Washington, 18 juli 2019. Na een moeizame wan- deltocht was Bert Kreuk nu eindelijk in het Witte Huis. Hij stelde zich voor hoe het dadelijk op het podium zou gaan, staand naast de vlag, met links en rechts naast zich president Trump en premier Rutte. In gedachten zag hij alle genodigden al voor zich zitten, van Melania Trump tot vicepresident Mike Pence, van ambassadeur Pete Hoekstra en Nationaal Veiligheidscoördinator John Bolton tot zijn eigen oom, Theo Schols.
Net als Schols was Kreuk een behoorlijke controlfreak, al was Schols eigenlijk nog een tikkeltje fanatieker. Ook Kreuk wilde altijd alles vooraf doordacht hebben en nooit voor verrassingen komen te staan. ‘Check, check, dubbelcheck’ was zijn mantra. ‘Ja, ik weet dat ik daarin soms voor een buitenstaander onuitstaanbaar kan zijn,’ lachte hij eens. Maar het ging nu eenmaal om het in zijn ogen maximale resultaat dat hij wilde bereiken. En in dit geval wilde hij meer dan ooit niets aan het toeval overlaten.
Voor veteranen in Amerika wordt de rode loper uitgerold. Veel meer dan in Nederland krijgen ze hier een speciale behandeling
Eigenlijk zou de hele ceremonie en de overdracht van de vlag buiten plaatsvinden, in de Rose Garden. Dat had Kreuk mooi geleken, in de open lucht. Het leek hem vooral ook goed voor het plaatje, voor de beelden van al die media die er zouden zijn. De Rose Garden was een plek waar in het verleden al verschillende belangrijke ceremonies, openbare verklaringen en ook begroetingen van internationale leiders waren geweest. De tuin lag rechts achter het Witte Huis, aan de westelijke kant van de Oval Office. Op foto’s zag je regelmatig voormalige presidenten en hun vrouw in de tuin poseren. Ook Trump deed dat soms in de Rose Garden. Maar het was warm vandaag. ‘Veel te heet voor de gasten, buiten in de zon,’ had de secretaresse laten weten.
Geen Rose Garden dus, maar binnen, met loeiende airconditioning. Kreuk kon zich daar wel in vinden. Dat het te heet was, had hij zelf net ondervonden toen hij lopend een nutteloze halve ronde om het Witte Huis had gemaakt, nadat ze naar de verkeerde ingang waren gestuurd. Drijfnat van het zweet had hij de poort bereikt. Juist omdat het de rest van de dag zo warm zou blijven, was besloten om de ceremonie aan de andere kant van het Witte Huis te laten plaatsvinden.
Volop selfies
Plotseling tikte iemand op zijn schouder. Een signaal dat er iets ging gebeuren, wist Kreuk, die inmiddels iets was afgekoeld. Kreuk, gevolgd door Schols en de familie, werd meegenomen naar het gedeelte waar de genodigden bij elkaar kwamen. De pers was in die ontvangstruimte niet welkom, die moest meteen door naar de grote zaal, de East Room. Kreuk en Schols kregen hier eerst nog iets te drinken, terwijl in de ruimte een klein ensemble musiceerde. Tot Kreuks grote verbazing stonden genodigden hier volop selfies te maken. Was dit niet juist de reden geweest dat zij hun telefoons hadden moeten inleveren? Hij had het nog niet gedacht of de familie kreeg de telefoons gelukkig ook weer terug.
Kreuk bestelde een alcoholvrij biertje, terwijl ambassadeur Hoekstra hen amicaal bij iedereen begon te introduceren. Niet alleen de hoge civiele gasten kregen een hand, ook drie Amerikaanse veteranen die speciaal voor deze ceremonie waren gekomen, werden aan Kreuk voorgesteld. Dat deed hem goed. ‘Voor veteranen in Amerika wordt de rode loper uitgerold,’ zei hij. ‘Veel meer dan in Nederland krijgen ze hier een speciale behandeling. Zeker de veteranen die er op D-Day bij waren, zijn helden in de ogen van veel Amerikanen. Ze hebben de wereld bevrijd van de tirannie van Hitler. En dat terwijl Amerika niet eens direct werd aangevallen!’
