'Frenkie de Jong mag nog niet de veters strikken van John van Loen'

De onderschatte Vlaamse schrijver Herman Brusselmans beledigt de overschatte voetballer Frenkie de Jong.

Frenkie de Jong

— Pas op: satire! Elke week fileert de onderschatte Vlaamse schrijver Herman Brusselmans een overschat persoon uit de wereldgeschiedenis. ‘Een stilistische oefening in iemand uitschelden’, zoals hij het zelf noemt. Dat kun je grappig vinden, of niet. —

Hij werd op 12 mei 1997 geboren te Arkel, als zoon van Henkie de Jong, die met subsidies van het Nederlandse ministerie van Volksgezondheid werkt aan een nieuwe theorie over ovulatie bij vrouwen met een slappe sluitspier, en Geraldine de Jong-Solferbuis, die vrijwilligerswerk uitvoert bij de vereniging Zeven Vingers, die mensen met maar zeven vingers helpt bij het opsteken van een sigaret, het herstellen van een lekke fietsband en het planten van prei in de moestuin.

Op 3-jarige leeftijd kreeg Frenkie z’n eerste voetballessen, van opa Wimpie, een gepensioneerde invriezer van haringsalade. Opa Wimpie had zelf ooit gevoetbald, maar was ermee gestopt, omdat hij tijdens de wedstrijd geen sigaren mocht roken. Algauw werd het kleine mannetje Frenkie opgemerkt door een scout van Willem II, uitgerekend de scout die van voetbal zoveel verstand had als Jort Kelder van een vrouw achterwaarts in de poes te naaien zonder acute walging te voelen. Willem II lijfde Frenkie de Jong in en plaatste hem ergens op het middenveld, waar hij voorlopig weinig schade kon aanrichten.

De specialiteit van De Jong werd van lieverlee: balletje ontvangen, balletje achteruit spelen, eventueel balletje opnieuw ontvangen, balletje opzij leggen, in zichzelf denken: wat loop ik hier in godsnaam te doen, en balletje nog maar eens ontvangen, om het terug te spelen op de keeper. Nou, dachten ze bij Ajax, zo’n pierewaaier kunnen we wel gebruiken, en voor een appel en een ei weekten de Amsterdammers De Jong los van Willem II, en gingen ze zelf pogingen ondernemen om iets van dat frêle nietsnutje te maken.

Jeugdtrainer Jan Kees Smokkelaar probeerde De Jong te leren tackelen, te koppen, een balletje vooruit te spelen en te schieten van afstand. Uren hield hij De Jong daarmee bezig en hij droeg het kereltje op om ook thuis in de tuin vele oefeningen te herhalen. Dit gebeurde niet onder begeleiding van opa Wimpie, die met een zakbreuk in bed lag, maar van oma Sjaan, die bij het leren om te schieten van afstand zeven ruiten bij de buren aan diggelen schoot en haar eigen knie brak.

Hoe het mogelijk is, Joost mag het weer eens weten, maar Frenkie de Jong werd en wordt nog steeds beschouwd als een uitzonderlijk talent, terwijl hij niet eens de veters zou mogen strikken van werkelijke topvoetballers als Johnny van ’t Schip, John van Loen en Sonny Silooy. Op de koop toe werd bekendgemaakt dat Ajax De Jong verpatst aan Barcelona voor 86 miljoen euro, terwijl de snotneus niet eens 8,6 miljoen waard is. Waar moet het toch heen met het moderne voetbal als een salonspelertje als De Jong tot de wereldtop wordt gerekend? Ik zal zeggen waar het moderne voetbal heengaat: de duistere dieperik in.