Leon Verdonschot

Leon Verdonschot: 'Een leeg circus, dat waren de hoorzittingen met de aanstaande kabinetsleden'

‘De coalitiepartijen stelden vragen aan de toekomstige bewindspersonen die net zo scherp waren als die in de brievenrubriek van Donald Duck’

Leon Verdonschot

Beste SP, CDA, SGP en ChristenUnie,

Jullie bleven weg bij het unicum in de Nederlandse politieke geschiedenis: hoorzittingen over beoogde nieuwe bewindslieden. Bij geweldige concerten voor een lege zaal luidt het cliché: ‘De thuisblijvers hadden ongelijk.’ Maar in Den Haag hadden afgelopen week jullie, de thuisblijvers, gelijk.

De reden dat jullie niet meededen was dat de hoorzittingen ‘spektakelpolitiek’ zouden zijn. In zijn uitstekende boek Duidelijkheid had NRC-journalist Tom-Jan Meeus het laatst over ‘spektakelleegte’, en die term vond ik eigenlijk nóg toepasselijker.

Wat krijg je wanneer de Tweede Kamer onder zeer beperkende omstandigheden (maximaal een uur! Maximaal één vraag per ronde!) vragen mag stellen aan de aanstaande ministers en staatssecretarissen, zonder dat de antwoorden ook maar één consequentie kunnen hebben, omdat je niemand kan wegsturen die nog moet beginnen? (Dat is ook niet helemáál waar, Geert Wilders kan dat, maar dan moet je zoals Gidi Markuszower niet door een screening van de AIVD komen).

Het antwoord: dan krijg je van de beoogde oppositie als scherpe vraag vermomde eigen standpunten. Dus dan krijgt iedere toekomstige minister de vraag wat hij of zij vindt van de omvolkingstheorieën van Marjolein Faber, en antwoorden ze allemaal met een verwijzing naar ‘de rechtsstaatverklaring’, waar de vier coalitiepartijen immers eerst een half jaar over hebben gediscussieerd.

Van de beoogde coalitiepartijen kregen de toekomstige bewindspersonen vooral vragen die net zo scherp waren als die in de brievenrubriek van vrolijk weekblad Donald Duck. Een NSC-Kamerlid had een ‘leuke vraag’ aan de nieuwe minister van Financiën, die antwoordde met een anekdote over een ‘leuke discussie’.

Leerden we iets? Ja, hoor. Onze nieuwe minister van Financiën is ‘soms nogal grumpy in de ochtend’. Nu maar hopen dat hij zijn begrotingen opstelt in de middag! Chris Jansen van de PVV hoorde ik nog net tijdens zijn hakkelend voorgelezen levensverhaal vertellen over ‘an american dream in Naarden’ voor ik indutte: ik durf te voorspellen dat we van de nieuwe staatssecretaris van Openbaar Vervoer en Milieu de komende jaren (of, verwacht ik eerder: maanden) geen enkele speech zullen horen die ons bij zal blijven.

Heel interessant allemaal, die persoonlijke anekdotes, net als de hobby’s van de nieuwe ministers waar ze over vertelden. Maar het leidt vooral allemaal af. Van de werkelijkheid, die glashelder is. Namelijk: in de Tweede Kamer geldt de vertrouwensregel. Een bewindspersoon heeft het vertrouwen, tenzij de meerderheid anders beslist en het vertrouwen opzegt. Punt uit. De rest is een circus, ook deze hoorzittingen.

Dezelfde Tweede Kamer kon deze week concluderen dat demissionair minister Yesilgöz niet de waarheid heeft gesproken over het omstreden ‘nareis-op-nareis’, een belangrijk VVD-campagnethema. Om ‘duizenden mensen’ zou dat ieder jaar gaan. Het blijken er slechts enkele tientallen per jaar. Het kabinet viel nota bene over dit onderwerp. Over een schromelijke overdrijving dus. Je zou het ook, net als niet de waarheid spreken, ‘liegen’ kunnen noemen. En daar consequenties aan verbinden. Dat kan de Tweede Kamer, daar is ie voor: de macht controleren. Niet voor machteloos, hol spektakel.