Harry Vermeegen: 'Die hele woke-beweging van nu vind ik allemaal flauwekul'

Aan de Costa Blanca vermaakt Harry Vermeegen (72) zich uitstekend met de zon én met zijn dagelijkse video’s vol ongezouten commentaar. Vermeegen is nog net zo bevlogen als vroeger, toen hij in televisieland tegelijk een dijk én een draak van een programmamaker was. Kritisch is hij ook nog altijd: ‘Die hele woke-beweging van nu vind ik allemaal flauwekul', vertelt hij in de nieuwste Revu die vanaf nu verkrijgbaar is. Lees hieronder alvast een voorproefje.

Harry Vermeegen

Wat ben je nog ongelooflijk nadrukkelijk aanwezig op Facebook en YouTube. Moet jij je niet eens rustig houden op je 72ste?

‘Haha, nee man, ik moet wat te doen hebben. Ik heb 150.000 volgers op Facebook en 21.000 abonnees op YouTube. Dat zijn samen 170.000 mensen die ik elke dag bedien van een nieuwe video. Aanvankelijk gaf ik mijn visie en inzichten over voetbal, momenteel heb ik het ook over politiek en entertainment. Alles wat voorbijkomt aan actualiteit, daar neem ik dus een dagelijkse video van op waarin ik mijn ongezouten mening geef. Dat slaat aan, zo blijkt uit de cijfers en ik krijg veel reacties van mensen die het leuk vinden. Zo heb ik mijn eigen tv-zender gecreëerd. Of nou ja, het is geen tv, hè? Het speelt zich allemaal online af wat ik doe. Door elke dag een video op te nemen, hou ik mijn volgers bij me en hou ik mezelf bezig.'

Zoals André van Duin, die met zijn 76 jaar een stukkie ouder is dan jij, altijd zegt: je moet een reden hebben om ’s ochtends op te staan.

‘Dat is het. Het is de eerste vraag die mij ’s ochtends bezighoudt als ik mijn bed uitrol: waar gaat mijn filmpje vandaag over? Dan duik ik in allerlei media en kijk ik programma’s terug om te weten wat er speelt en waar ik het over zou kunnen hebben. Overigens, André van Duin heeft zichzelf knap opnieuw uitgevonden en dat heb ik min of meer ook gedaan. Alleen heeft hij ervoor gekozen om door te werken op tv. Daar voel ik minder voor, want bij de tv kun je vrijwel niks meer.’

Heb jij geen zin meer in tv of heeft tv geen zin meer in jou?

‘Dat zou beide kunnen. Zij van de tv hebben waarschijnlijk vast geen zin meer in mij. Maar ik heb nóg meer geen zin meer in hen.’

Hoezo dan?

‘Alle bemoeienissen. Ze bemoeien zich overal mee.’

Wie?

‘De bazen. Die zenderdirecteuren denken het allemaal te weten, maar ze weten er echt geen hol van, hoor. Ze weten echt geen ene bal van tv. Niks.’

Met jouw brede ervaring en legendarische jaren 80 en 90 tv-juweeltjes als Pisa, Verona, Die 2 en De Regenjas zouden de zenderbazen wellicht hun oor beter bij jou te luisteren kunnen leggen?

‘Ja hoor. Ik kan een zender beter runnen dan zij, daar ben ik van overtuigd. De figuren die er nu zitten, hebben er echt geen kijk op. Ze snappen écht niet wat mensen bezighoudt en wat mensen leuk vinden. Neem nou Talpa, dat zendt alleen maar bagger uit. Keer op keer op keer maken ze daar dezelfde fouten.’

Dat zal Talpa-eigenaar John de Mol niet leuk vinden, dat je dat zegt. Hij heeft veel voor je betekend, is hij nog je vriend?

‘Met John de Mol heb ik een heel rare verhouding. Ik ben ooit bij hem weggegaan omdat mensen om mij heen graag naar een andere productiemaatschappij wilden. Maar ik zat bij De Mol. Dus ik wilde degenen met wie ik werkte een plezier doen door bij hem te vertrekken. Voor mij persoonlijk was er geen enkele reden om weg te gaan bij De Mol; ik werd door hem super behandeld. Als je presentator bent, kun je je geen betere werkgever wensen dan John de Mol. Maar de mensen in mijn werkomgeving hadden wél last van zijn bedrijf. Dus ik vertrok. Die De Mol heeft mij dat zo verschrikkelijk kwalijk genomen. Hij is zo boos geworden dat hij totaal niets meer met mij te maken wil hebben.’

Nu nog steeds niet? Dat klinkt wel erg rancuneus.

