Bart Nijman

‘Heilig vuur vlamt op als het gevoed wordt en brult harder als het wordt bedreigd’

Lewis Hamilton schijnt het te hebben, net als Mark Rutte. Maar wat is het eigenlijk, heilig vuur? Columnist Bart Nijman sloeg aan het overpeinzen. En daarna aan het tikken.

Bart Nijman

Heilig vuur. Een woordcombinatie die gloedvolle passie, warme toewijding en onsterfelijk verlangen suggereert. Heilig vuur is het tegenovergestelde van vele vreugdeloze, onvermijdelijke handelingen die de menselijke machinaties aandrijft, van het ochtendritueel van opstaan en aankleden via arbeid, boodschappen, voedselbereiding (in de volksmond ook wel ‘koken’ genoemd, maar vandaag kiezen we voor dramatische beschrijvingen), afgerond met het avondritueel. Slaap, ontwaak, herhaal, ad infinitum tot je doodgaat.

Heilig vuur is een geromantiseerd antoniem van de werktuiglijkheid van de dagelijkse realiteit. Heilig vuur is vluchtig en ongrijpbaar, maar is het ook ontembaar? Kan het net zo makkelijk oplaaien als het voorgoed kan uitdoven? Er wordt zowel met bewondering gesproken over mensen die hun heilige vuur tentoonspreiden, als met spijt wordt verzucht over het verlies ervan, dat bijna iedereen in zichzelf een heilig vuur zoekt om zich onderscheidend te maken van alle waakvlammetjes.

Lewis Hamilton evenaart het recordaantal wereldkampioenschappen van Michael Schumacher en lijkt het heilige vuur te bezitten om dat record te verbreken in het volgende seizoen van de Formule 1. Mark Rutte is al zijn halve leven politicus en een decennium premier, maar lijkt het heilige vuur nog te voelen branden voor nóg een termijn – met een grote kans dat hij die na maart 2021 zal krijgen.

Hoewel de heiligverklaring van het vlammetje een hogere macht moet suggereren, is niets aards een heilig vuur vreemd: het heeft zuurstof nodig om zich te voeden, om te kunnen ademen, om op te kunnen laaien. Op welke grondstoffen ontbrandt een heilig vuur eigenlijk? Weet ik veel, ik ben geen filosoof en ik heb de neiging om iedereen die zich wel zo noemt te wantrouwen. Dat hele begrip van heilig vuur is ook helemaal geen in de mens geboren kracht, het is geromantiseerde karakterkitsch. De meeste brandende passies zijn absurd. Modeltreinen. Doorgeslagen clubliefde. Het koningshuis. Een weblog.

Ieder mens heeft een waakvlammetje dat onder alle omstandigheden paraat is om op te laaien en te leveren, te reageren, te exploderen in gepassioneerde emoties als het moet. Heilig vuur vlamt op als het gevoed wordt en brult harder als het wordt bedreigd. Hamilton door rivaliserende coureurs. Rutte door andere politici. Sommigen lijken hun heilig vuur te kunnen sturen, en zelf zuurstof toe te kunnen dienen als het noodzakelijk is.

Heilig vuur bestaat alleen bij de gratie van uitgedaagd worden door opponenten. Maar alles om dat vlammetje heen is ingericht om het gecontroleerd te laten branden, om het niet te laten ontsporen. Een heilig vuur leeft bijna altijd in een lockdown. Te veel zuurstof en het wordt allesverterend en brandt daarmee razendsnel op, met een grote kans op nevenschade. Te weinig zuurstof en het verstikt in lusteloosheid. De kans op dat laatste is dit jaar levensgroot.

Column
  • iStock