Nieuwe Revu portretteert de leiders van een nieuwe generatie. Zij helpen Nederland vooruit door de juiste vragen te stellen of door zelf de antwoorden te geven. Deze week: clown Goos Meeuwsen (35).
Een klotevraag, maar waarom ben jij een goede clown?
Ik ben er zo verliefd op. En als je iets met zoveel liefde doet, moet er wel iets moois uitkomen. Ik ben heel vaak op mijn bek gegaan. Pijnlijke stiltes in het publiek, vreselijk. Dan liep ik via de achterdeur naar buiten en zei ik tegen mezelf: Ik trek dit niet meer. Maar toch bleef ik elke keer nadenken over waarom het niet werkte en ging ik weer verder sleutelen.
Hoe ziet jouw agenda eruit?
Mijn vrouw en ik spelen voor een circusgezelschap uit Zwitserland dat Finzi Pasca heet. En dan hebben we nog onze eigen projecten. Dit jaar hebben we 1,5 maand in Brazilië gespeeld en 6 weken door Italië getourd. Binnenkort gaan we nog naar Denemarken en Georgië en begin oktober komen we terug naar Nederland om Humanacts te spelen, een voorstelling die we samen hebben geschreven.
Jouw ouders hebben nooit gezegd: Goos jongen, word toch lekker loodgieter of huisarts?
Nee, daar heb ik heel veel geluk mee gehad. Mijn ouders zijn zelf ook een beetje artiesten. Als kind gingen wij niet naar de camping in Frankrijk, maar naar de musea van Parijs. Zij hebben mij ooit, toen ik nog een jochie van 4 was, mee naar een circus genomen. Mijn moeder vertelde me later dat ik van puur enthousiasme al mijn kleren uittrok en in mijn onderbroek stond te joelen en juichen toen de clown in de ring kwam. De enige eis die mijn ouders op tafel legden, was dat ik mijn diploma moest halen. Niet zozeer dat ik dan iets zou hebben om op terug te vallen, maar vooral om als tiener die levenservaring mee te maken. En dat heeft ook geholpen, want zonder schooldiploma had ik nooit naar de circusschool in Montréal gekund.