‘Dit speelde ergens eind jaren 90. Ik denk 1998. Door de jaren heen heb ik wel twintig keer geprobeerd om het goed te maken. Want ik vind ook dat hij terecht boos is op mij. Niet nu nog, want hallo, hoelang blijf je boos, maar dat van destijds begrijp ik wel. Maar kom op: als je zoveel geld hebt en zo machtig bent in televisieland, dan kun je toch niet zo kinderachtig en rancuneus blijven doen? Hij had allang zijn grootheid moeten tonen door te zeggen: “Joh, zand erover.” Ik heb secretaresses van hem belaagd, zijn zoon Johnny de Mol, Ronald Koeman die hem goed kent want zij woonden beiden in Portugal. Via via heb ik het steeds weer geprobeerd: zeg nou tegen John dat ik langs wil komen met een fles champagne om mijn excuses aan te bieden voor wat ik toen heb gedaan, want dat was onterecht. Hij geeft me de kans gewoon niet. De grote John de Mol geeft mij geen kans om excuses te maken. Dan ben je een grote televisiebaas, maar een heel kleine man. Ik vind dat zo flauw en kinderachtig...’

Verwijt je De Mol dat?

‘Ja, want ik vind het ongelooflijk zwak. Je moet mensen wel kansen blijven geven. Zeker in mijn geval, want we hebben jarenlang met veel plezier en succes met elkaar gewerkt. Ligt John de Mol er nu wakker van dat hij mij niet in zijn lijst presentatoren heeft? Dat lijkt me niet. Waarschijnlijk heeft hij in al die jaren hier en daar ook wel wat deurtjes voor mij dichtgegooid, dat zou makkelijk kunnen. Dat is dan maar zo. Desondanks kan ik geen grote hekel aan hem hebben. Dat lukt me gewoon niet. Als hij me morgen belt, zal ik nog steeds enthousiast reageren met een hartelijk: “Hee John, hoe is het?” En dan zeg ik alsnog even sorry. Maar goed, dat belletje verwacht ik niet. Zo gaan dingen gewoon.’

Je bent nu zelf een John de Mol, want je bent de baas van je eigen stations op Facebook en YouTube.

‘En dat voelt uitstekend. De tv-stations zijn reddeloos verloren, want ze volgen alleen nog maar de omgekeerde weg. Ze zoeken eerst een sponsor en alles wat er financieel nog allemaal aan te pas komt, en daarna gaan ze pas bedenken wat voor programmaatje ze erbij kunnen maken. Dat is het omgekeerde format. Vroeger kwam je eerst met een goed idee voor een programma, dat je dan ging uitvoeren. Aan het einde van dat hele traject ging je kijken of er misschien nog een sponsor aan te koppelen was. Dat ze het nu omgekeerd doen, verklaart het scala aan slappe formats op de buis momenteel. Er wordt echt heel slechte televisie gemaakt. Het is vrijwel allemaal honderd keer niks.’

Wat dat betreft ben je televisiemaker in de goede tijd geweest.

‘Zeker. Voor de lui die nu tv maken, is er toch geen lol meer aan. Wat moet je daar nog doen? Je zit met een stelletje onbenullen in de directie die van toeten noch blazen weten. De enige programma’s die scoren, bijvoorbeeld bij Talpa, zijn programma’s die ze zelf niet hebben verzonnen en die zichzelf hebben aangediend. Ik bedoel bijvoorbeeld De Meilandjes en Vandaag Inside: daar hoeft de directie niets aan te doen.’

Over het opzoeken van grenzen in medialand; hoe kijk jij naar de veelbesproken toestanden rondom The Voice of Holland, De Wereld Draait Door en recent ook Tom Egbers?

‘Die hele woke-beweging van nu vind ik allemaal flauwekul. Wat ze Matthijs van Nieuwkerk allemaal verwijten op het gebied van omgaan met zijn medewerkers... ik was vroeger misschien nog wel veel erger dan Matthijs.'

Het is weleens ergens geschreven, dat je nogal een perfectionist was bij de programma’s die je maakte.

‘Ik denk dat ik Matthijs wel overtrof daarin. In het team waarmee ik werkte, was ik als programmamaker dikwijls allervervelendst. Niet tegen de cameraploeg hoor, daar reisde ik mee. Maar als mensen hun werk niet goed deden, bijvoorbeeld doordat er bepaalde dingen niet in beeld waren die wél in beeld hadden moeten zijn, dan was de wereld gewoon te klein. Dat kwam voort uit pure ambitie. Het streven naar kwaliteit. Dan kan nu niet meer, want nu heb je een watjesgeneratie waarbij alles goed en zacht moet zijn en die het liefst gepamperd willen worden op het werk. Drive, ambitie, gáán voor het doel; dat bestaat niet meer, maar ik had het wel. Die lat bleef hoog en dan gebeurde er soms een ongelukje; er is weleens iemand huilend naar huis gegaan. Achteraf was dat niet verstandig, want daarmee motiveer je de mensen niet. Maar als iemand om 17.30 uur zijn stoel achteruitschoof en zei dat hij maar eens naar huis ging, terwijl we niet klaar waren, dan kon hij thuis blíjven. Ontslagen, hup, wég. Ik zat geregeld tot 20.00, 21.00 uur te vergaderen om een onderwerp voor opnames goed uit te diepen. Ik was gewoon bloedfanatiek en heel erg gedreven. En check mijn video’s maar eens: dat ben ik nog steeds.’

Lees het hele interview in de nieuwste Revu. Nu verkrijgbaar.

Interview
  • Andries Jelle de Jong