Leon Verdonschot

‘Wat mij een goed idee lijkt: een nieuwe partijcultuur’

Open brief van Leon Verdonschot aan de PvdA.

Leon Verdonschot


Beste PvdA-lid Francisca Drijver,

U was het die een motie indiende om Lodewijk Asscher géén lijsttrekker te laten worden. Die motie zou tijdens het PvdA-congres worden besproken, maar dat congres ging niet door, omdat Asscher zelf opstapte.

Het rare was: Asscher had voor een groot deel een heel goed verhaal, waarin hij zijn verantwoordelijkheid toegaf voor zijn rol tijdens de Toeslagenaffaire, zijn excuses aanbood en lessen trok. Maar dat was het verhaal bij een verkeerd besluit: toch aanblijven als lijstrekker.

Vervolgens nam hij alsnog het goede besluit, maar nu met een verkeerd verhaal. In zijn afscheidsspeech ging Asscher opeens uitleggen wat hij allemaal wél goed had gedaan als minister, en kwam hij met een redenering die naar ik vrees was bedoeld als geruststelling: onder zijn ministerschap had de Belastingdienst weliswaar een ‘onrechtmatige jacht geopend op duizenden gezinnen’, maar hij wist dat niet. Verantwoordelijkheid nemen betekent in de politiek toch ook de consequenties trekken uit wat je had moéten weten?

De afscheidsspeech van Asscher kwam erop neer dat helaas iedereen maar bezig bleef over zijn rol in de Toeslagenaffaire, en hij daardoor niet door kon. Hoe kan een man die zo intelligent is, zo zelfkritisch, die zeer belezen is en die zélf goed kan schrijven, op zo’n cruciaal moment in zijn leven door zijn partij losgelaten worden op de buitenwereld met zo’n beroerd verhaal?

Mag ik een gok doen naar het antwoord? Omdat zelfs iemand als Asscher kennelijk niet wordt omringd door kritische partijgenoten. Dertig procent van de Partij van de Arbeid-leden bleek uw motie te steunen, en vond het niet zo’n goed idee dat een partij de verkiezingen ingaat met een lijsttrekker die als minister verantwoordelijkheid droeg voor een volgens de onderzoekcommissie Van Dam ‘ongekend onrecht’, waarbij de ‘beginselen van de rechtsstaat werden geschonden’. Maar núl procent van alle PvdA-prominénten vond dat een slecht idee. Kamerleden, kandidaten, burgemeesters en andere prominenten schaarden zich allemaal achter Asscher. Sterker nog: Kamervoorzitter Arib zei het ‘heel treurig’ te vinden dat er überhaupt een motie tegen Asscher was ingediend: ‘Ik vind het gewoon heel naar.’

Als ik lid van een sociaaldemocratische partij was, zou ik dat nogal verontrustend vinden: een debat dat in heel Nederland wordt gevoerd, dat heel essentieel is, namelijk over de vraag wat verantwoordelijkheid nemen voor een ‘onrechtmatige jacht op duizenden gezinnen’ in de praktijk moet inhouden, wordt bínnen je partij gezien als ‘treurig’ en ‘naar’. Alsof je een backstabber bent wanneer je vindt dat een partij die voor de zwakkeren zegt op te komen, ook consequenties moet trekken voor partijgenoten onder wiens ministeriële leiding duizenden zwakkeren zijn vertrapt. Hoe aardig en capabel je die partijgenoten verder ook vindt. En inderdaad, andere betrokkenen bij de toeslagenaffaire gaan ook als lijsttrekker de verkiezingen in, of er niks is gebeurd. Maar andere idealen koesteren betekent ook: andere normen.

De PvdA krijgt nu een nieuwe partijleider. Wat me ook een goed idee lijkt: een nieuwe partijcultuur.

Column
  • ProShots