‘Wat ruik je? Vertel me wat je ruikt.’ Nieuwe Revu is gearriveerd op de melkveehouderij van boer Jan Wiedemeijer in Amsterdam-Noord, niet ver van Broek in Waterland. We worden zeer enthousiast welkom geheten door een jonge, kleine boer met zwarte krulletjes en een bekend accent dat zich het best laat omschrijven als plat Amsterdams met een Marokkaanse tongval. ‘Ruik je koeienstront? Dan zit je hier goed, dit is de beste geur die je je kan wensen in je werkomgeving!’ Ayoub Louirhani (24) uit Amsterdam-Oost is naar eigen zeggen de enige Marokkaanse boer in Nederland en daarmee valt hij natuurlijk op. Helemaal omdat hij als grote droom heeft om ooit een eigen melkveehouderij te runnen. Door die feiten is Ayoub dusdanig uniek en interessant, dat de KRO-NCRV er wel een realityprogramma in zag. Verspreid over zes afleveringen kreeg de NPO-kijker begin dit jaar een verrassend inkijkje in het leven van een van de meest in het oog springende next generation melkveehouders van Nederland. De serie probeerde antwoord te geven op vragen als: wat drijft en motiveert Ayoub om tegen de stroom in zijn droom na te jagen? Hoe combineert hij dat vroege opstaan met zijn privéleven? Is een boerderij runnen in Nederland nog wel rendabel? Hoe ziet het leven van een boer eruit en wat doet een boer eigenlijk de hele dag? Veel kijkers waren het erover eens dat het enthousiasme van het scherm spatte tijdens de afleveringen en het leverde boer Ayoub behalve gemiddeld 500.000 kijkers per aflevering op Instagram dan ook dik 50.000 volgers op. Bovendien verschijnt er een boek over het leven, dromen en kansen van Ayoub. En als absolute krent in de pap, kers op de taart en koe aan de staart komt ook Nieuwe Revu nog langs voor een reportage.
Invalboer
En die begint dus met de penetrante lucht van koeienkak; volgens Ayoub de heerlijkste geur op aarde. Stralend met strontlaarzen en gehuld in groene boerenoverall staat de Marokkaanse dromenjager grijnzend in de deuropening van een miljoenenboerderij die helaas niet van hem is. Toch voelt hij zich heer en meester als boerenhulp bij boer Jan, omdat hij hier al jaren kind aan huis is. Boerenhulp is trouwens het ouderwetse woord voor het werk dat Ayoub doet, maar het heeft volgens hem – en we voelen dat wel met hem mee – iets denigrerends in zich. Zeker voor iemand met ambities. De ijverige agrariër noemt zichzelf liever invalboer: ‘Het is een term die ik zelf heb verzonnen. Het komt erop neer dat een boer mij kan bellen als hij op vakantie wil. Ik val letterlijk in voor de boer zelf. Ik wil liever niet werken vóór iemand, maar graag mét iemand. Ik sta graag naast de boer en niet onder hem; ik ben in dat opzicht heel ondernemend. Als ik voor iemand had willen werken, had ik ook bij de Albert Heijn of op Schiphol kunnen werken. Ik voel me meer een leider dan een volger. Als ik mijn eigen boerderij heb, moet ik het ook allemaal zelf doen. Daarom wil ik nu al graag op gelijke voet staan met de boer waarmee ik werk. Zo kom ik ook echt alles te weten. Op iedere boerderij waar ik kom, doe ik andere ideeën op en leer ik nieuwe werkwijzen. Zo kan ik overal het beste eruit pikken en dat stop ik straks als een verzameling van goede dingen in mijn eigen boerderij. Zo hoop ik de ultieme moderne boerderij te kunnen runnen. Daar kijk ik naar uit.’ In de boerenkeuken van de indrukwekkende melkveehouderij waar we te gast zijn, begint onze ontmoeting met Ayoub pas echt. Terwijl hij koffie schenkt, koffiemelk uit de koelkast pakt en suiker klaarzet, begint hij aan het antwoord op één van onze eerste vragen: ‘Ik weet dat het heel moeilijk is om boer te worden als je vanaf nul moet beginnen. Als je een jongen uit de stad bent zonder agrarische achtergrond, moet je zowat de hoofdprijs in een loterij winnen om een boerenbedrijf te kunnen starten of overnemen. Tenzij je uit een heel rijke familie komt of een rijke boerin aan de haak hebt geslagen. Weet je hoe mijn fascinatie voor het boerenbedrijf ooit is begonnen? Ik had een lerares van wie haar man boer was. Ik vroeg aan haar wat een koe kost. Ze zei dat ik dat maar moest opzoeken. Ik ontdekte dat een koe tussen de 1500-2500 euro kost. Daarna ging ik naar een boerderij, om alle koeien te tellen. Ik kreeg van die dollartekens in mijn ogen en koos voor een opleiding tot veehouder.’
