‘Zo de regeringen-Rutte ergens actief bezorgd om zijn, is het over beeldvorming’
‘De democratische erosie heeft niet alleen het vertrouwen in het kabinet aangetast, ook de corrigerende kracht van de Tweede Kamer is een lachertje geworden’
‘Een mens lijdt dikwijls het meest door het lijden dat hij vreest,’ zei Farid Azarkan tegen CDA’er Joba van den Berg in het - zoveelste - debat over Sywert van Lienden. Of nee, het ging eigenlijk over de schijn van ambtelijke corruptie van Hugo de Jonge, die zijn privémail gebruikte voor ministerstaken en loog over de whatsappjes die hij met bewindslieden, topambtenaren én Sywert wisselde in de meestbesproken mondkapjesdeal aller tijden.
Wat niet alleen het CDA, maar dit hele kabinet vreest, is negatieve publiciteit. Zo de regeringen-Rutte ergens actief bezorgd om zijn, is het over beeldvorming. Ontelbaar veel ambtenaren zijn elke dag in de weer met digitale thermometers om de temperatuur op Twitter en verhogingen op Facebook te meten. Want ophef in het publieke domein vergroot de kans op Kamervragen en een schor kuchje in de Tweede Kamer kan zomaar een verkoudheid betekenen voor het kabinet.
Die beeldvorming is inmiddels zo vaak besproken dat het een waarheid op zichzelf is geworden: bijna ieder Kamerdebat over grote of groot gemaakte kwesties eindigt in de krassende groef van de grijsgedraaide plaat over ‘het vertrouwen in de democratie’, ongeacht of het nou over het toeslagenschandaal, ‘functie elders’, de dodelijk gefaalde evacuatie uit Afghanistan of het steeds maar terugkerende Sywert-spook gaat.
Sinds de term ‘nieuwe bestuurscultuur’ is gevallen, een jaar geleden in het ‘functie elders-debat’ dat Mark Rutte staatsrechtelijk gezien nooit had mogen overleven (zoals hij het toeslagenschandaal ook nooit politiek had mogen overleven), is het retoriekje uitgegroeid van een tamelijk krachteloos (want niet fundamenteel) stokje om mee te slaan tot een perfecte bliksemafleider voor de Eeuwige Premier en zijn politieke trawanten. Debat na debat verzucht Kamerlid na Kamerlid hoe ‘het vertrouwen in de politiek’ afneemt, dat ‘het cynisme over de bestuurscultuur’ de dijken van de democratie afkalft en waar toch dat beloofde nieuwe elan blijft?
De morele verontwaardiging die daarmee wordt uitgesproken, heeft een holle klank gekregen omdat, wanneer politiek puntje bij betonnen paaltje komt, het gedronken glas is verworden tot een waterige plas en alles blijft toch weer zoals het was. De verzuchtende (en verzurende) discussie over de staat van de democratie geeft geen enkele toevoeging aan het actieve onderhoud van de democratie.
‘De mensen in het land nemen ons niet meer serieus,’ is een constatering die weliswaar met de dag feitelijker wordt, maar in zichzelf geen gereedschappen biedt om aan herstel te werken. De democratische erosie heeft niet alleen het vertrouwen in het kunnen van het kabinet aangetast (Politici van Statuur zijn relikwieën die door ongewervelde Nuttige Diertjes zijn vervangen), ook de corrigerende kracht van de Tweede Kamer is een lachertje geworden.
Politici die blijven jammeren over de teloorgang van vertrouwen, betreuren een onvermijdelijke toekomst van afgehaakt Nederland.
Ben jij ook zo iemand die graag haantje de voorste is? Mooi. Volg Nieuwe Revu dan op Facebook, dan krijg je de columns altijd als eerste te zien. Of abonneer op onze nieuwsbrief. Sturen we onze beste artikelen gewoon naar je toe.
- ANP