Deze start voelde goed, dacht Kreuk. Hij had alleen de president zelf nog steeds geen hand gegeven. De aangeboden lunch waarbij ze Trump zouden ontmoeten, was door de vergissing van de dame van de Nederlandse ambassade die ze bij de verkeerde ingang afzette in het water gevallen. Jammer, Kreuk had juist zo uitgekeken naar de ontmoeting. Wie kon nou zeggen dat hij geluncht had met Trump?
Rutte en Trump hadden elkaar ondertussen al wel gesproken, aan de andere kant van het Witte Huis. Er waren, zo wist Kreuk, nogal wat gevoeligheden te bespreken geweest. Hij had er zijdelings iets van meegekregen. Toen ze in het gebouw even moesten wachten, hadden ze – tot vreugde van Schols – precies op een plek gezeten waar allerlei gangen bij elkaar kwamen. Zo konden ze het nodige zien en vooral horen. ‘Het was hectisch,’ zei Schols. ‘Er liepen voortdurend mensen langs die zich onbespied waanden en dachten vrijuit te kunnen spreken. Zo hoorden we dat het overleg tussen Trump en Rutte best wat stroeve kantjes had.’
Schols lachte. ‘Ik ben van nature best nieuwsgierig. En ik kan je vertellen: die nieuwsgierigheid werd daar tijdens dat kwartiertje op de gang meer dan bevredigd. Zo openlijk als die mensen met elkaar praatten... heerlijk gewoon. Ik zei natuurlijk niets tegen anderen over wat ik hoorde, ik keek wel uit. Zoals de Amerikanen zeggen: “If I tell you, I have to kill you.”’
Ongelooflijk avontuur
Kreuk lachte om Schols. Ze hadden al zoveel samen beleefd. Vanaf het allereerste begin was het een ongelooflijk avontuur geweest. En nu was daar uiteindelijk een moment waarvan ze drie jaar geleden bij de aankoop in de verste verte niet hadden kunnen vermoeden dat het ooit zou plaatsvinden. Hij keek op zijn horloge. Kwart voor drie; nog een kwartiertje dan zou de ceremonie beginnen.
De East Room was de grootste ruimte in het Witte Huis, een zaal vol prachtige kroonluchters. Evenementen, recepties, banketten, concerten: in de afgelopen honderdvijftig jaar hadden hier de meest uiteenlopende gebeurtenissen plaatsgevonden. De zaal werd gebruikt tijdens de beëdiging van kabinetsleden en leden van het hooggerechtshof. Er werden belangrijke wetten ondertekend. Overleden presidenten als Abraham Lincoln, Franklin D. Roosevelt en John F. Kennedy lagen hier opgebaard voordat ze werden begraven. Bovendien, vond Kreuk, was dit ook om andere redenen heilige grond: hier kondigde president Lyndon B. Johnson in 1964 aan dat de Civil Rights Act in werking zou treden. En wie kende niet de foto van president Jimmy Carter met de Egyptische president Anwar Sadat en de Israëlische premier Menachem Begin na het Camp David-vredesakkoord in 1978? Die was hier genomen.
‘Ronald Reagan en Gorbatsjov tekenden hier een historisch verdrag,’ doceerde Kreuk. ‘En in 2011 kondigde Barack Obama hier de dood van Osama bin Laden aan.’ Het gerucht deed zelfs de ronde dat de vrouw van John Adams, de tweede president van de Verenigde Staten, haar wasgoed in deze ruimte te drogen hing. Maar dat was dan weer een heel ander verhaal. Kreuk keek de zaal rond. Zijn blik bleef hangen op een Amerikaanse jongeman: Jason Muscarella. Hoe kwam hij nou hier? Muscarella was toch al lang weer ver-trokken uit Washington, nadat hij de vlag van Ramstein in Duitsland naar Washington had gebracht? Op dat moment kon Kreuk niet naar Muscarella toelopen, maar later hoorde hij het bijzondere verhaal van de militair zelf. Muscarella had gedacht dat zijn missie volbracht was nadat hij het vliegtuig had verlaten en hij de vlag had overgedragen aan de werknemers van het Smithsonian Institution. Hij had er nog een paar dagen Washington aan vast kunnen knopen en vloog op maandag 15 juli terug naar Amsterdam. Op dinsdag, exact een week nadat hij de opdracht voor het transport had gekregen, en twee dagen voor de ceremonie in het Witte Huis, ging hij ’s ochtends weer gewoon aan het werk op de ambassade. Een van de eerste mails die hij opende, was een bericht van de National House Security Council waarin ze om informatie vroegen die nodig was voor toegang voor bezoekers.