‘Ik ontdekte dat een koe tussen de 1500-2500 euro kost. Daarna ging ik naar een boerderij, om alle koeien te tellen. Ik kreeg van die dollartekens in mijn ogen en koos voor een opleiding tot veehouder’
Naam, accent & uiterlijk
Al sinds zijn veertiende is Ayoub te vinden bij diverse melkveehouderijen om ervaring op te doen. Zijn carrièreplanning verliep voorspoedig, ook al was de Marokkaanse idealist binnen de opleiding en binnen de agrarische sector wel een opmerkelijk buitenbeentje. Dat er ‘iets’ anders was dan anders, merkte Ayoub direct toen hij voor het eerst een stageplaats wilde fixen. ‘Ik zocht een stagebedrijf en heb twaalf bedrijven gebeld. Allemaal “nee”. Ik had destijds mijn naam, mijn accent en mijn uiterlijk behoorlijk tegen. Sommigen hingen al op bij het horen van mijn voornaam Ayoub.’ Pas bij het dertiende telefoontje kreeg Ayoub een ander geluid te horen. Boer Jan Wiedemeijer zei als eerste en als enige: ‘Kom hier maar stagelopen.’ Het vertrouwen van de ervaren melkveehouder in de ambitieuze jonge hond bleek terecht en met alle geduld leerde boer Jan het vak aan zijn pupil. Na zijn opleiding is de zoon van twee Marokkaanse ouders als contractwerker aan de slag gegaan in de melkveehouderijwereld. Nog altijd werkt Ayoub graag op het bedrijf van zijn leermeester Jan, waar we dus ook vandaag te gast zijn voor deze reportage.
Het wordt ons tijdens de koffie al vlot duidelijk dat we hier niet te maken hebben met een jongeman met een bevlieging, maar met iemand die al dik tien jaar zijn droom probeert waar te maken om een bestaan in de agrarische sector op te bouwen. Een tv-serie, een succes op Instagram, vele interviews, een boek over zijn droom: veel boeren houden zich doorgaans graag op de achtergrond, maar deze gedreven boer dus niet. Wat vindt Ayoub ervan dat er zoveel belangstelling voor hem is? ‘Ik vind het wel leuk hoor,’ vertelt hij zonder aarzelen. ‘Het is een stukje promotie voor mezelf en bovendien een trede op de trap richting mijn droom: mijn eigen boerderij. Wanneer dat zal zijn? Als het gaat zoals het nu gaat, denk ik dat het binnen nu en tien jaar wel moet lukken. Het geld dat er binnenkomt, leg ik zoveel mogelijk aan de kant om te sparen. Dat gaat natuurlijk niet zo heel hard, daarom probeer ik ook wat te investeren. Cryptomunten? Nee man hou op, daar blijf ik ver vandaan. Ik heb wel een keer per ongeluk zo’n NFT gekocht, een non-fungible token. Een schilderij was dat, over tien jaar maar eens kijken wat het waard is. Misschien kan ik er dan een tractor van kopen. Waar ik verder in investeer? Er zijn veel jongens die een eigen bedrijf willen opstarten een niet heel veel nodig hebben: een kledingmerk opstarten of een fietsenzaak beginnen. Je maakt dan een contract met die mensen en je helpt hen met een financiële injectie om de boel op te starten. Je spreekt dan een percentage af bij terugbetaling; je krijgt sowieso je money terug en verdient er wat aan. Het is arbeid die ik niet hoef te verrichten. Als ik iets leuks voorbij hoor komen waar ik wat aan kan verdienen, denk ik: daar moet ik zijn.’
Benieuwd naar de rest van het artikel? Je leest het op Blendle.
In het artikel lees je meer over casino's in Nederland. ‘Sinds kort heeft het staatscasino legale concurrenten. Online casino’s. En ja hoor, weer is de strijd om de speler losgebarsten - en hoe. Dit keer niet met bitterballen, drank, katjes en roulette-die-je-kunt-voorspellen, maar met een eindeloze stroom aan BN’ers in tv-commercials en alles verpletterende abricampagnes.’
- Sander Boer