Premium

Joël de Tombe: ‘Ik ben geen A-ster, dat weet ik dondersgoed’

Dik twintig jaar na zijn deelname aan de eerste serie van Idols is Joël de Tombe (42), na een carrière van vallen en opstaan, een idool in Duitsland. Als onderdeel van de boyband Team 5ünf speelt hij de grote stadionzalen van de oosterburen plat. Daar komen dit jaar de grootste podia van Oostenrijk en Zwitserland bij. ‘Het geeft wel een kick als er 15.000 mensen voor jou komen. Dat vind ik een waanzinnige eer.’

Joël de Tombe

Nieuwe Revu ontmoet Joël de Tombe
Waar? Midden in het Amsterdamse Vondelpark, in het Blauwe Theehuis, waar je ook ’s winters buiten zit, op een soort semi-overdekt terras. Weliswaar met heaters, maar die waaiden na vijf minuten uit. Verder nog iets? Nieuwe Revu heeft zelden zo’n aardige, open en vriendelijke BN’er gesproken. Of het moet Harrie Jekkers zijn. Meer informatie over Team 5ünf op team5uenf.de. De Tombe maakt ook een podcast met de veelzeggende naam Ik doe ook maar mijn best.

In het najaar van 2002 zit heel Nederland aan de buis gekluisterd voor het eerste seizoen van Idols. Keken we drie jaar eerder vooral naar Ruud, Bart, Bianca en Maurice van Big Brother, in 2002 draait alles om Jim, Jamai, Dewi en Joël. Joël de Tombe schopt het, dankzij een wildcard, uiteindelijk tot een achtste plaats. Gedurende de uitzendingen wordt Joël niet alleen steeds beroemder door zijn optredens, maar ook door zijn dolenthousiaste vader die iedere noot die zijn zoon zingt en elke stap die hij zet de hemel in prijst.

Na al die jaren ben je een échte idol geworden. De Nederlandse Robbie Williams in Germany.
‘Haha! Heel aardig. Dankjewel. Maar je moet het niet groter maken dan het is. We treden met Team 5ünf op met hits van internationale boybands die vertaald worden. Ik moet dus in het Duits zingen en dat valt nog niet mee. We zijn gelukkig met z’n vijven, dus ik hoef geen hele nummers live solo te zingen. Dat scheelt, ook omdat we erbij dansen. Elk nummer heeft zijn eigen choreografie. Hartstikke leuk en tof, alleen: ik ben geen 21 meer, ik ben 42. Maar mij hoor je absoluut niet klagen. Ik werk hard en met heel veel plezier. Dat je deze kans krijgt en dit avontuur nog mag meemaken op mijn leeftijd. Hoewel ik wel lang na heb gedacht of ik hier wel aan moest beginnen.’

Van Team 5ünf hadden wij nog nooit gehoord.
‘Dat snap ik. We treden ook niet op in Nederland.’

Maar in Duitsland is de act een waanzinnig succes.

‘Onze eerste single kwam binnen op plek 1. De Duitse variant van Back for Good van Take That, Komm zurück zu mir.’

Haha!
‘Ja, het is wat! En toch klinkt het vet en ziet het er als we het nummer doen ook echt vet uit. Je moet het zo zien, we brengen een hommage aan die grote boybands van toen.’

En na die nummer 1-hit gingen jullie als een speer.
‘Nou, het kloterige was dat Komm zurück zu mir werd gelanceerd in maart 2021.’

O jee, corona.
‘Ja. Op zich nog niets aan de hand, wij dachten dat in april, mei alles weer open zou gaan en we eindelijk konden gaan optreden voor een livepubliek. Maar dat corona duurde en duurde maar, dus het enige wat we deden was af en toe een tv-optreden. We hadden pas een jaar later ons eerste betaalde optreden. Want optreden op televisie betaalt niet.’

Dus je kreeg een jaar lang geen stuiver?
‘Nee. Zo gaat dat. Je steekt er eigenlijk allemaal geleende energie in. Ik kom dus net terug uit Oostenrijk. Daar zeg ik werk in Nederland voor af, maar in Oostenrijk hebben we geen euro verdiend. Dat is allemaal promotie.’

