Premium

‘Ik ben een soldaat’

De loopbaan van Hesdy Gerges hangt van extremen aan elkaar. Zijn debuut in de K-1 tegen Sem Schilt, de trap van Badr Hari tegen zijn nek terwijl hij op de grond ligt... en een week later een inval in een verlaten loods in Antwerpen waarbij 128 kilo coke wordt gevonden.

Hesdy Gerges

Gerges is een van de zes Nederlanders die gezocht werden, twee zijn later geliquideerd. Een voorpublicatie van zijn biografie Fighterheart. ‘Ik deinsde voor niemand terug, nooit, voor niks.’

Kickboksers die wedstrijden willen gaan vechten, moeten beginnen als Nieuwelingen. Heb je drie wedstrijden gevochten, dan kun je doorstromen naar de C-klasse en daarna komt de B-klasse. Steeds moet je een aantal gevechten hebben gewonnen om naar een hoger niveau te kunnen. De A-klasse is het hoogste niveau en degenen die het daarin tegen elkaar opnemen zijn als regel professionals voor wie het wedstrijdvechten hun bron van inkomsten is.

Nederland heeft de afgelopen decennia maar liefst dertien verschillende bonden gekend die elk hun eigen wedstrijden en dus ook hun eigen (wereld)kampioenen hadden. Sommige bonden waren klein. Als voor vechters geen goede tegenstanders meer te vinden waren, konden ze voor incidentele wedstrijden overstappen naar andere bonden. De resultaten van die wedstrijden werden dan genoteerd door de betreffende bond, maar vechters beschikten over verschillende wedstrijdboekjes, van elke bond één. Onoverzichtelijke wildgroei was het resultaat, met als belangrijkste risico dat gretige vechters te snel weer een volgende wedstrijd aannamen en daarbij letsel veronachtzaamden.

Beren op de weg

De professionele loopbaan van Hesdy Gerges begint als hij in 2003 A-vechter wordt. In die periode rijgen zich de Nederlandse successen aaneen bij de fameuze K-1-wedstrijden in Japan. Branko Cikatic, een vechter van het Amsterdamse Chakuriki, wint het toernooi als eerste in 1993. In de jaargangen die volgen worden Peter Aerts (1994, 1995 en 1998), Ernesto Hoost (1997, 1999, 2000 en 2002), Remy Bonjasky (2003, 2004 en 2008) en Semmy Schilt (2005, 2006, 2007 en 2009) elk meerdere keren kampioen en Alistair Overeem wint het toernooi in 2010. Daarna krijgt de Japanse organisator Kazuyoshi Ishii financiële problemen en wordt hij aangeklaagd voor het ontduiken van belasting. Het toernooi verdwijnt uit het land, waar de belangstelling is teruggelopen mede doordat er steeds maar geen Japanse vertegenwoordigers doorbreken.

Met Chakuriki-trainer Thom Harinck.

De K-1-formule wordt overgenomen door de Nederlander Simon Rutz, die in 1999 start met het organiseren van grote kickboksgala’s onder de naam It’s Showtime. De eerste gala’s vinden plaats in Haarlem en in 2003, 2004 en 2005 worden er drie georganiseerd in de Amsterdam Arena. Daarna volgen gala’s in diverse andere Nederlandse en Europese steden tot Rutz in 2012 stopt en zijn onderneming verkoopt aan de organisatie Glory, onder leiding van de Fransman Pierre Andurand. Glory is momenteel de belangrijkste organisatie die internationale kickbokswedstrijden organiseert en laat uitzenden. Daarnaast vinden er in Nederland elke week kleinere gala’s plaats. Jaarlijks zijn dat er meer dan tweehonderd. Vechten in K-1-wedstrijden is het doel dat Hesdy zichzelf stelt, maar dat is niet zomaar te verwezenlijken. Er zijn beren op de weg. Uiteraard worden de tegenstanders beter naarmate de top dichterbij komt, maar in het systeem van matchmaking zoals dat bij kickboksen wordt gehanteerd, kunnen ook andere zaken een rol spelen. Dit systeem is niet volledig transparant, in de zin dat puur winst of verlies bepaalt wie stijgt of daalt en uiteindelijk de kampioen mag uitdagen. Bovendien kennen vechtsporten als kickboksen een jury die tijdens de wedstrijden bijhoudt hoeveel punten er worden gescoord. Aan de hand daarvan bepaalt men wie uiteindelijk wint of verliest. Het komt regelmatig voor dat gevechten door de jury anders worden beoordeeld dan het publiek verwacht. Ook in de loopbaan van Hesdy zijn meerdere voorbeelden aan te wijzen van gevechten die vermoedelijk een andere winnaar verdienden.