‘Is dit een uitnodiging voor het Witte Huis?’ vroeg hij een beetje in de war aan zijn baas. Van- wege het tijdsverschil wachtte hij nog zes uur tot de staf in Washington DC ook aan het werk ging, en belde toen het nummer dat in de e-mail stond. Hij kreeg te horen dat het inderdaad een persoonlijke uitnodiging was voor de ‘exclusieve D-Day-vlag Ceremonie in het Witte Huis’. Er waren nog maar twee dagen te gaan! En hij zat net weer in Nederland... ‘Dit was de tweede dinsdag op rij dat ik dacht een rustige kantoordag te hebben en vervolgens weer in alle haast van alles moest regelen voor een reis naar Washington! Het was ongelooflijk.’
Een lijnvlucht de volgende dag bleek snel geboekt. ‘Ik voelde me al zo enorm vereerd dat ik de vlag terug naar huis in de Verenigde Staten had mogen begeleiden. En dan nu ook nog eens uitgenodigd worden door het Witte Huis! Dat was voor mij, een gewone onderofficier, ongekend.’
Muscarella herkende op zijn beurt ook veel mensen in de zaal. Hij zag medewerkers van Ramstein Airport en van het Smithsonian National Museum. Niet dat hij tijd had om daar echt bij stil te staan, want opeens ging het hard. Toen de president binnenkwam en iedereen ging staan, keek Muscarella even naar Kreuk, die links van hem stond. Hij kreeg kippenvel. Dit was een bijna surrealistisch beeld. Ooit had hij als belangstellende Amerikaanse burger een Witte Huistour geboekt, maar die werd destijds om de een of andere knullige reden gecanceld. Nu zat hij hier opeens in de East Room, als ‘special guest’ nog wel. ‘En ik zat daar drie rijen achter de veteranen van D-Day,’ zei hij, nog steeds onder de indruk. ‘Dat waren in mijn ogen de echte helden.’
Eerste rang
Trump kwam binnen, met naast zich premier Rutte. Een beschaafd applaus weerklonk. Kreuk keek snel opzij. Op de eerste rij naast hem zat Schols, daarnaast zaten andere leden van de Nederlandse delegatie. Dick Schoof, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid was er, evenals de minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok. Dit was het moment waar hij de afgelopen jaren naar had toegeleefd, en hij zat eerste rang! Ongemerkt schoof hij naar de punt van zijn stoel. Trump, ervaren in dit soort bijeenkomsten, stapte naar de microfoon. Nu zou het beginnen.
Tot ieders verrassing begon Trump niet over de D-Day-vlag, maar over de actualiteit. Er waren de afgelopen maanden hoogoplopende spanningen tussen Amerika en Iran geweest, zoals alle aanwezigen wel zouden weten. Het conflict was nu zo geëscaleerd dat president Trump een aanval op Iran slechts op het allerlaatste moment had afgeblazen. De geplande luchtaanval was een reactie geweest op het neerhalen van een Amerikaanse drone door Iran. En die actie was weer een gevolg van de vertroebelde verhoudingen tussen de twee landen, die nog eens verslechterde toen Trump in 2018 uit het atoomakkoord met Iran stapte. Amerika legde daarna het land economische sancties op en Trump stuurde een vliegdekschip met bommenwerpers en extra militairen naar het Midden-Oosten. De reactie van Iran liet niet lang op zich wachten: de productie van verrijkt uranium werd opgeschroefd.