Waar je niks voor krijgt?
‘Alles wordt wel betaald voor je: vliegtickets, hotels. Maar voor de rest: nee. Mij kost het zelfs geld, want ik zet er ander werk voor opzij.’

Ander werk?
‘Ik zing hier in Nederland ook nog in een band. Dat zeg ik dan af en dan valt er iemand in.’

Maar dat is het wel waard?
‘Tot nu toe wel. Ons tweede album, Für die Ewigkeit, heeft op nummer 9 gestaan. In Duitsland kopen mensen nog cd’s en dvd’s. We staan in de grote zalen daar. Niet altijd als de enige act, dat moet ik erbij zeggen, maar vaak als onderdeel van een iets grotere line-up. En we zijn te zien in prominente tv-programma’s. Je hebt daar televisieshows, op zaterdagavond, die duren vier uur.’

Vier uur?
‘Vier uur. En live, hè. Een van die shows wordt gepresenteerd door Florian Silbereisen, die is daar een hele grote ster. Hij heeft nog met Jan Smit in een band gezeten. Hoe dan ook, we trekken er hard aan. En ik vind het leuk. We hebben bijvoorbeeld ook zo’n shoptour gedaan, langs de cd-winkels die je daar nog hebt. Hup, de bus in, de bus uit, op een klein podiumpje staan en hop, door naar de volgende.’

Is dat leuk?
‘Ja, natuurlijk! Na het optreden even signeren, je ontmoet je fans. Weet je wat ook best grappig is? Onze fans zijn de voormalige fans van Take That, East 17, de Backstreet Boys. Dus ons publiek bestaat vooral uit vrouwen van pak ’m beet tussen de dertig en vijftig. Vroeger zongen ze met die bands mee, nu met ons. Dan moet je ook nog bedenken dat bands als NSYNC en de Backstreet Boys zijn begonnen in Duitsland. Daar zijn ze als eerste doorgebroken en groot geworden.’

Dus het is het waard.
‘Het enige wat ik onderschat heb, is het vele reizen. Duitsland blijkt ineens heel erg groot te zijn. En de infrastructuur heel slecht. Wij klagen hier weleens over de NS en over files, maar als je daar rijdt in afgelegen gebieden wil je gillend terug naar Nederland. In het begin pakte ik daar vaak de trein, inmiddels zit ik weer in het vliegtuig. Vertragingen op het spoor van vijf of zes uur of ze zetten de trein stil en zeggen: “Nou meneer, wij gaan niet meer verder.” En dan sta je daar, ’s avonds laat, ergens in de middle of nowhere in Duitsland. En dan heb je je dus het hele weekend de pleuris gewerkt.’

‘Ik ben geen A-ster, dat weet ik dondersgoed. En ik verbeeld me niks. Maar ik zing, dans en acteer heel erg graag’

Hoe is het allemaal begonnen? Wij dachten, Joël, die schnabbelt nog wat hier en daar en die speelt telkens in een soap die heel snel weer van de buis wordt gehaald. We noemen StartUp, Nieuwe tijden...
‘Je probeert natuurlijk van alles. Tenminste, ik wel. Ik ben geen A-ster, dat weet ik dondersgoed. En ik verbeeld me niks. Maar ik zing, dans en acteer heel erg graag, hoewel ik vroeger eigenlijk voetballer wilde worden. En ja, ik heb op muzikaal en op tv-gebied van alles geprobeerd. Van tevoren weet niemand zeker of iets een succes wordt, er komt ook geluk bij kijken. En er loopt zoveel talent rond in Nederland, dat is allemaal concurrentie. Gelukkig heb ik nu een keer geluk, daar ben ik heel blij mee.’

Gaan jullie dat geluk ook in Nederland beproeven?
‘Dat lijkt me sterk, we zingen in het Duits.’

