Op de foto: Rotterdammers nemen afscheid van Ahmed Aboutaleb.
Elfie Tromp is stadsdichter van Rotterdam. Zij noemt Aboutaleb de man van de poëzie, maar de woorden die blijven hangen zijn: ‘rot toch op’.
‘Rotterdam is een stad met veel uitdagingen en grote misstanden. De toeslagenaffaire heeft hier enorm huisgehouden. Het vertrouwen in de politiek is in Rotterdam bij burgers écht heel erg laag. Rotterdam had dan ook de laatste opkomst voor de gemeenteraadsverkiezingen. Omdat veel mensen eigenlijk al denken: nee, dit heeft geen zin meer.
In die hele situatie heeft Aboutaleb echt geprobeerd om geen burgemeester maar een burgervader te zijn. Er zat altijd een moralistische en opvoedende toon in zijn acties en in zijn speeches. Ik denk dat die toon heel erg nodig is geweest in onze stad, die zo gericht is op economie, en op groei, en op bouwen en op de mouwen moeten opstropen. In die stad zitten mensen die zich geen onderdeel voelen van de gemeenschap. Daar heeft hij echt aan gewerkt.
Aboutaleb is liefhebber van poëzie en mooie woorden, maar de woorden die van hem blijven hangen zijn: ‘rot toch op. Een hilarisch zinnetje, vind ik. Omdat die zin echt uit z'n tenen kwam. En eigenlijk zo haaks staat op zijn persoonlijkheid. Aboutaleb was namelijk een zeer erudiete, gewetensvolle bestuurder. Er is hier onlangs een anti-drugscampagne geweest. Met harde woorden: ‘Als je drugs gebruikt ben je medeschuldig aan criminaliteit’. Nou, dat ben je toch ook? Dat vind ik wel. Alsjeblieft zeg, mogen mensen een keer bewust worden gemaakt? Nee, zo'n toon aanslaan gaat niet te ver.
Na de aanslag op Charlie Hebdo zei Aboutaleb ook: “Nous sommes tous Parisiens,” we zijn allemaal Parijzenaren. Ik wilde later dat hij ook eens zou zeggen: “We zijn allemaal vrouwen.” Want wij konden op dat moment niet veilig over straat lopen. Maar er is sindsdien iets veranderd in de stad, merk ik. Deze stad werd de eerste met een app waarmee je heel makkelijk straatintimidatie kon melden. Het is nu strafbaar om op straat te intimideren. En ik weet dat het heel moeilijk is om dat te handhaven, maar het gaat me ook om de signaalfunctie. Wat mooi is: Aboutaleb was hier een ijzersterke spreker. Dat je op de 4 mei-herdenking in Rotterdam ook de vrijheid neemt om Gaza te benoemen, nou. Er zijn heel wat bestuurders die daar te bescheten voor zijn. Maar hij kon altijd vrijwel uit zijn hoofd improviseren, citeren en bruggen leggen naar actuele situaties. Dat was gewoon weergaloos.’
'Wat hij goed deed: het wegsturen van die Turkse minister. Dan heb je ballen, en dat is precies wat Rotterdam nodig had: een burgervader met ballen'
Benvenido van Schaik is raadslid Leefbaar Rotterdam. Die partij zag het eerst helemaal niet in Aboutaleb zitten. En nu? Nu heeft hij het over ‘een burgervader met ballen’.
‘In het begin was ik sceptisch. Dat was de hele partij. Vanwege de snelheid waarmee zijn carrière toen ging. Was dit wel een goede burgemeester? Dat vroegen we ons echt af.
Maar ja, dat is dan typisch weer het eigenwijze Rotterdam: we doen hier altijd dingen die men niet verwacht. Dat sceptische is verdwenen hoor, door de jaren heen. Aboutaleb was al snel op z'n sterkst met dat ‘rot toch op’. Dat zei hij na de aanslag in Parijs in 2015. “Als je het niet ziet zitten dat humoristen een krantje maken, mag ik het zo zeggen: rot toch op!” Dat is wat hij zei. Dat was echt zijn hoogtepunt.
