Jurriaan van Eerten

'Amerikanen willen zelf ook niet als een stelletje losgeslagen idioten op tv verschijnen'

Na vier jaar in de VS schetst Amerika-correspondent Jurriaan van Eerten een beeld van de bewoners. En dat beeld komt niet altijd overeen met de vooroordelen die wij over Amerikanen hebben. "Wat zij willen is een land dat functioneert, waar je door hard te werken een goed leven kan leiden en waar je kinderen in veiligheid opgroeien."

Jurriaan van Eerten

25 staten en 130.000 kilometer, honderden motels en evenzoveel Starbucks-filialen, niet te vergeten talloze Airbnb-adressen: dat zijn de getallen waarmee ik mijn afgelopen vier jaar in de Verenigde Staten kan samenvatten. Net zoals honderden interviews met Trump-aanhangers, duizenden deurbelletjes in buitenwijken en trailerparken, legio gesprekken aan de bar bij brouwerijen en speakeasy’s in miljoenensteden – die allemaal op elkaar lijken met hun wolkenkrabbers en brede straten, reclames van fastfoodketens en tentenkampen vol daklozen.

Ik had de hoop na vier jaar Amerika iets zinnigs over dit land te kunnen zeggen, een analyse te geven die verklaart waarom dit toch zo’n krankzinnige plek is. Natuurlijk telt het mee dat de gekte zich nu eenmaal goed leent voor reportages: we zien graag Amerikanen met pistolen en vlaggen wapperen, rondrijden in hun enorme pick-ups en overal schreeuwerig doen. Als journalist kan je een wapenwinkel binnenstappen of een vrouw van 300 kilo aan het woord laten, en dan heb je uiteraard een veel sappiger verhaal dan wanneer je naar een van de vele suburbia-buitenwijken gaat. Daar zijn de bewoners namelijk maar saai: die staan ’s ochtends in de file naar hun werk en brengen ’s avonds hun kinderen naar de sportclub.

Maar toch is er meer aan de hand hier, in dit land waar de ene bewoner afgezonderd in de woestijn in een stacaravan woont terwijl de ander in een miljoenenstad werkt aan de nieuwste technologische hoogstandjes. Dit land is enorm en de macht daardoor anoniem – van Tucson naar Washington DC is even ver als van Amsterdam naar Damascus. Vele van mijn Amerikaanse vrienden zijn zelfs nooit in de hoofdstad geweest. Met die afstand komt ook het oldboysnetwork: Washington DC kent een veelvoud van verhalen over mensen die als een Van Lienden miljoenencontracten in de wacht weten te slepen, simpelweg omdat zij de juiste mensen kennen, terwijl de relatieve welvaart van de middenklasse al tijdenlang minder wordt.

Donald Trump beloofde de dingen anders te doen. Hij was de outsider die het moeras van vriendendiensten zou leegpompen. En daar is enorme behoefte aan. Als zakenman zag Trump een gat in de politieke markt en daar was hij in gesprongen, zoals komende jaren nog velen dat na hem zullen doen.

Als ik iets heb geleerd hier, dan is het wel dat de Amerikanen zelf ook niet willen dat zij overal ter wereld op televisie verschijnen als een stelletje losgeslagen idioten. Wat zij willen is een land dat functioneert, waar je door hard te werken een goed leven kan leiden en waar je kinderen in veiligheid opgroeien. Ze zijn het er alleen nog niet over eens hoe ze daar moeten komen.

Daar zou een journalist eens over moeten schrijven.

Column
  • Pro Shots