Maar nogmaals: hoe is het begonnen?
‘Ik kreeg in juni 2020, onze dochter Indi was net geboren, een appje van de succesvolle Britse zanger en producer Jay Khan. Die heeft onder meer in boyband US5 gezeten, groot in Amerika en Engeland. US5 is opgericht door, om het een beetje oneerbiedig te zeggen, de dikzak die ook de manager was van NSYNC. Die Lou Pearlman, inmiddels is ie overleden, zat ook achter de Backstreet Boys. Door hem hebben die gasten veel te weinig verdiend. Maar goed, Jay Khan. Ik zat niet meteen te springen toen hij contact met mij zocht. Ik heb alle fouten gemaakt die je als artiest kunt maken. Ik ben genaaid, maar dat liet ik zelf toe. Ik ben op niemand boos. Ik ben blij met alle kansen die ik krijg. Dit was zo’n kans, maar het was natuurlijk wel gek. Ik kreeg een sms’je in september 2020 met “dit wordt een high profile-project” en er was al getekend bij Universal. Eigenlijk was het allemaal te mooi om waar te zijn.’

Ze dachten, als er iemand Duits kan zingen, dan is het Joël de Tombe!
‘Nou...’

Hoe kwamen ze dan bij jou terecht?
‘Goeie vraag. Ik weet het eigenlijk niet precies. Ik ben toen ik zeventien was, drie maanden voordat ik mijn havodiploma zou halen, door mijn oom Ruud Boes in een boyband gezet. Die groep heette All Of Us. Mijn oom vroeg me niet per se omdat ik zo goed kon zingen, maar omdat ze nog een blonde jongen nodig hadden. Mijn oom zei: “Joël, jij kan dat wel.” Jammer genoeg werd die band niks. We hebben het drie jaar lang geprobeerd. Succes is nooit vanzelfsprekend, ook niet als je heel hard je best ervoor doet. Je bent in zekere zin overgeleverd aan de goden.’

De goden?
‘Het publiek. Daarom ben ik blij met Team 5ünf. Dat werkt wél. Daar doen we ook ontzettend ons best voor. Vorig weekend mochten we naar Oostenrijk. Dat is voor mij 4,5 uur vliegen naar München, dan 4,5 uur rijden en dan tot twee uur ’s nachts werken. Ik doe het graag, ben ontzettend dankbaar, er zijn fans die rijden 23.000 kilometer per jaar voor ons. Ik zat een keertje in de auto, lang verhaal, bij iemand die bij ons concert was geweest. Kijk ik achterom, ligt er een plaid met een afbeelding van mijn hoofd erop op de achterbank. Van mij hoeft het niet, maar ik vind het wel leuk. En gek. Maar daarom... Ik trek het niet als mensen er met de pet naar gooien.’

‘Eentje hebben we zelf uit de band gegooid: de Amerikaan Marc Terenzi. Die gast was of dronken of doorgesnoven of allebei’

Hier zit een verhaal achter?
‘Zal ik het dan maar vertellen? We hebben een paar wisselingen gehad in Team 5ünf. Dat wil je niet te veel hebben, maar wij hadden ze wel. Eentje hebben we er zelf uitgegooid, in maart vorig jaar. De Amerikaan Marc Terenzi. Ergens is dat jammer, want Terenzi is heel bekend in Duitsland. Maar die gast was of dronken of doorgesnoven of allebei. Daardoor kwam hij vaak niet opdagen bij repetities. Hij was ook een fantast, hij loog alles aan elkaar. En hij was vaak zoek. Dan zat ie weer een hele week in een of ander hoerenhuis in Keulen. Of hij ging snuiven in Berlijn en drie dagen later kwam hij bij zinnen ergens in Parijs. Ik zat er fel op. Want ik heb er geen zin in dat een jongen, die zich kennelijk niet kan beheersen, mijn carrière sloopt. Kijk, ik werk me de pleuris, als ik in Duitsland zit, laat ik mijn gezin in Nederland achter. Dus we doen het serieus, het is werk. Wat je in je vrije tijd doet, interesseert me niks. Hoeren, snuiven, drinken. Maar als we werken, dan werken we. We zijn geen kleuters meer. We zijn volwassen mannen die nog een keer de kans krijgen. Zo presenteren we ons ook. En dan gaat zo’n gast het verkloten.’