Nog iets wat hij goed deed: het wegsturen van de Turkse minister die naar Rotterdam kwam, in 2017, om een toespraak over het Turkse grondwetreferendum te houden. Dan heb je ballen, en dat is precies wat Rotterdam nodig had: een burgervader met ballen. Ook zijn optreden na de rellen op de Beijerlandselaan in 2021, in coronatijd: dat was het optreden van een daadkrachtige burgemeester. Hij zei: “En? Goed gevoel dat je je eigen stad vernield hebt?” Kijk, wij in de politiek krijgen van alles over ons uitgestort, maar dit was gewoon hartstikke sterk.
Ik heb zelf gedoe gehad, ook met de burgemeester, omdat ik mijn middelvinger op een foto opstak naar klimaatgekkies die ons vliegveld willen sluiten. Ik vind gewoon: we mogen best wel een keer boos terugdoen. En zeggen: tot hier en niet verder. En dat deed Aboutaleb op die momenten zelf ook. De laatste jaren werd hij helaas weer een beetje tammer. Hij was natuurlijk afkomstig van de PvdA, maar ik heb hem nooit kunnen betrappen op het voortrekken van die partij. Hij is altijd neutraal gebleven. En als dat niet zo was geweest, dan was ie bij Leefbaar Rotterdam zeker door de gehaktmolen gegaan. Heeft hij hard gewerkt? Ik heb de burgemeester grijs zien worden, dus dat zal wel. En dat is ook logisch. Want een burgemeester moet 168 uur per week bereikbaar zijn.’
De uit Somalië gevluchte Ahmed Abdillahi is postbode in Rotterdam en zeer actief in bewonersgroepen. Hij zag Aboutaleb niet als zijn burgemeester.
‘Eerlijk? Van mij krijgt hij het rapportcijfer 6. Dat is niet heel hoog, nee. Dat heeft voor mij echt te maken met hoe Aboutaleb van de Partij van de Arbeid is, maar toch meer een Leefbaar Rotterdam-bestuurder werd. Ik bedoel: repressie en gentrificatie zijn sterk toegenomen hier, in zijn tijd. Hij zegt in de media dat hij zich sterk maakt voor kwetsbare wijken. En hij heeft ook een tijd een keer per week in de Tarwewijk gezeten. Maar ja, in zijn tijd als burgemeester zijn er ook heel veel buurthuizen gesloten.
Of hij daar concreet wat aan kon doen, is een goede vraag natuurlijk. Ik denk het eerlijk gezegd niet. Maar tegelijkertijd had hij zich er wél wat sterker voor kunnen maken. Dat verbindende? Lang verhaal kort: ik heb hem niet gezien als mijn burgemeester. En ik weet dat heel veel mensen juist weg van hem zijn. En dat zij hem een goed burgemeester vonden. Maar er is een neo-liberaal beleid gevoerd, hier. De kloof tussen arm en rijk is in zijn tijd echt heel erg toegenomen. De ene na de andere straat wordt hier in mijn wijk in Rotterdam-Zuid gesloopt, en daarvoor in de plaats komen altijd weer duurdere woningen. Je ziet de wijken hier gigantisch veranderen. Ik heb helemaal niet het idee dat onze burgemeester voor Rotterdam-Zuid is opgekomen. Terwijl hij dat zelf wel zegt.