Trump bedankte Kreuk voor het bewaken van de erfenis van de D-Day-vlag. ‘I know it was expensive. Two rich people, I assume, right?’
Zo ging het gebakkelei tussen beide landen al een tijd heen en weer. Er werden zelfs twee olietankers in de Straat van Hormuz aangevallen. Volgens Amerika zat Iran daarachter, maar Teheran ontkende. Vervolgens stuurde de VS nog meer extra militairen. En nu begon Trump dus zijn speech met de mededeling dat Amerika ‘met succes’ een Iraanse drone had neergeschoten. ‘I thought you should know that,’ zei Trump met gevoel voor understatement. Veiligheidscoördinator John Bolton, nauw betrokken bij de actie, vertrok geen spier, zag Kreuk. Ook vicepresident Pence, de waarnemend minister van Defensie, een aantal hoge militairen en adviseurs keken strak voor zich uit. De woorden van Trump zorgden ervoor dat het meteen doodstil was in de zaal.
‘De vlag stond natuurlijk symbool voor vrede en vrijheid, voor een moedige aanval om de wereld te bevrijden van de overheerser,’ zei Kreuk later. ‘Nu werd door de president melding gedaan van een incident met Iran, een land waar iedereen bang voor was omdat het nucleaire wapens kon maken. Je kon een speld horen vallen.’
Meteen na deze mededeling schakelde de president over op een andere toon. Hij was ‘very honored’ dat minister-president Mark Rutte van Nederland – een ‘fantastisch en ongelooflijk succesvol land’ – ook aanwezig was. Rutte glimlachte. Daarna ging Trump door met zijn verhaal over de D-Day-vlag, die hij nu namens het Amerikaanse volk in ontvangst mocht gaan nemen. Een vlag uit ‘een van de belangrijkste dagen uit de wereldgeschiedenis’. Niet alleen Rutte, maar ook Hoekstra werd nu persoonlijk bedankt. ‘Pete, thank you very much. You’re doing a great job.’
Jonge kerels
Volgens Trump was de vlag niet alleen een her- innering aan de opofferingsgezindheid van de oorlogshelden, maar ook een bevestiging van de vriendschap tussen het Nederlandse en het Amerikaanse volk. ‘Thank you so much,’ zei Trump. En hij richtte zich ook even speciaal tot de aanwezige, hoogbejaarde oorlogsveteranen. ‘Dank jullie, alle drie. Jullie zien er goed uit. Jonge kerels.’
Gelach in de zaal. Na de aanvankelijke spanning was het ijs nu toch echt gebroken. Vervolgens richtte Trump zijn aandacht op Kreuk en Schols. Hij bedankte hen voor de gulle gift. ‘Where are they?’ Trump keek de zaal rond. Kreuk ging staan. ‘Thank you very much. That’s great.’ Hij bedankte Kreuk voor het bewaken van de erfenis van de D-Day-vlag. ‘I know it was expensive. Two rich people, I assume, right?’
De aanwezigen keken ietwat ongemakkelijk en lachten om de grap. Trump grijnsde. ‘Thank you very much,’ zei hij nogmaals. Van oud zeer was niks te merken. Hij sprak nu warme woorden over Nederland en zijn premier, die hij introduceerde als een ‘very special man’ die hij had leren kennen tijdens ‘pittige onderhandelingen’ over handel en de bijdrage aan de NAVO. Een premier die ‘very, very popular’ was in zijn land en bovenal ‘a great gentleman’. Het was tijd om Rutte het podium te geven. ‘God bless America,’ zei Trump ten slotte.
Rutte was aan de beurt. De minister-president liep naar het podiumpje. De vlag was een symbool van iets dat niet in woorden te vatten was, begon hij zijn speech. Ook hij bedankte Kreuk voor het schenken van de vlag, die volgens Rutte stond voor de ‘sterke band tussen Amerika en Europa’, maar ook ‘tussen de Verenigde Staten en Nederland’. Was Nederland tenslotte eeuwen geleden al niet een van de eerste landen die Amerika steunde in haar strijd voor onafhankelijkheid? Beide landen stonden ‘schouder aan schouder’, sprak hij. ‘75 jaar geleden, in de donkerste uren, vochten dappere Amerikaanse soldaten voor onze vrijheid. Dankzij Bert Kreuk staan we nu hier en geven we u de vlag terug.’