Was het echt zo erg?
‘Wil je nog een voorbeeld? We namen afgelopen mei ons nieuwe album op. Daar hadden we tien dagen voor. In die tijd moesten we ook de nieuwe choreo’s leren, die bij de nieuwe liedjes horen. En we hadden nog een fotoshoot. Dat betekent vijf, zes uur lang dansen, elke dag, daarna de studio in om de nieuwe liedjes in te zingen. Dan ben je van ’s ochtends negen tot ’s nachts één uur aan het werk. En zaterdag hadden we een show voor 15.000 man. Toen begon het ermee, dat hij de eerste repetitiedag er niet was. Hij had corona, zei ie. Maar corona bestond toen helemaal niet meer. Na die eerste dag loop ik naar mijn hotel toe, met mijn bakje eten in mijn handen, staat die Marc daar in de lobby. Nou ja, staan... Hij was helemaal naar gaas. Ik zeg: “Wat ben je aan het doen?” “Joël, I’ve lost my jacket in the stripclub last night.” Man, man, man, wat een treurigheid.’

En toen?
‘Toen is hij de dagen erna wel op komen dagen, maar halverwege de week ging het weer mis. Was hij gaan drinken met onze kledingsponsor en met zijn vriendin, een of andere influencer die niks kan behalve drinken en geld uitgeven. Heeft hij daarna zijn partijen ingezongen, nou jongen, ik heb ze gehoord, daar lusten de honden geen brood van, zo slecht. Heb ik grotendeels zijn koorpartijen opnieuw ingezongen. Nu vind ik zingen heel leuk, daar gaat het niet om, maar ik sta tot diep in de nacht zijn werk te doen. Kijk, als hij de boel loopt te verkloten, hebben wij, de anderen, daar last van.’

Gezellige gozer!
‘Het verhaal gaat nog verder. Donderdag hadden we de fotoshoot. Als we optreden, hangt er zo’n heel groot ledscherm. En daar komt dan eerst een introfilmpje op. Zo van “Yeah, Team 5ünf!” Weet je wel, met fragmenten van eerdere optredens, foto’s van ons, gewoon zo’n vette intro. Daar was die shoot voor. Op woensdagnacht lig ik op mijn hotelkamer en wist niet dat die Marc de kamer direct boven mij had.’

En?
‘De volgende ochtend wist ik het wel. Maar ik had het al eerder kunnen weten. Op een gegeven moment, om half twee ’s nachts, brak de hel los boven me. Alsof er iemand vermoord werd. Krijsen, met dingen gooien, bam bam bam. Alsof het oorlog was, zo heftig. En ik wilde slapen, want ’s morgens om acht uur hadden wij die fotoshoot. En dat in Berlijn, daar staat het verkeer altijd vast, dus we moesten nog veel vroeger weg. Heb ik mijn badjes aangetrokken, ben ik naar boven gelopen om te horen welke kamer het precies was, maar toen was het ineens stil. Uur later, ik sliep eindelijk weer bijna, begon het weer. Kon ik wel weer naar boven lopen, maar ik zag de tijd wegtikken en ik moest een paar uur slaap pakken.’

Je lag je op te vreten.
‘Zo. Om half zeven begonnen ze weer. Ik uit bed, weer naar boven, met de stoom uit mijn oren. Ik op die deur bonken, er deed niemand open natuurlijk. Ik dacht: ik zal eens kijken of de deur op slot is. Was niet het geval. Ik doe die deur open...’

En je keek recht in de ogen van Marc Terenzi.
‘Ik had hem wel op zijn ogen willen slaan, maar hij had al een blauw oog. He-le-maal dicht. Terwijl we dus die fotoshoot hadden. Dus wilde hij niet mee. Weet je wat zo’n shoot kost? Tienduizenden euro’s. Er staat een heel team voor je klaar. Videomensen, visagistes, fotografen. Ik heb hem helemaal verrot gescholden. We hadden niet alleen een nieuwe show, we hadden ook een nieuw label, Telamo, want degene die ons vertegenwoordigde bij Universal was daar weg. Die had een herseninfarct gehad. En dan komt er een nieuw iemand en dan moet je het altijd maar afwachten. Misschien vindt hij of zij het wel een kutproject. Of er komt iemand die onze muziek haat. En zo niet, dan nog moet je maar zien of zo’n nieuw iemand genoeg betrokken is en genoeg budget jouw kant op schuift. Maar goed, de nieuwe contracten waren er al, maar die waren nog niet getekend. En twee man waren er al uitgegaan en qua publiciteit is dat, hmmmm, niet goed. Bovendien was Marc een van de twee grote sterren in ons team.’