Maar dit deel van de stad is gewoon radicaal veranderd. En niet gunstig veranderd, voor zoveel bewoners. Veel mensen zijn vertrokken. Ik ken zoveel jongvolwassenen die weg zijn. Die zeggen: ik ben verhuisd naar Maassluis, naar Spijkenisse. Want in Rotterdam was wonen niet mogelijk. In de tijd van Aboutaleb is Rotterdam voor heel veel mensen onbetaalbaar geworden. Dan kun je wel zeggen dat hij ook daar weinig aan kon doen, maar hij had zich daar best wel wat sterker voor kunnen maken. Die harde uitspraken tegen jongeren na de avondklokrellen, zoals dat ‘ben je nou trots op jezelf’… Ik woon daar vlakbij, ik heb veel mensen gesproken die vonden dat hij dat best anders had kunnen zeggen. Over Aboutaleb wordt in Rotterdam gezegd dat hij niet tegen kritiek kan. En we kúnnen hem niet alles aanrekenen. Maar er is hier een verdringing gaande waar je echt u tegen zegt. Rotterdam is straks niet meer toegankelijk voor iedereen. En dat is in zijn tijd echt gebeurd. We rekenen het hem niet aan, maar dit heeft wel plaatsgevonden.’
'Ik heb hem ooit een keer een paar maanden niet gezien. Toen kwam ik hem opeens weer tegen. De burgemeester zei: 'Ik heb je gemist, is er iets?' Dat vond ik zó prettig'
Rahma Hulsman, directeur van de Islamitische voedselbank, zag de Islam terug in de manier waarop Aboutaleb burgemeester was. ‘Dit is wat ons geloof ons voorschrijft.’
‘Ik kan alleen maar positief zijn. Echt. Toen ik in Delfshaven woonde ben ik met Aboutaleb een ronde door de wijk gaan lopen. Op die manier bekeken we de problemen en de knelpunten daar. Hij wist alles al, maar hij wilde het zien en de bewoners zelf spreken. De burgemeester wilde kijken wat er nu precies aan de hand was. Maar hij wist ook zelf veel te vertellen.
Nou, de meeste problemen had hij daarna binnen twee weken aangepakt en opgelost. Drugspanden gingen dicht, er stond opeens een camera op straat, de drugsoverlast werd bestreden. Daar waren wij als bewoners dus al maanden mee bezig, maar na dat bezoek veranderde er opeens veel. En snel. De burgemeester had absoluut het beste voor met de mensen. Hij had ook oog voor individuele problemen. Je kon hem gewoon altijd bereiken in noodgevallen. Hij gaf gewoon zijn kaartje. Nee, ik heb hem niet gebeld, hoor. Maar ik kwam hem regelmatig tegen op bijeenkomsten. Dan voerden we gesprekken. En hij kwam bij ons in de moskee. Daar was hij ook toegankelijk.
Ik heb hem ooit een keer een paar maanden niet gezien. Toen kwam ik hem opeens weer tegen. De burgemeester zei: “Ik heb je gemist, is er iets?” Dat vond ik zó prettig. Daarna bleef het contact dan ook goed. We hadden fijne een-op-een gesprekken. En altijd bleef hij meedenken. De verbinding die hij wist te creëren in deze stad, daar zie je de islam echt in terug. Goed zijn voor je buren, wat het geloof ons voorschrijft, dat zag je echt terug in hoe hij de dingen aanpakte. Dat wilde hij met elkaar doen. Gezamenlijk. Maar hij kon ook op zijn strepen staan, hoor. En hij maakte geen onderscheid. Ook als de moslimgemeenschap problemen maakte was hij streng. Hij maakte geen onderscheid omdat het in dat geval Marokkanen of wat dan ook waren. Iedereen moest gehoorzamen. Het maakte de burgemeester niet uit wat je achtergrond was. Als burgemeester stond hij voor iedereen. En hij trok niet voor. Hij spoorde multiculturele jongeren juist aan om nog harder hun best te doen. De burgemeester was een voorstander van gelijke kansen. Daar hoorden ook gelijke verplichtingen bij.’
Eveline van Wanrooij is stadsgids en landelijk bekend als sociaal actieve Rotterdammer. Volgens haar sprak de gewezen burgemeester precies op de manier waarop Marokkanen opvoeden.
