Leon Verdonschot

‘Ons land smacht naar moreel leiderschap’

‘Moreel leiderschap is echt iets anders dan een afkeurende vakantietweet van een premier, met de oproep: doe aangifte bij bedreiging’

Leon Verdonschot

Beste premier Rutte,

Weet u wie ik weleens mis, tot mijn eigen verbazing? Jan Peter Balkenende. Hij deed het (zoals alles) wat onhandig, en de combinatie was minder vanzelfsprekend dan hij het deed voorkomen, maar premier Balkenende sprak graag over ‘normen en waarden’. Dat vonden vrijwel alle andere politici lachwekkend, maar ik herinner me er één die niet meteen begon over ‘spruitjeslucht’, en dat was Jan Marijnissen van de SP. Marijnissen zag in Balkenendes pleidooi een herwaardering van een term waar hij naar smachtte, en ik na twaalf jaar premier Rutte minstens even hard: moreel leiderschap.

Een land waar de ene helft van de bevolking wordt bedreigd door de andere. Waar – gewoon een willekeurig voorbeeld van afgelopen week, het hadden net zo goed docenten, raadsleden, vliegveldmedewerkers of verplegers kunnen zijn – ruim 40 procent van de apothekersassistenten wekelijks te maken krijgt met verbale of fysieke agressie. Waar ongelukken gebeuren omdat ‘boze boeren’ (inmiddels het eufemisme van het jaar, samen met ‘terroriseren’ beschrijven als ‘protesteren’) snelwegen volgooien met rotzooi, en anderen die rotzooi moeten opruimen met gevaar voor hun eigen gezondheid omdat er moedwillig asbest tussen is gestopt, maar dat niet meer durven, omdat hun bedrijven worden bedreigd en ze voor ‘landverraders’ worden uitgemaakt. Álles hieraan, van het begin tot het einde, van het idee tot de uitvoering, is een vorm van ondermijning van de democratie en de vrije samenleving.

Zo’n land smacht naar moreel leiderschap. En moreel leiderschap is iets anders, niet gewoon veel méér, maar echt iets ánders, dan een afkeurende vakantietweet van een premier, met de oproep ‘doe aangifte bij bedreiging’. In uw logica is dat een volstrekt logische reactie op zulke acties: de slachtoffers oproepen naar de politie te gaan. Het deed me denken aan John de Mol, die de slachtoffers van The Voice opriep zich te melden aan een van zijn loketten. Het is de mythe van de eigen verantwoordelijkheid, altijd gericht aan de verkeerde, namelijk nooit de daders. De een runt zo een bedrijf, de ander een land alsof het een bedrijf is. Het is het tegenoverstelde van moreel leiderschap, en het resultaat is altijd hetzelfde: ruim baan voor de klootzak met de grootste bek.

Iedereen die weleens in het buitenland komt en dan vervolgens weer in Nederland, valt hetzelfde op: we zijn een lomp, onbeschoft volk, dat op luide toon vermeende rechten opeist. Het gedrag van onopgevoede kinderen. Consumerende burgers, met heel veel nadruk op het eerste, en heel weinig op het tweede.

U bent nu twaalf jaar onze premier. Het lijkt me overdreven te stellen dat onze volksaard is veroorzaakt doordat de vader des vaderlands vindt dat zijn kinderen zichzelf maar moeten opvoeden, maar het lijkt me minstens zo overdreven te stellen dat het één helemaal níéts met het ander heeft te maken.

Samen met mijn vriend Erik van Bruggen fantaseerde ik weleens over het oprichten van een nieuwe politieke partij: de Moralistische Partij. Op onze verkiezingsposters stond een joekel van een wijzend vingertje. Ik verlang er steeds harder naar, die partij. De verkiezingsleus wordt: ‘Erst kommt die Moral, dann das Fressen.”

Ben jij ook zo iemand die graag haantje de voorste is? Mooi. Volg Nieuwe Revu dan op Facebook, dan krijg je de columns altijd als eerste te zien. Of abonneer op onze nieuwsbrief. Sturen we onze beste artikelen gewoon naar je toe.