Beste Ruben Abrahams,
Je was afgelopen week de held van Amsterdam. Sterker: van Nederland, want de cameraploegen die je wilden interviewen kwamen tot uit Engeland. Eerst was er die scène uit een actiefilm, waarbij je samen met drie andere mannen een vrouw en haar dochter uit het ijskoude water van de Amsterdamse grachten redde. Met inparkeren was de vrouw met haar SUV het water ingereden. Dat klinkt zo op papier nog als een soort grap, maar de beelden bleken huiveringwekkend: in een werkelijk verbijsterend tempo zonk de auto naar de bodem van de grachten. Nét op tijd, het punt waarop je tijdens de meeste actiefilms ergens diep van binnen denkt: Yeah, right: natuurlijk precies in die laatste seconde, trokken jij en de andere drie na haar dochtertje ook de vrouw uit de auto. Er staat een filmpje van op de site van AT5. Er hoeft niet eens meer spannende muziek onder om er een meesterwerk van suspense van te maken: er zijn slachtoffers, er zijn redders, er is tijdnood, actie, en een happy end.
Toen je afgelopen week werd geïnterviewd over die heldendaad, werd je door omstanders getrakteerd op een biertje. En vervolgens werd precies voor dát café op precies dat moment een elektrische fiets gestolen. Je sprintte zeshonderd meter achter de dief aan en hield hem aan. Je tekst schijnt te zijn geweest: Je bent aangehouden. Een geniale tekst: de essentie in drie woorden, juridisch en feitelijk geen enkel argument tegenin te brengen, en met toch net dat benodigde vleugje Dirty Harry-achtige passieve agressiviteit. Toen ook nog eens bleek dat je anderhalf jaar geleden twee inbrekers hebt aangehouden, kreeg je nog net niet een Batman-pak aangeboden van de gemeente. Een lintje lijkt me wel het minste, overigens.
Het is een beetje een inflatiegevoelig woord, dat held, maar jij bent een klassieke. Ik vroeg me af waarom ik geen genoeg kreeg van die beelden op AT5 en dan ook nog eens alle interviews met je wilde lezen. De eerste reden: ter tegenwicht. In de week dat Lodewijk Asscher een inkijkje gaf in de hoeveelheid vuilspuiterij die hij via social media tot zich krijgt, in de week dat hooligans een pop van Kenneth Vermeer ophingen, wil ik gewoon minstens één aansprekend voorbeeld van een tegenpool: Ruben de Onbaatzuchtige, die dan ook nog eens stichtelijke teksten uitspreekt over wat voor nare maatschappij dit wordt als we met zn allen alleen maar toekijken.
Je lijkt me een slimme man, dus je weet ook dat iedere held op een dag van zijn sokkel valt. De volgende fietsendief of inbreker geef je een net te harde tik, en die wordt dan wat de coke in het borsthaar van Marco Kroon was. Maar dat zien we dan wel weer.
De tweede reden: het menselijk verlangen om zelf een held te zijn. De hamvraag bij dit soort filmpjes: wat zou ikzelf hebben gedaan? Schuilt er een held in mij, en zo ja: draagt hij sloffen? In alle eerlijkheid: ik meen zeker te weten dat ik ook het water in was gesprongen. Maar jij griste een hamer mee en een andere man een steen. Daarmee hebben jullie de achterruit kapotgeslagen en zo de vrouw en haar kind gered. In al diezelfde eerlijkheid: ik weet zeker dat ik dat zou zijn vergeten, en er pas eenmaal in het water achter was gekomen. De laatste woorden die de vrouw zou hebben gehoord: Kut! en Sorry!
Lees hier alle columns van Leon Verdonschot