Een volgend obstakel naar een plaats in een K-1-wedstrijd heeft te maken met botsende karakters. De wereld van het kickboksen kent mannen met grote ego’s, die elkaar dwarszitten.

It’s all in the game

Hesdy vecht aanvankelijk op gala’s in diverse Nederlandse steden. Naast Amsterdam, dat het leeuwendeel krijgt, zijn er gala’s in Tilburg, Utrecht en Rotterdam. Vaak zijn dat dus een soort thuiswedstrijden en kunnen vrienden en bekenden hem komen aanmoedigen. Omdat hij vaak wint, krijgt hij de naam een goede vechter te zijn en groeit zijn aanhang. Hesdy ‘verkoopt veel kaarten’.

Ik heb mezelf altijd moeten bewijzen. Ik had al veel eerder in It’s Showtime moeten staan met mijn staat van dienst. Ik won alles

In 2007 wordt Hesdy voor de eerste keer Nederlands kampioen. Hij vecht in Het Zonnehuis in Amsterdam-Noord een viermanstoernooi. De eerste partij tegen Mo Boubkari wint hij op punten. De tweede partij, die dus om de titel gaat, wint Hesdy van Bob van Boxmeer door een knock-out in de eerste ronde. Hesdy boekt successen, maar er zijn ook een paar verliespartijen en hij maakt kennis met de fysieke gevaren van de vechtsport. In december 2007 vecht hij op gala The Chosen Ones in Utrecht tegen de getalenteerde Ginty Vrede. In de eerste ronde gaat Hesdy knock-out en verliest zo de wedstrijd. Ruim een maand later komt Vrede naar de training van Pancration en vraagt of hij mag meedoen. Er wordt, zoals gebruikelijk, hard gespard en Vrede komt ook twee keer tegenover Hesdy te staan. Het gaat er zeer hard aan toe, herinnert zich ook Thom Harinck, die de beide vechters vermaant en erop wijst dat het om een training gaat. Dan steekt Vrede zijn hand op en zegt dat hij zich niet goed voelt. Hij zakt in elkaar. De aanwezigen proberen hem te reanimeren, maar onderweg naar het ziekenhuis overlijdt hij. Hesdy wil graag revanche voor zijn verliespartij, maar uiteraard was dit niet de bedoeling. Later blijkt dat Vrede lang niet had geslapen en allerminst fit aan de training begon. Ter nagedachtenis aan deze schokkende gebeurtenis heeft Hesdy een tattoo laten zetten met de tekst: ‘It’s all in the game.

Waar ben ik aan begonnen?

2009 is een bijzonder jaar omdat er in korte tijd veel gebeurt. Op 8 maart wint Hesdy een wedstrijd tegen Brian Douwes op het gala Beatdown in Amsterdam. Twee weken later, op 21 maart 2009 neemt hij deel aan een toernooi in het Duitse Neuss. Acht zwaargewichten nemen het in een afvalsysteem tegen elkaar op, zodat aan het eind van zeven wedstrijden één vechter zich de kampioen mag noemen. Deze toernooiopzet, met alle wedstrijden op één avond, wordt ook gehanteerd in de laatste fase van de K-1 in Japan. Hesdy wint twee partijen achter elkaar tegen Kevin Klinger en Aytac Yahsi. De slotpartij tegen Anderson Silva verliest hij, omdat hij moet opgeven vanwege een enkelblessure. Silva is overigens ook een Chakuriki-vechter, wat betekent dat Thom Harinck moet kiezen voor een van beide vechters. Dat doet hij niet, hij laat het coachen over aan anderen.