‘Ik heb een hele leuke band met de burgemeester. Zo leuk, dat ik hoop dat ik nog persoonlijk afscheid van hem zou willen nemen. Want ik ga hem heel erg missen. Omdat hij als burgemeester echt oprecht betrokken was bij de gewone mens. Wij hadden hier de avondklokrellen. De volgende dag gaf hij zo'n geweldige speech in de camera. Dat deed hij heel erg op z'n Marokkaans. Die zin, ‘ben je nou trots op jezelf’: dat is precies hoe Marokkanen hun kinderen opvoeden. Dat weet ik van dichtbij.
Zelfs mijn ex, die Marokkaans is, de vader van mijn kind, zei: “Dat doet hij goed, zeg.” Dat vond ik knap. Maar bij zoiets als een Stuurgroep Veiligheid kon hij ook het woord nemen en zeggen: laten we nou eens heel even kijken naar de mensen van wie jullie last hebben. Denk nou eens na. Je bent een jongen, je bent zestien, je wil met je vrienden leuke dingen doen, maar je deelt je kamer met je zusje. Dan ga je dus op straat hangen. Dus, zei Aboutaleb: “Probeer daar ook een beetje begrip voor te hebben.” Dat was zo goed. Dat hij ook vanuit de andere kant durfde te kijken. Terwijl dat gaat over groepen in de stad die iedereen eigenlijk vervelend vindt.
Aboutaleb liet ook dan een menselijke kant zien. Dat kon hij fenomenaal goed. En dat heb ik nog bij geen enkele andere bestuurder gezien. Aboutaleb moet wel een van de meest intelligente bestuurders van ons land zijn. Wat ik hem zou willen vragen? Kijk, de burgemeester is heel erg fan van ons werk in de singel. Wij houden met een hele groep de singel in onze buurt in Rotterdam-Zuid schoon. Het is al een paar keer gebeurd dat de burgemeester mij helemaal de hemel in prijst, bijvoorbeeld als we allebei in een bijeenkomst zitten. Dan zitten er honderd man in de zaal, hè? Dat vind ik toch zo verschrikkelijk tof, maar ook veel te veel eer. Wat ik hem wil vragen is dus: komt u een keer helpen? Ik denk niet dat hij komt hoor. Het is ook echt goor werk, ik zou het hem bijna willen afraden. Maar ik hoop dat we nog een hoop van hem horen.’
Partygoeroe Ted Langenbach zag Rotterdam steeds saaier worden, maar lag dat aan Aboutaleb? Hij vond de burgervader niet echt een visionair.
‘Laten we beginnen met een rapportcijfer. Ik geef burgemeester Aboutaleb een dikke zeven. Of nee, misschien wel een 7,5. Ja, doe dat maar. Want ik vond het een menselijke burgemeester. Een vriendelijke en empathische man. Inderdaad: hij was er niet altijd voor de nacht. Zo mocht de Dance Parade niet langer doorgaan. Daar kon geen hek omheen. Ik vond: had een beter publiek proberen te trekken. Dan hadden we helemaal geen veiligheidsprobleem gehad. Maar dat lag meer aan de organisatie dan aan de burgemeester.
Op het laatst werd er op de Dance Parade hardcore gedraaid. Daar kwamen hooligans op af. Dat werd als een te groot risico beschouwd. Er komen sindsdien nog steeds zoveel mensen naar me toe met de vraag: Ted, hoe zit dat nou in Rotterdam? Waarom wordt dat uitgaansleven niet beter? Deze stad heeft wat uitgaan betreft jarenlang in een depressie gezeten. We hadden hier altijd Jules Deelder, als nachtburgemeester. Niet dat Jules iets kon betekenen, maar hij was wel een icoon. Maar ja, Rotterdam heeft Jules niet meer en die rol is eigenlijk nooit overgenomen. Nee, ook niet door Aboutaleb. Die was er niet voor de nacht.
