenborgh nog meer tegenwind krijgt, moeten die bruine bordjes boven de N44 ook weg en kan straks niemand nog de weg naar zijn private kunstwalhalla vinden. Laat je niet gek maken Jopie, hou je gewoon vast aan de woorden van die dekselse dondersteen Henry David Thoreau: ‘This world is but a canvas to our imagination.’