Niet meer dan een week later vliegt Hesdy halsoverkop naar Japan voor een wedstrijd op 28 maart tegen Semmy Schilt, een onverwacht eerste avontuur in de K-1. In Yokohama dient zich een unieke gelegenheid aan om zich te profileren doordat de beoogde tegenstander van Semmy Schilt uitvalt en er een gat in de line-up is ontstaan dat moet worden opgevuld. Harinck is ter plekke omdat hij Peter Aerts begeleidt. Hij ziet een mogelijkheid zijn jonge vechter naar voren te schuiven en de Japanse organisatie gaat op dat aanbod in. Hesdy is groot, twee meter lang, en weegt 103 kilo, maar Sem Schilt is 2,12 meter, weegt 128 kilo en is op dat moment drievoudig K-1-kampioen. ‘Ik was een beetje voor mezelf aan het trainen, want Thom was met Peter in Japan. Toen kwam de man die achter de bar staat bij Chakuriki met de telefoon van de sportschool: “Ik heb Thom voor je aan de lijn.” Die zegt: “Luister, ik zit hier met de promotor van de K-1. Ze willen een zwaargewicht voor Sem Schilt.” Sem was toen al drie keer K-1-kampioen en ik kwam net kijken. Thom zei: “Ze vragen om een zwaargewicht. Je krijgt dat en dat bedrag. Als je het wil, dit is je kans en geloof me, je kunt dit.” Ik dacht, wow, Sem Schilt, daar ben ik nog lang niet aan toe. Ik zei meteen: “Dat is goed, we gaan het gewoon doen.”

Die avond vloog ik meteen naar Japan, samen met mijn neef Ashraf. [...] Ik kwam te laat voor de persconferentie. In het hotel kwamen wat journalisten naar me toe: “Weet je wel wie Sem Schilt is?” Ik deed een beetje lacherig: “Wie is dat dan?” [...] We gingen slapen, maar om 02.00 uur was ik klaarwakker door de jetlag. Ik stond in mijn hotelkamer naar buiten te kijken. Het was echt een hele hoge verdieping, net een droom. Ik stond in Japan en de volgende dag moest ik tegen Sem Schilt vechten. [...] Toen we bij de kleedkamer waren, moest ik even naar het toilet. Dat was om de hoek en ik loop die ruimte in, sta ik in één keer voor een rug met een Golden Glory-teken. Ik kijk omhoog: Sem Schilt. Ik voelde me zo klein, vooral qua staat van dienst.

Hij zegt “oes”, ik zeg “oes” en hij loopt naar buiten. Ik dacht: waar ben ik aan begonnen? Ik ga weer naar de kleedkamer en begin een beetje met opwarmen. Sem sloeg iedereen knock-out, zelfs Ray Sefo, die nog nooit knock-out was gegaan. Dit was een hoofdpartij op K-1, want hij was de kampioen. Dus ik vocht meteen een hoofdpartij. Ik dacht: ik heb niks te verliezen, ik ga alles geven wat ik heb en ik zie wel waar het schip strandt. [...] Ik vocht drie rondes tegen hem, echt beuken. Hij heeft me niet neer gekregen en ik heb echt weerstand geboden. Na de wedstrijd zei hij nog tegen me: “Jij bent de volgende K-1-kampioen.” Dat was mijn doorbraak.’

Fighterheart

Dit soort wedstrijden leidt ertoe dat er over Hesdy wordt gepraat. Hij wordt steeds interessanter voor de top van het circuit en stijgt in een soort virtuele ranking. Omdat de verschillende bonden naast elkaar bestaan, kan niet eenduidig worden vastgesteld wie de beste vechters zijn. Voor degenen die de sport als entertainment aan de man brengen, is het minstens zo belangrijk dat een persoon aandacht trekt en een grote schare fans heeft. Naast de uitkomst in termen van winst of verlies, weegt dus ook mee welke indruk een vechter maakt tijdens wedstrijden. Winst is natuurlijk goed, maar hij kan nog iets toevoegen door spectaculaire technieken te gebruiken of onverzettelijkheid te demonstreren. Dat laatste is Hesdy zonder meer gelukt in de partij tegen Semmy Schilt. Dit is het moment dat Thom hem ‘Fighterheart’ doopt en niet veel later laat Hesdy dat woord met grote letters op zijn rug zetten.

De wedstrijd tegen Semmy Schilt in Japan is niet zonder risico. Een jonge vechter die op een groot podium tegen een zware nederlaag aanloopt, kan een pak slaag krijgen dat hem, nog los van de lichamelijke schade, mentaal terugwerpt. Toch is dat wat Thom Harinck met zijn vechters doet. Dit gevecht is in meerdere opzichten een doorbraak voor Hesdy. Zijn loopbaan lijkt namelijk stil te vallen, doordat hij na zijn overwinningen weinig progressie maakt. Dat is gevolg van het feit dat hij in Nederland niet gevraagd wordt voor partijen op het hoogste podium. In deze jaren zijn dat de gala’s van It’s Showtime.