Dat ooit zo verlegen knulletje uit een probleemgezin was opeens een statige spreker geworden, in een strak pak
Rutte stapte de verhoging af. Kreuk wist: nu was het zijn beurt. Hij stapte naar voren, ging recht staan, schraapte zijn keel en begon zoals hij al die keren had geoefend. ‘Mr. President, First Lady...’ Het Witte Huis had laten weten dat er drie minuten spreektijd was ingeruimd voor de premier en drie minuten voor Kreuk. Maar mede ingegeven door de altijd eigenzinnige Schols, had Kreuk besloten dat dat te kort was. Zijn speech was stiekem aanzienlijk langer geworden. ‘Als ik eenmaal lekker bezig ben, gaan ze me echt niet onderbreken,’ had hij gezegd. In de wetenschap dat zijn speech nu acht minuten zou duren, hadden Kreuk en Schols het Witte Huis laten weten dat het speechen van Kreuk in ‘hooguit vijf minuten’ gebeurd zou zijn.
Ontberingen en opofferingen
Gek genoeg hoefde hij de speech vooraf aan niemand te laten lezen. Niet aan de voorlichters van Rutte, ook niet aan die van Trump. Ongebruikelijk, zeker voor een privépersoon die in het Witte Huis een speech zou gaan geven. Dat vertrouwen had hem goed gedaan. Nu kon hij de speech houden die hij wilde, en met net zoveel woorden als hij nodig achtte: 870, om precies te zijn. In kalm tempo begon Kreuk het verhaal voor te lezen. De zin die hij het vaakst had geoefend, kwam er al snel goed uit: ‘Lives cut short by heroism. And as beneficiaries of their heroism we all grew up and live in democratic and free societies.’ De vlag verbindt ons, in de wetenschap van ontbe- ringen en opofferingen van de soldaten, ging hij verder. De vlag is er voor iedereen. ‘Kun je daar iets over zeggen in 870 woorden of in vijf minuten?’ vroeg Kreuk aan zijn toehoorders. Het was een retorische vraag.
Schols keek vanaf zijn plek ondertussen met trots naar zijn neef. Schols had een eerder voorstel om op het podium te komen staan afgewezen, en alle eer aan Kreuk gelaten. ‘Hij deed het toch maar, en hoe!’ zei Schols later. Daar stond Kreuk te spreken, inderdaad voor de ogen van de hele wereld. Dat ooit zo verlegen knulletje uit een probleemgezin was opeens een statige spreker geworden, in een strak pak, die met een priemende vinger sommige woorden en zinnen nadruk gaf.
‘We konden dromen om te overwinnen en suc- ces te hebben,’ sprak Kreuk. Nu ging het niet over D-Day, maar over zijn eigen leven. Kreuk dankte ook zijn oom Theo Schols voor het laten uitkomen van zijn dromen. ‘Succes is nooit opgeven,’ zei hij.
Schols wist al tijden dat ze gingen komen, maar toch ontroerden deze woorden hem nu. Je zou maar genoemd worden in het Witte Huis. ‘Dan is er toch iets bijzonders aan de hand.’
Omdat hij het beheer van de vlag altijd al als iets tijdelijks had gezien, zo speechte Kreuk, was hij blij dat de vlag nu terug was bij de Commander in Chief, en dat Trump de vlag namens het Amerikaanse volk in ontvangst wilde nemen. Kreuk naderde nu het einde van zijn tekst. Hij hield even stil en zei toen, precies zoals hij bedacht had: ‘The flag is home. They are home.’ Ook op die zin had hij maanden geoefend. Na die woorden was het klaar.
Voor de Ogen van de Wereld, Bernard Krikke en Anton Slotboom, Just Publishers, €22,50
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- ANP