Hij was nou niet echt een visionair die kon zeggen: we gaan deze stad op de kaart zetten met ons uitgaansleven en ons cultuuraanbod. Veiligheid, dat was voor hem belangrijk. Overal moesten hekken omheen. En dan eigen beveiliging erbij. Ik zag dat we in de Time Out op nummer 7 in de top 10 van uitgaanssteden wereldwijd staan. Nou, dat is dan een beetje een dubieuze lijst... Ik heb dan ook een paar keer met hem afgesproken, en dan legde hij uit wat zijn belangen waren. Hij moest gewoon extra agenten halen uit Den Haag om het aan te kunnen. Die afweging snapte ik wel. Ik vond hem streng en rechtvaardig, al stond hij niet voor de nacht en niet voor de dance. Zeker in het begin niet.’ Schaterend: ‘Ik ben mild, hè? Rotterdam is de laatste jaren wel een saaie stad geweest. Maar of dat nou alleen met Aboutaleb te maken heeft... Het is een mondiaal beeld dat het uitgaansleven verzakelijkt. En dat creativiteit uit steden verdwijnt. Maar, ach: iets verderop in Amsterdam heb je het Amsterdam Dance Event, maar als dat weer afgelopen is, dan blijft daar ook niet zoveel over.’
Theo Coşkun is fractievoorzitter van de Rotterdamse SP. Over Aboutalebs beroemdste uitspraak: ‘Ik vond toen: dat kun je niet zeggen, tegen onze etterbakken.’
‘Je kunt wel benoemd worden, maar dan ben je nog geen burgemeester van Rotterdam in de harten en hoofden van mensen. Rotterdammers moet je veroveren. Daar moest Bram Peper voor zorgen, daar moest Ivo Opstelten voor zorgen en daar heeft Aboutaleb ook voor kunnen zorgen. Door op de juiste momenten goed te reageren.
'Hij heeft de harten van de Rotterdammers veroverd. Van de grote meerderheid dan. Dat is knap'
Aboutaleb heeft een paar van die momenten meegemaakt. Hij was zichtbaar en bereikbaar. Dat is hem altijd gelukt. Ik was het niet altijd met hem eens, hoor. Hij zei: ‘als het je niet bevalt, dan rot je maar op’. Ik vond: dat kun je niet zeggen, dit zijn gewoon jouw Rotterdamse jongens en meisjes tegen wie je praat. Onze etterbakken. Daar moeten wij iets mee en daar moeten we niet de rest van de wereld mee opzadelen. Daar hadden we een politiek meningsverschil over. Maar dat hij zei: 'Je suis Charlie', dat was wel heel mooi. Dat vond ik echt. De burgemeester beleefde hier een ingewikkeld begin. Er werd de hele tijd op zijn Marokkaanse nationaliteit gehamerd. En dan was hij ook nog werkzaam in Amsterdam geweest. Het ging in de raad over ‘020’, heel flauw. Het stomme is uiteindelijk: de burgemeester is hier eigenlijk nergens voor verantwoordelijk, behalve voor veiligheid. In de rest van de wereld wordt iemand ook gewoon gekozen. Van een politieke figuur weet je wat je krijgt. Dat is hier niet zo.
Maar hij heeft meer macht naar zich toegetrokken. Een burgemeester kan net zoveel doen als de ruimte die een college en de gemeenteraad hem toestaat. En die ruimte is hem in Rotterdam gegund. Sommige wethouders hebben zich te veel achter zijn rug verscholen. En naar zaken gekeken met een veiligheidsbril op. Ik dacht: zet die eens af. Maar: hij heeft de harten van de Rotterdammers veroverd. Van de grote meerderheid, dan. Dat is knap. Zonder dat houd je het hier geen vijftien jaar vol zoals hij heeft gedaan. Aboutaleb heeft het netjes gedaan. En nu maar zien wat hij gaat doen. Ik dacht altijd: hij doet twee termijnen, daarna krijgt hij een hoge functie in Europa. Maar die is er nooit gekomen. Ik denk eerlijk gezegd dat hij naar Genève gaat. Iets doen bij de Verenigde Naties.’
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- ANP, NL Beeld