We schrijven juli 2016. In Istanboel doet het leger een poging de macht over te nemen van president Recep Erdogan. Militairen laten via de staatsomroep weten dat ze uit zijn op het herstellen van de democratie, mensenrechten en grondwettelijke orde in Turkije. Erdogan slaat direct terug met duizenden arrestaties en gedwongen ontslagen en wijst direct met zijn beschuldigende vinger richting de invloedrijke geestelijke Fethullah Gülen.
Aan een oproep van de president om te protesteren tegen de staatsgreep, geven Turken wereldwijd gehoor. Ook in Rotterdam gaan honderden Turken met veel vlagvertoon en lawaai de straat op om hun support aan Erdogan te laten blijken. DENK-leider Tunahan Kuzu is er als de kippen bij om zijn steun aan de demonstranten uit te spreken. Ook Nida Rotterdam doet met de nummer twee van de partij, Aydin Peksert, een stevige duit in het zakje. Peksert hitst de meute met behoorlijk nationalistische teksten nog eens extra op. Een golf van verontwaardiging spoelt door Nederland, nu andermaal zichtbaar wordt dat veel Turken in Nederland meer binding lijken te voelen met het land van hun voorvaderen, dan met het land waar ze veelal al hun hele leven wonen.
Ruim een half jaar later, maart 2017, is het opnieuw raak in de Maasstad, in de aanloop naar een Turks referendum met als inzet het vergroten van de macht van Erdogan. Zowel de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Cavusoglu als zijn collega van Familiezaken Kaya is voornemens in Nederland campagne te voeren voor het ja-kamp van de Turkse president. Cavusoglu wordt door toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders te kennen gegeven dat hij ongewenst is in Nederland. Als hij toch besluit te komen, worden de landingsrechten voor zijn toestel ingetrokken. Kaya is ondertussen, na een listige truc waarbij ze de Nederlandse autoriteiten op een dwaalspoor zet, met de auto onderweg naar Rotterdam.
Wanneer de Nederlandse overheid spierballen toont en besluit dat minster Kaya het Turkse consulaat niet mag betreden, slaat de vlam in de pan. Kaya wordt met groots machtsvertoon door gewapende mannen tegengehouden en na uren van onderhandelingen richting de Duitse grens gedirigeerd. Steeds meer woedende Turken verzamelen zich ondertussen in Rotterdam om tegen dit optreden van de Nederlandse overheid te protesteren. Journalisten die verslag proberen te doen worden aangevallen en ook de politie hoeft niet op een warm welkom te rekenen.
Uiteindelijk brengt bijna de helft van de stemgerechtigde Turken in Nederland zijn stem uit tijdens het referendum. Ruim 70 procent stemt vóór en schaart zich daarmee achter Erdogan. De president die niet lang daarvoor de enorm gespannen diplomatieke betrekkingen tussen beide landen verder onder druk had gezet, door Nederland ‘fascistisch’ en ‘een overblijfsel van het nazisme’ te noemen. Het lijkt de Erdoganisten niet te deren.
Volgend jaar staan in Turkije de parlementaire verkiezingen op de rol en volgende week gaat Nederland naar de stembus voor de gemeenteraadsverkiezingen. Rotterdam lijkt daarna de wrange vruchten te gaan plukken van een totaal gepolariseerd politiek landschap. Leefbaar Rotterdam, momenteel de grootste partij, krijgt concurrentie van de PVV. En waar de islamitische partij Nida nu een bescheiden tweetal zetels heeft, lijkt met het imploderen van de PvdA én de komst van DENK ook op die vleugel de versplintering definitief zijn intrede te doen in de Maasstad. Een onbestuurbare stad dreigt. ‘Partijen als Nida en Denk zijn pure armoe,’ vindt columniste Ebru Umar. ‘Ze beoordelen mensen puur op hun geloof en etniciteit en laten een grote groep zich afzetten tegen de samenleving die ze alles heeft gegeven. Jongen mensen worden gehersenspoeld, puur en alleen voor politiek gewin.’
Het Rotterdamse CDA-raadslid Turan Yazir beaamt: ‘DENK polariseert op politiek niveau. Ze zeggen dat ze iedereen willen dienen, maar de aanhang is grotendeels Turks en de standpunten sluiten daarop aan. De groep zondert zich af, DENK bevordert daarmee de segregatie. Wat bereik je dan voor Nederland? Wat is de meerwaarde van de partij? Ik vind het een zorgelijke ontwikkeling. DENK is bovendien veel minder pluriform dan Nida.’
Feit blijft dat er een grote groep Turken in Nederland woont, die met de rug naar onze samenleving staat en meer binding voelt met Turkije, hoewel we inmiddels praten over de derde en vierde generatie. Valt die tendens nog te keren – en zo ja: wat is daarvoor nodig? ‘Turken zijn de nieuwe Marokkanen aan het worden,’ zegt documentairemaakster Fidan Ekiz. ‘Ik heb het daar weleens over gehad met de Rotterdamse socioloog Iliass el Hadioui. Hij ziet dat Turken totaal hun eigen eiland hebben gecreëerd met restaurants, uitzendbureaus en een goede band met het land van herkomst. Marokkanen hebben dat van oudsher minder, hebben meer de behoefte om erbij te horen in Nederland. Elke keer dat ze merken dat dat niet lukt, worden ze gefrustreerder. Nu Turkse jongeren worden aangesproken op het feit dat hun ouders niet goed zijn geïntegreerd en gesegregeerd leven, groeit diezelfde frustratie. Rechtse opiniemakers komen zogenaamd voor moslimvrouwen op, maar ondertussen kijken ze vooral op ze neer. Het is zo hypocriet als de pest. Steeds meer moslima’s komen voor zichzelf op, ze begrijpen de context waarin ze zijn opgegroeid beter dan wie ook. Je moet niet alleen willen benoemen wat fout gaan, maar óók willen helpen. Mijn ideaalbeeld is met één been in de Turkse gemeenschap te staan en met één been daarbuiten. Alleen dan kun je een brugfunctie vervullen.’
‘Er zijn een hoop mensen van goede wil die er niet tussen komen in onze samenleving,’ vult Yazir aan. ‘Die versturen veertig sollicitatiebrieven zonder uitgenodigd te worden. Tegelijkertijd hebben ze geen netwerk opgebouwd buiten de eigen kring en worden ze van huis uit onvoldoende gestimuleerd dat te doen. Ze zijn niet gewend uit hun comfort zone te stappen, doen hun boodschappen bij de Turkse supermarkt en gaan naar een Turkse huisarts. Daarom is het ook zo belangrijk om jongeren beter te begeleiden in hun loopbaan en dat we gaan inzetten op een andere samenstelling van de wijken in Rotterdam-Zuid.’
‘Die eeuwige slachtofferrol brengt echt niemand verder,’ vindt Umar. ‘Kom bij mij niet aanzetten dat je geen kansen krijgt of gediscrimineerd wordt. Je kan alles krijgen in Nederland, maar niemand komt het je brengen. Als het tegenzit kan je twee dingen doen: opgeven of gewoon zorgen dat het lukt. En dat lukt niet als je niet uit die comfort zone stapt.’
Lees het hele artikel op Blendle.