Maar toch: exit Marc Terenzi.
‘Ik heb ’m echt proberen te helpen. Ik belde hem bijna elke dag. “Hoe gaat het met je? Zorg dat je fit bent, over een week zien we elkaar weer.” We hebben ’m echt niet meteen laten vallen, maar uiteindelijk was hij niet te vertrouwen. We heten Team 5ünf, zijn een team. We doen het met z’n allen, we doen het samen. Maar hij maakte er een rotzooi van. Dat heb je natuurlijk vaker in onze wereld. Drugs, drank, rock-’n-roll. Dat schijnt allemaal normaal te zijn. Ik ben vader van twee kinderen. Ik heb daar geen zin meer in. En de rest van ons ook niet. Dus was het: exit Marc Terenzi.’

Wordt Joël de Tombe rijk van Team 5ünf?
‘Nee, dat niet, maar het betaalt prima. We leven van optredens en krijgen een percentage van de cd-verkoop. Een goed percentage. Ik ben tevreden. Je moet bedenken, in maart 2020 kwam corona. Mijn vriendin Jesse-Li is danseres. Dus we hadden allebei ineens geen baan meer. En we hebben wel een gezin te onderhouden, hebben twee kinderen, Joah van één en Indi dus van bijna vier. In twee jaar tijd zagen we 75 procent van onze inkomsten verdampen, dus we teerden in op ons spaargeld. Gelukkig had ik nog wel wat werk als voice-over. Ik ben de vaste stem van een aantal merken.’

Waaronder de lotto.
‘Ja.’

Lees je dan de winnende getallen voor? 3-12-15-26-32 en het reservegetal is 35.
‘Nee, ik doe de commercials. Toevallig doe ik er straks weer eentje, dus ik moet zo die kant op. In elk geval kwam er wel iets binnen toen. Maar ik vond het wel zuur dat onze beroepsgroep eigenlijk niet geholpen werd. Je kon dan zo’n Tozo krijgen, een overbruggingsregeling. Kreeg je 1500 euro in de maand met z’n tweeën. Dat kost alleen mijn huis al, weet je wel. Dus dat heb ik na drie maanden gecanceld. Dan moet je van je spaargeld leven. Dan kun je zeggen: daar heb je dan ook spaargeld voor. Dat is natuurlijk zo, maar je ziet het toch liever anders.’

Heb je toen niet gedacht: ik ga een baan zoeken?
‘Dat denk ik al 25 jaar.’

Haha. Hoe is het eigenlijk met je vader?
‘Prima! Ja, hij was toen mee naar de auditie van Idols in Eindhoven. En hij was iets te enthousiast. Ik weet trouwens nog dat er duizenden mensen stonden toen we aankwamen daar. En dat ik dacht: wow, kunnen die allemaal goed zingen? Maar dat bleek dus net iets anders te liggen. Ik was de enige die zijn vader mee had genomen. Er is in dat fragment wel wat geknipt en geplakt. En wat wisten wij van televisie? Maar goed, hij had het beter niet kunnen doen.’

Wanneer moet je weer naar Duitsland?
‘Nu is het even rustig. Over drie weken gaan we weer knallen. Zonder Marc Terenzi, maar met Prince Damien. Dat is de winnaar van... Idols in Duitsland!’

De cirkel is rond.
‘En het is nog een ontzettend aardige gozer ook. Eindelijk geen gezeik meer. Heerlijk! Nu kan ik er eindelijk echt van gaan genieten. Want het geeft wel een kick als er 15.000 mensen voor jou komen. Dat vind ik een waanzinnige eer. Wij alle vijf.’

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Showbizz
  • Mireille Droste