John de Wolf: 'Ik ben een gevert'

Er zijn voetballers die geruisloos voorbijgaan. En er zijn voetballers als John de Wolf (54). Ooit het onverschrokken bl...

Er zijn voetballers die geruisloos voorbijgaan. En er zijn voetballers als John de Wolf (54). Ooit het onverschrokken blok beton in de Feyenoord-defensie – nu helpt hij ouderen aan een baan en is hij een goeie amateurtrainer. Het icoon van Zuid over zijn imago als moeilijke jongen, zijn overleden vader en die foeilelijke lawaaioverhemden. ‘Jezus, ik leek wel een testbeeld.’

Fotografie Corné van der Stelt

‘Ik ben een gevert. Mijn moeder zegt altijd dat ik dat karaktertrekje van mijn vader heb. Die was ook een gevert. Geven is het mooiste wat er is. Je kan beter alles met een warme hand geven dan met een koude hand. Zo is het toch? Ik maak het mensen graag naar de zin, ik maak ze graag blij. Ik kan niet tegen ruzie, daar heb ik een hekel aan. Als het moet dan moet het, maar liever niet.’

Heeft die karaktertrek jou weleens in de problemen gebracht? Dat mensen je teleurstelden of misbruik maakten van die goedheid? ‘Nee hoor, ik doe het vanuit mijn eigen ikkie. Hoe anderen daarmee omgaan, vind ik niet het belangrijkste. Je moet niks terug verwachten, dat is de truc. Ik ben niet zo veeleisend voor anderen. Ik probeer liever de dingen zelf op te lossen.’

Was het voor jou een boost voor je zelfvertrouwen dat het ministerie jou voor dit ambassadeurschap heeft gevraagd? Dat mensen zien dat jij ook buiten het voetbal iets waardevols kan? ‘Tuurlijk doet dat iets met je. Daar ben ik trots op. Ik snap ook wel dat mensen misschien sceptisch waren: die De Wolf moet ons zeker aan een baan helpen? Bij negatieve mensen doe je het nooit goed, die hebben altijd wat te zeuren. Ik zou dit werk nog wel jaren willen doen. Als ik een speech heb gedaan voor een groep vijftigplussers of bij een bedrijf, of in de Kamer ben geweest, dan zit ik in de auto terug naar huis vol adrenaline.’

Lees het volledige interview op Blendle.