James Worthy: 'Ik ben alleen thuis en mijn rechterduim bepaalt daardoor wat er op tv komt'
'Ik kijk naar twee docu's, één over Avicii en daarna over Anthony Bourdain. Beide gaan over een man die zijn droom leeft, maar allebei eindigen ook hetzelfde: met de dood'
Ik ben alleen thuis. Mijn vrouw en kind hebben een bioscoopdate. Voor het eerst in drie maanden hoef ik dus niet naar Koreaanse oorlogsdrama’s of naar Fortnite-toernooien op YouTube te kijken. De afstand die normaal tussen mij en de afstandsbediening ligt, is voor een paar uur weg. Mijn rechterduim heeft voor even weer een vinger in de pap.
In de vrijheid die volgt, kijk ik eerst naar een documentaire over Avicii en daarna over Anthony Bourdain. Mijn duim heeft overduidelijk geen zin in luchtigheid. Eerst kijk ik naar een man die verliefd was op melodieën en daarna kijk ik naar een man die verliefd was op eten. De muziek van Avicii heeft me nooit kunnen boeien, het is botsauto-house voor mensen die niet in de botsauto’s durven, maar qua melodieën is het natuurlijk ongelofelijk indrukwekkend. Als een verstrooide professor zat hij in de studio op instrumenten te tokkelen en aan knopjes te draaien. Hij leek van het maken van melodieën een wetenschap te hebben gemaakt. En toch klonk alles laagdrempelig. Hij was een soort muzikale Einstein voor het volk.
Voor Bourdain heb ik altijd een zwak gehad. Ik heb ook veel van hem geleerd. Bijvoorbeeld dat ik verder moet proeven dan mijn tong lang is. En dat de beste restaurants in achterbuurten zitten. Ik zie hem nog altijd zitten in Vietnam. Het is avond, misschien zelfs nacht. Bourdain zit op een plastic krukje aan een plastic tafeltje met stokjes uit een kommetje te eten. Zijn bril ligt op het tafeltje. Hij drinkt een lokaal biertje. Een oude vrouw met een boterhamzakje om haar rechterhand staat op straat te koken. Hij zegt dat hij gelukkig is. En dat het eten zo lekker smaakt dat hij niet meer kan nadenken. Niet meer hoeft na te denken. Dat is wat goed eten moet doen. Goed eten geeft je hoofd een snipperminuut.
Beide documentaires gaan over een man die zijn droom leeft, maar allebei de werken eindigen ook hetzelfde. Namelijk met de dood. De melodieënman beklom de hoogste toonladder en gooide zichzelf naar beneden en de man die van kauwen zijn beroep had gemaakt, vond zijn leven helaas niet meer zo behapbaar.
Je droom leven is natuurlijk iets moois, maar na een tijdje kom je erachter dat de droom leuker dan het leven is. Een droom dromen is altijd mooier dan een droom leven.
In mijn droom zitten de mannen samen aan één hemelse tafel. De Zweed zit aan de ene kant op een keyboard te spelen en aan de andere kant van de tafel is Bourdain coquilles aan het flamberen met een halflege Zippo.
‘Hoe heet je nieuwe liedje?’ vraagt Anthony aan de blonde jongen in het houthakkershemd.
‘Mijn nieuwe liedje heet: Mijn leven was interessanter dan de documentaire over mijn leven.’
‘Fuck yeah!’ lacht Bourdain, voordat hij een lauwe coquille in de mond van Philip Seymour Hoffman gooit.