'Niet elke film is gebaat bij zoveel mogelijk BN'ers'

In De Kijk van Koolhoven geeft Martin Koolhoven een lesje filmgeschiedenis. In de Nieuwe Revu van deze week geeft de regisseur gastcollege. Waarom zitten Nederlandse films vol BN'ers, maar zie je zo weinig baby’s, beesten en boten?

Martin Koolhoven

‘Op de filmacademie was er een verbod op de drie B’s; je mocht geen baby’s, beesten of boten in je scenario schrijven, want dat was vragen om problemen. Natuurlijk waren er genoeg mensen eigenwijs, maar die kregen daarna altijd spijt. Later heb ik ook beesten en baby’s in mijn films gehad en het is inderdaad ellende. Echte bootscènes heb ik nog niet gedaan en ik geloof dat ik daar niet al te rouwig om moet zijn.’

‘Ik laat in de komende af levering van De Kijk van Koolhoven (vrijdag 12 oktober 21.15 uur, NPO 3) scènes uit The Abyss zien en die film is beroemd geworden doordat het zo’n hel was om te maken. Er zijn daar verschillende mensen bijna verdronken tijdens het draaien. Zelfs acteurs, wat toch normaal gesproken de luitjes zijn waar ze het allervoorzichtigst mee omspringen. Regisseren op schommelend water is al lastig, maar dan is er ook nog eens de beperkte ruimte waar je je in begeeft. Dat is helemaal erg in een duikboot, natuurlijk. Zo vond cameraman Jan de Bont het maar overdreven dat een film als Out of Africa een Oscar kreeg voor het camerawerk. Nee, wat hij deed voor The Hunt for Red October een paar jaar later, dat was veel knapper, vond hij. “Beetje leuke plaatjes schieten in de woestijn kan iedereen...”’

‘Persoonlijk vind ik dat het best gedaan in Das Boot, door cameraman Jost Vacano, die grappig genoeg de vervanger van Jan de Bont was toen Paul Verhoeven Soldaat van Oranje maakte en Jan in Amerika een film draaide. Ook Das Boot komt natuurlijk voorbij in de water en boten-aflevering van De Kijk van Koolhoven.’

‘Geldschieters zien natuurlijk graag sterren, maar niet iedere film is daar bij gebaat, vind ik. Bij Oorlogswinter voelde het niet goed om de film vol BN’ers te stoppen en gelukkig was iedereen het daarmee eens. Het scheelde vast dat ik een populair boek verfilmde, waardoor ik gewoon de beste acteurs voor deze rollen kon casten. Het is natuurlijk wel vaak zo dat beroemde acteurs niet voor niks beroemd zijn. Het zijn niet alleen maar koekenbakkers die er niks van kunnen. Carice van Houten is in mijn ogen de beste actrice die we ooit in Nederland gehad hebben en ze is meteen ook de beroemdste.’

‘Ik geloof dan weer minder in grote namen die, puur en alleen om hun bekendheid, in een andere omgeving worden gezet. Toen ik hoorde dat er een film over het Rotterdamse bombardement gemaakt werd en Mike van Diem, die ook Karakter had gemaakt, ’m zou gaan regisseren, was ik direct geïnteresseerd. Tot daarna bleek dat Mike de film helemaal niet deed, de TROS in de film zat en Jantje Smit de hoofdrol ging spelen. Dan praat je toch ineens over een heel ander plaatje. Eerst dacht ik aan een Oscar-kandidaat en ineens was het Op Volle Toeren in de Oorlog. Jantje Smit in een romcom als Volendamse palingboer snap ik nog wel, maar als bokser in een Rotterdamse oorlogsfilm? Mèh. Wat dat betreft is het soms beter om dicht bij jezelf te blijven. Kijk naar Madonna, zo’n beetje elke film waar zij in speelde is geflopt. Op het moment dat je buiten je eigenlijke vak werkt kan dat goed uitpakken, maar alleen als het past.’

‘Hypes komen niet alleen voor in muziek of kleding, ook de film doet daaraan mee. Een goed voorbeeld is de romantische comedy, oftewel de romcom, waarbij je doorgaans van tevoren al weet hoe het afloopt. Het was in Amerika al decennia een favoriet genre en sinds dik tien jaar hier ineens ook. Maar terwijl ze het daar zat zijn, maken we hier nog steeds de ene na de andere. De hele wereld is erop uitgekeken, maar hier zitten we met een overkill aan weinig originele romcoms. Als er zóveel gemaakt wordt is het ook moeilijk iets fris te doen, maar kijk naar Up in the Air met George Clooney, waarmee de Amerikanen toch bewezen dat het wel kan.’

Lees het hele artikel op Blendle.