Luuk Koelman

Luuk Koelman: 'Manager Amerika, veilig vanaf de eerste rij, roept dat Oekraïne vooral door moet gaan'

'Want wat kost de oorlog de VS? Oké, ettelijke miljarden dollars, maar niet één mensenleven'

Luuk Koelman

The New York Times meldt dat de CIA al sinds 2014 twaalf geheime bases heeft in Oekraïne. Allemaal vlakbij de Russische grens. Van daaruit worden spionnen aangestuurd, Russische communicatie afgeluisterd en Chinese en Russische satellieten gehackt.

De onthulling voedt het hardnekkige gerucht dat de Verenigde Staten in maart 2022 een vredesakkoord tussen Rusland en Oekraïne zouden hebben geblokkeerd. Onder meer omdat ze dan Oekraïne kwijt zouden raken als intelligence-gathering hub. Dat zet je aan het denken. Officieel heet het dat alleen Oekraïne bepaalt of er onderhandeld kan worden, maar in de praktijk wijst alles op het tegendeel. Voor het Westen komen vredesbesprekingen nog veel te vroeg. Inmiddels snap ik wel waarom.

Neem nu de Amerikaanse senator Doug Burgum. In zakenblad Forbes geeft hij zijn kijk op het conflict. Volgens hem zijn het feitelijk de Verenigde Staten die verwikkeld zijn in een oorlog met Rusland. En Oekraïne dan? Dat land schakelde met Amerikaans materieel ‘een groot deel van de Russische militaire slagkracht uit’. Dus wat Burgum betreft kan de oorlog niet lang genoeg duren. Want wat kost het de Verenigde Staten? Feitelijk niets. Oké, ettelijke miljarden dollars, maar niet één mensenleven: ‘Ik noem dat een koopje.’

Collega Mitch McConnell valt hem bij in een interview met het Amerikaanse nieuwsprogramma Face the Nation: ‘Er sneuvelt geen enkele Amerikaan, terwijl Oekraïne het Russische leger verzwakt. Ik zie daar niets verkeerds in.’

Eerst dacht ik nog: ach, a slip of the tongue; gewoon wat onhandig geformuleerd, maar de Democratische senator Richard Blumenthal schrijft het onomwonden in een opiniestuk in de Connecticut Post: ‘Voor nog geen 3 procent van ons militaire budget hebben we Ruslands militaire slagkracht gehalveerd (...) en geen enkele Amerikaan is daarbij gesneuveld of gewond geraakt.’ Zijn conclusie: ‘Een prima rendement op de Amerikaanse investering in Oekraïne.’

Condoleezza Rice, nationaal veiligheidsadviseur onder George W. Bush, jubelt in The Washington Post: ‘Oekraïne is onze vastberaden partner. Eentje die bereid is de gevolgen van een oorlog te dragen, zodat wij dat in de toekomst zelf niet hoeven te doen.’

Nou, dan weet je het wel. Dus gaat Oekraïne door. Tegen beter weten in, want ook al is de munitie op, voor praten is het nog écht te vroeg. Immers, als alles meezit, kan medio 2025 weer een nieuw offensief worden gestart.

Dus wankelt Oekraïne verder, als een zwaar aangeslagen bokser. Eentje die bijna de hele partij groggy in de touwen hangt en al twee keer acht tellen van de arbiter heeft gekregen. Hop, de derde ronde in, tollend op de benen richting de zoveelste Russische uppercut. Omdat manager Amerika, veilig vanaf de eerste rij in het publiek, roept dat ie vooral door moet gaan: ‘Glorie aan Oekraïne! Glorie aan de helden! Dood aan de vijand!’