Wat vindt u achteraf het onhandigst: dat het ons niet duidelijk was of Mona Keizer uw premierskandidaat was, of dat het u niet duidelijk was dat ze wachtgeld ontving?
‘Eh... Jeetje... In handsight was het, denk ik, niet handig dat ik dat wachtgeld niet in het vizier had. Noem het naïef, noem het wat je wilt, maar – en dit is geen excuus, helemaal niet – ik zat midden in een enorme maalstroom van gebeurtenissen: de val van het kabinet, de kandidatenlijst, het verkiezingsprogramma, de start van het nieuwe politieke seizoen, de premierskandidaat ja of nee, de debatten die eraan kwamen.
Het is heel moeilijk uit te leggen, maar je bent constant aan het schakelen op zoveel onderwerpen dat je gewoon geen tijd hebt om even rustig na te denken. Ik heb er totaal niet bij stilgestaan, omdat het maar doorging, dat overal over moeten nadenken. En daar komt bij dat ik een enorme flapuit ben. Dat is volgens mij mijn kracht, maar ook mijn valkuil. Ik heb het hart op de tong: ik zeg soms iets zonder er even over na te denken, omdat ik vínd dat ik er iets over moet zeggen. Dat had ik vroeger als klein meisje ook al. En later denk je dan soms: o ja, dat was niet zo handig. Dat had ik ook tijdens dat debat waar het ging over het wachtgeld van Frans Timmermans, toen Jesse Klaver zei dat Kamerleden ook wachtgeld krijgen. Dat is heel iets anders dan ontslag nemen als Europees Commissaris en campagne gaan voeren. Dan denk ik: wat een stomme opmerking is dat van Klaver, daar ga ik eens even iets van zeggen. En dan zeg ik dus iets wat nergens op slaat, achteraf, want Mona krijgt ook wachtgeld. Haha!’
Fijn ook wel dat u nog steeds kunt leren na enkele jaren in de Tweede Kamer.
‘Ja, maar ik ben geen robot, dus ik kan ook niet garanderen dat het vanaf nu alleen maar goed gaat. Je woorden steeds op een schaaltje afwegen: zo zou ik nooit kunnen functioneren.’
- NL Beeld / Regiofotografie