Bart Nijman

Bart Nijman: 'Bereid je voor op een schreeuwend vermoeiende periode vol Amerikaanse toestanden'

'Alle snerpende kritiek over racisme en extreemrechts zal oorverdovend blijven'

Bart Nijman

Voormalig Volt-kamerlid Nilüfer Gündogan (die van de drankrelletjes en de onveilige werkomgeving) stond op een zeepkistje te krijsen dat de nieuwe regering een ‘knollen voor citroenen’-kabinet is. Frans Timmermans kondigde in de Volkskrant aan een motie van wantrouwen te overwegen, direct in het eerste debat over de regeringsverklaring. En op sociale media deelden mensen onder diverse afkerige hashtags hun onvrede – en filmpjes van halfstok gehangen Nederlandse vlaggen – over de coalitie.

Schoof I is van start, de toon is gezet en zal alleen maar schriller worden. Journalisten bleven na de bordesfoto bij ministers (we kunnen nu ministers zeggen) Agema en Faber hameren op oude uitspraken over omvolking, columnisten kunnen niet luid genoeg beklagen hoe hun sjieke democratie van hen is afgenomen door het grauwe plebs, en in NRC stonden twee heel stellig corporale JOVD’ers met hun armen over elkaar boos te kijken op een foto boven een kop waarin gesproken werd over een ‘extreemrechtse racistische regering’. Je moet het noemen wat het is, zeiden zij dapper.

Nederland is geen Amerika en een president is wat anders dan een meerpartijenstelsel met regeringscoalities, maar de schaduw van de Trump-jaren is lang genoeg vooruit geworpen om te weten dat dit niet meer ophoudt zolang Schoof in functie is.

Het geduld met Mark Rutte was bij velen ook wel op, en met het D66 van Sigrid Kaag sowieso, maar dat sentiment werd zelden in de media en commentaren geëchood. Nu nemen die het voortouw, uiteraard bijgestaan door het altijd gezapig goedertierende culturele contingent van artiesten, televisieberoemdheden en overige BN’ers die doorgaans niet precies weten waar ze het over hebben, maar zich daardoor niet laten weerhouden van hele stellige uitspraken in zware woorden.

Nederland wil zichzelf nog weleens prijzen als een ‘nuchter landje’ van polderen en theedrinken, maar sinds de verkiezingen worden we er continu aan herinnerd dat zulk theedrinken voorafgegaan wordt door veel stoom, kokend water en gillende fluitketels. De Nederlandse nuchterheid lijkt alleen te bestaan bij de afwezigheid van verstorende opvattingen.

Het is immers heel makkelijk om ‘tegen racisme’ en ‘voor de rechtsstaat’ te zijn en altijd het goede gelijk te hebben, zonder grote golven te maken. Het moeilijke verhaal, waarin de grenzen aan migratie worden bevraagd, islamisering als een potentieel gevaar wordt geduid en de filosofische vraag hoeveel tolerantie je voor culturele intolerantie zou moeten opbrengen, wordt altijd het liefst zo snel mogelijk tot stilte gestigmatiseerd. Zolang je er niet over spreekt, bestaat het niet.

Maar het bestaat wel, het regeert nu Nederland, en alle snerpende kritiek over racisme, extreemrechts en wat dies meer zij zal oorverdovend blijven om de lastige vragen die dit kabinet wil stellen te overstemmen. Bereid je voor op een schreeuwend vermoeiende periode vol Amerikaanse toestanden.

Column
  • NLBeeld/Patrick van Emst