Hesdy verschijnt niet op het affiche van die gala’s en dat hangt samen met een conflict tussen zijn trainer Thom Harinck en Simon Rutz, de grote man van It’s Showtime. Dit conflict is ontstaan toen Badr Hari door Rutz onder contract werd genomen, terwijl tot dat moment Thom ook als zijn manager fungeerde. Thom zag dat zijn protégé werd weggelokt en verzette zich tegen de nieuwe orde, niet in de laatste plaats omdat hij goed begreep dat zijn verdiensten zouden krimpen. De ruzie werd niet bijgelegd en vanuit de organisatie zijn de banden met Thom doorgeknipt. Vanaf dat moment kwamen er geen Chakuriki-vechters meer op It’s Showtime-gala’s.

Dit conflict speelt Hesdy parten, hoewel hij er zelf buiten staat. Hij was er aanvankelijk niet eens van op de hoogte. Ondertussen worden vechters met grote namen onder contract genomen door een van de twee organisaties van dat moment It’s Showtime en Golden Glory.

Absolute wereldtop

Hesdy merkt wat er gaande is en wordt onder druk gezet. In Japan heeft hij mogen proeven aan het hoogste niveau en dat is hem goed bevallen. Hij wil meer, maar het wordt hem duidelijk dat er obstakels zijn. In Japan komt Simon Rutz naar hem toe. ‘“Als je bij Thom blijft, dan zul je nooit verder komen.” Dat betekende dat ik bij hem moest komen. Ik lachte en liep door.’ Diezelfde boodschap hoort hij vaker en Hesdy merkt dat op hem wordt ingepraat. Mensen hebben de wedstrijd tegen Schilt gezien en weten dat Hesdy potentie heeft, maar er is één probleem: Thom Harinck wil men niet hebben bij It’s Showtime. Het dringt tot Hesdy door wat er speelt, maar de druk ligt niet alleen bij hem. Hij wil grote wedstrijden vechten, maar hij blijft bij Thom. De organisatie wil hem ook op het affiche zetten, want hij blijft winnen en trekt veel aandacht. Hesdy blijft loyaal aan Thom en neemt daarmee een risico. Thom spreekt hem moed in en zegt dat de organisaties vroeg of laat niet aan hem voorbij kunnen gaan. Als hij blijft winnen, zal hij het hoogste podium betreden. Dat is een riskante strategie, maar die blijkt goed uit te pakken

Ik zag er sterk uit, ik was sterk, ik vocht goed en ik had schijt aan iedereen. Dat kunnen ze natuurlijk wel gebruiken

Op 31 mei 2009 vecht Hesdy tegen Mo Boubkari op een gala in Utrecht. Ook deze partij wint hij en zo blijft hij de aandacht trekken. De volgende partij die zich aandient is tegen Ruslan Karaev. Dat is een geduchte tegenstander, want hij behoort op dat moment tot de acht geselecteerden die later dat jaar in Japan gaan uitmaken wie K-1-kampioen zal worden. Op 17 oktober 2009 vindt een gala plaats in de Passengers Terminal aan het IJ in Amsterdam. ‘Wat Gerges hier laat zien, is dat hij thuishoort bij de absolute wereldtop,’ zijn de woorden van commentator Fred Royers. Het is een ontluisterende nederlaag van een van de acht toppers van de K-1 van dat moment. Karaev lijkt zich slecht te hebben voorbereid op deze wedstrijd. Hij heeft geen enkel verweer tegen de low-kicks van Hesdy. Dat doet echter niets af aan de prestatie van Hesdy die ronduit indrukwekkend is.

Er is in de loop der jaren veel gezegd over de effectiviteit van vechtstijlen. Steevast wordt dan gewezen op de lowkicks van wat men ‘de Nederlandse school’ noemt. Hesdy is een goed voorbeeld van een vechter die van deze specifieke techniek een doelmatig wapen heeft gemaakt. Bij Chakuriki werd daar eindeloos op geoefend. Dan werd niet per se de techniek geperfectioneerd, maar door de voortdurende herhaling werd de beweging ingeslepen. Dit laatste heet kenmerkend te zijn voor Chakuriki. Bij de concurrerende gyms van Mejiro en Vos werd meer op de details gelet.

