Je tanden flossen: hoe en waarom je dit moet doen 

Je tanden poetsen is een goede basis voor mondhygiëne, maar het is niet genoeg om echt alle plekken in je mond schoon te krijgen. Tussen je tanden en onder het tandvlees kunnen namelijk voedselresten en tandplak blijven zitten, zelfs als je twee keer per dag poetst. Hier komt flossen om de hoek kijken. 

Flossen

Door regelmatig te flossen, verwijder je plak en etensresten op plekken waar je tandenborstel niet bij kan. Dit helpt om gaatjes en tandvleesproblemen zoals ontstekingen te voorkomen. Flossen kan dus echt het verschil maken tussen een gezond gebit en een mond vol ongemakken.  

Hoe vaak moet je flossen?  

Het advies van tandartsen is om minstens één keer per dag te flossen, bij voorkeur 's avonds. Waarom ’s avonds? Omdat je mond dan de hele nacht rust krijgt en je tandvlees minder vatbaar is voor ontstekingen als het schoon is. Als je het niet elke dag redt, is een paar keer per week flossen van je tanden ook al beter dan niets. Het belangrijkste is om er een gewoonte van te maken, zodat je het niet steeds vergeet. Sommige mensen vinden flossen irritant of tijdrovend. Maar met een beetje oefening wordt het al snel een automatisme.  

Stappenplan: Hoe floss je je tanden?  

Flossen klinkt simpel, maar als je het verkeerd doet, kun je je tandvlees beschadigen. Volg dit tanden flossen stappenplan voor de beste resultaten:  

1. Kies het juiste flosdraad: Gebruik een stevig, maar niet te dik flosdraad. Er zijn verschillende soorten, zoals waxed of unwaxed flos.  

2. Neem genoeg draad: Knip ongeveer 40 cm flosdraad af en wikkel het grootste deel om je middelvingers, zodat je nog zo'n 5 cm over hebt om mee te werken.  

3. Houd het strak: Span het flosdraad tussen je duimen en wijsvingers.  

4. Ga voorzichtig tussen de tanden: Breng de flos zachtjes tussen je tanden door een zigzag-beweging te maken.  

5. Reinig elke tand afzonderlijk: Buig het flosdraad rond de zijkanten van elke tand en beweeg het voorzichtig op en neer langs het tandoppervlak en onder de tandvleesrand.  

6. Gebruik schoon draad: Verplaats het flosdraad steeds naar een schoon stukje voor elke tand.  

Wat als flossen pijn doet?  

Veel mensen ervaren in het begin pijn of gevoeligheid tijdens het flossen, vooral als ze het niet gewend zijn. Dit kan te maken hebben met tandvleesontsteking of het feit dat je tandvlees moet wennen aan de beweging. Blijf je pijn houden? Dan is het verstandig om je tandarts te raadplegen. Flossen mag nooit leiden tot bloedingen of langdurige pijn. Vaak is het een kwestie van doorzetten: na een paar dagen regelmatig flossen merk je al verbetering en wordt je tandvlees gezonder.  

Alternatieven voor flosdraad  

Als je flosdraad onhandig vindt, zijn er alternatieven zoals flosstokers, ragers en waterflossers. Flosstokers zijn handig voor onderweg en ragers werken goed bij grotere ruimtes tussen je tanden. Waterflossers gebruiken een straal water om plak- en etensresten weg te spoelen en zijn ideaal als je moeite hebt met traditioneel flossen. Elk alternatief heeft zijn voor- en nadelen, dus het is een kwestie van uitproberen wat voor jou werkt. Het belangrijkste is dat je een methode kiest die je consistent kunt volhouden.  

De voordelen op lange termijn 

Regelmatig flossen levert op de lange termijn veel voordelen op. Je verkleint niet alleen de kans op gaatjes en tandvleesontstekingen. Het kan ook bijdragen aan een frissere adem. Bovendien loop je minder risico op ernstige tandvleesziektes, die zelfs je tanden kunnen aantasten. Een gezond gebit is niet alleen goed voor je mond. Het is ook goed voor je algehele gezondheid. Er zijn namelijk aanwijzingen dat een slechte mondgezondheid verband houdt met hart- en vaatziekten. Kortom: een paar minuten flossen per dag kan je heel wat ellende besparen.