Crimineel circuit

De onverzettelijkheid die Hesdy met deze stijl weet te demonstreren is goed zichtbaar in zijn wedstrijd tegen Ruslan Karaev. De tegenstander zoekt het gevecht en deelt de eerste stoten uit, maar steeds komt er een overname van Hesdy die wordt afgesloten met een keiharde rechter low-kick. Niet alleen in de wereld van de vechtsport oogst hij hiervoor lof, ook in het criminele circuit wordt het geregistreerd. ‘Ik zag er sterk uit, ik was sterk, ik vocht goed en ik had schijt aan iedereen. Ik deinsde voor niemand terug, nooit, voor niks. Dat kunnen ze natuurlijk wel gebruiken. Soldaten zijn dat. Ik zie mezelf als een soldaat. Ik voelde dat ook zo, ik voelde mezelf ook sterk en iemand die niet terugdeinst. [...] Dat geeft ook een gevoel van erkenning, op die leeftijd wel. Dan vind je het toch wel interessant. Je wordt meegenomen naar bepaalde clubs, dingetjes, vip-tafels. Het is een soort bijkomstigheid voor je staat van dienst en dat voelt ook als een soort beloning. [...] Ze willen graag met mij zijn, dat gevoel kreeg ik een beetje, als je wint dan willen ze toch graag vrienden met je zijn. Ze wilden gewoon met mij gezien worden. Dat ik een soort kracht, een soort power uitstraal. Ik was iemand die op dat moment zo in de belangstelling stond door zo’n groot gevecht. Wie er dan aan je zijde staat, dan is die kracht ook voor hem.’

(c) Iris Tasseron

De gewonnen wedstrijd tegen Karaev doet veel stof opwaaien. Twee maanden later, op 12 december 2009, staat Hesdy in Keulen in de ring tegenover de Belg Sebastian Van Thielen. Nu herhaalt zich wat Karaev overkwam. Opnieuw komt een tegenstander op hem af die niet een plan heeft waarmee hij zich kan wapenen tegen de lowkicks van Hesdy. Dit keer gaat het nog sneller. In de eerste ronde krijgt de Belg al twee keer acht tellen en na twintig seconden in de tweede ronde wordt vanuit zijn hoek de handdoek geworpen. Weer een zeer overtuigende overwinning en er is publiek dat die zege met een bijzondere belangstelling gadeslaat.

Badr

De inschatting van Thom blijkt juist en de loyaliteit van Hesdy betaalt zich uit. Hij komt op het affiche van It’s Showtime en maakt zijn debuut voor deze organisatie op 13 maart 2009 in Milaan tegen de Fransman Brice Guidon. De partij wordt na een extra ronde met klein verschil gewonnen door de Fransman, die op de been kan blijven en zelf scoort met directe stoten. Hij houdt de afstand tot Hesdy groot, zodat die zijn gevaarlijke lowkicks lastiger kan plaatsen.

Op 29 mei 2010 vindt de volgende partij plaats. Dit keer zet It’s Showtime hem tegenover Badr Hari, die op dat moment in grote vorm verkeert en in mei 2009 zelfs Semmy Schilt in minder dan één minuut knock-out sloeg. Op papier lijkt Hesdy weinig kans te maken, maar hij mag het proberen en de winnaar mag zich kampioen noemen. Zijn tegenstander gaat furieus van start, zoals hij dat steeds doet. Het is dus zaak dat Hesdy de eerste ronde overleeft om daarna zijn eigen wedstrijd te gaan vechten. Hij moet de nodige treffers incasseren, maar doet dat zonder werkelijk in gevaar te komen. Het lukt overeind te blijven en in de tweede ronde zakt Badr weg. Hesdy komt er echter niet aan toe om de wedstrijd te laten kantelen, want voordat het zover is glijdt hij uit. Als hij probeert op te staan, krijgt hij een harde trap in zijn nek. Hesdy wil overeind komen en verder vechten, maar het hoeft niet meer. Diskwalificatie voor Hari volgt meteen en de Amsterdam Arena bestraft de verliezer met een fluitconcert dat minutenlang aanhoudt.

Hesdy Gerges komt in mei 2010 als winnaar uit de strijd tegen Badr Hari.

‘Toen won ik de wereldtitel en moesten ze me erkennen. Dat had Simon Rutz nooit gewild. Ik weet zeker dat hij dat niet wou, maar het gebeurde toch. Toen waren we door en toen kwam de K-1. [...] Ik heb altijd echt moeten vechten en mezelf moeten bewijzen. Alle vechters op dat niveau hebben zichzelf moeten bewijzen, maar ik heb soms wel het idee dat andere jongens er wel wat makkelijker kwamen dan ik. Ik had al veel eerder in It’s Showtime moeten staan met mijn staat van dienst. Ik won alles.’ 

Fighterheart, Frank van Gemert, Just Publishers, €20,00.

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Sport
  • ANP, HH, Getty Images