Revu ging op zoek naar Trump-fanaten in een aantal Amerikaanse staten die bekendstaan als Republikeinse bolwerken.
Opzwepende countrymuziek knalt uit de speakers. Om ons heen druppelen mensen de zaal binnen. Overal zijn rode petjes met de vier kenmerkende letters: MAGA. Dezelfde kreet staat volledig uitgeschreven op grote posters aan weerszijden van het podium: Make America Great Again. Een man naast me stelt zich voor als Mike uit Omaha, Nebraska. Meteen begint deze doodgewone vader te vertellen: nooit was hij politiek actief, het deed hem allemaal niet zoveel. Maar afgelopen maanden is er iets veranderd. ‘De Verenigde Staten lopen het risico af te glijden naar een socialistisch regime,’ vertrouwt hij me toe.
‘We zien dat de Democratische Partij praktisch is overgenomen door mensen die zelfs communistische ideeën hebben. Daarom weet ik dat de verkiezingen deze keer om het behoud van het vrije Amerika draaien.’
De rest van zijn betoog valt weg door plotseling applaus. De eerste spreker komt het podium op: een plaatselijke pastoor geeft een preek, waarna hij voorgaat in gebed. De volgende spreker, een lokale politicus, begint over de manier waarop de economie van Iowa en buurstaat Nebraska werd gestimuleerd in de afgelopen jaren – vooral het fabriekswerk. En daarbij heeft hij het dan over de periode voordat het coronavirus toesloeg. Het klopt: fabriekswerk in Iowa – de productie die loopt van ruimtevaartonderdelen tot boerengereedschap – is nadat het begon in te zakken in de laatste Obama-jaren weer volop gegroeid. In 2018 werd er voor 35 miljard dollar geproduceerd. Maar uit de statistieken wordt ook duidelijk dat het niet snel meer zal worden wat het in de hoogtijdagen eind jaren 90 was.
Na de lokale politicus verschijnt onder luid gejoel vicepresident Mike Pence van achter de coulissen. Met een luchtige tred komt hij het podium op. ‘Als je een stoel hebt, pak die er dan bij, want ik heb een hoop te zeggen.’ In ruim een half uur somt Pence op wat volgens hem de verdiensten zijn van de Trump-regering: voortzetting van economische groei voordat corona toesloeg, het benoemen van conservatieve rechters in het hooggerechtshof en op ruim tweehonderd kleinere federale posities en uitbreiding van het defensiebudget. En dan dat wat hier in de Biblebelt veel impact heeft, gebracht in de hyperbool die we intussen van deze regering gewend zijn: ‘President Trump is de meest pro-life-president uit de Amerikaanse geschiedenis.’
Een noodzakelijk kwaad
Geloof, wapens en abortus. Het komt allemaal aan bod tijdens deze rally in het conservatieve hartland. Hier is Pence op zijn gemak – zelf komt hij uit de diepreligieuze staat Indiana in hetzelfde Midden-Westen. Voor de Nederlandse buitenstaander is het misschien onbegrijpelijk dat de man van grab ’em by the pussy nog steeds stevige grip heeft op dit deel van het Amerikaanse electoraat. Maar het is waar. Rij een uurtje rond over het uitgestrekte platteland waaruit Nebraska bestaat en je ziet veel voortuinen vol staan met Trump-borden.
Het is de neiging van veel politieke analisten om Trump in te kaderen in een reactie van woede – alsof Trump de middelvinger is die de (veelal witte) fabrieksarbeider in het Midden-Westen opstak naar de Democratische Partij, die hen was ‘vergeten’. Maar dat is helemaal niet het gevoel dat ik krijg wanneer ik hier met mensen spreek. Ja, ze zitten ertussen, de mensen die Hillary Clinton de deplorables noemde – de boze witte laagopgeleide mislukkelingen, vaak openlijk racistisch en volledig ongeremd in hun uitingen. Maar een groot deel van Trumps kiezers zegt kritisch te zijn over diens taalgebruik en Twittergedrag. De samenvatting van praktisch ieder gesprek met een Trump-supporter dat ik in de afgelopen maanden voerde, van Californië tot Nebraska, is: ‘De man zelf vind ik niets, een botte hork en onbeschoft. Maar hij heeft veel voor elkaar gekregen van wat hij beloofde. Zijn beleid helpt ons.’
De Democratische Partij is overgenomen door mensen die communistische ideeën hebben. Daarom draaien de verkiezingen om het behoud van het vrije Amerika
In de Biblebelt vinden velen Trumps gescheld niet fijn en in extreem religieuze kringen zien ze hem eerder als een noodzakelijk kwaad. In mijn thuisstaat Arizona zijn veel Republikeinen boos over de denigrerende wijze waarop Trump sprak over de in 2018 overleden Republikeinse senator John McCain – hij noemde hem een loser omdat hij in Vietnam krijgsgevangen was genomen.
Maar zodra Trump-supporters hun zegje hebben gedaan over zijn harde woorden, komt het al snel op zijn daden. Van abortus tot het Midden-Oosten, van belastingverlaging tot zijn China-beleid, de Trump-supporter is er helder over: hij vindt dat hij werkelijk zijn best gedaan heeft om zijn beloftes waar te maken. En hier in het Midden-Westen komt dat niet alleen doordat hij met Pence de ideale ambassadeur heeft om dit religieuze volksdeel aan te spreken. Nee, het komt vooral doordat hij intussen hun standpunten heeft aangenomen op die thema’s die zo belangrijk zijn hier: geloof, abortus en wapens. Dat was niet vanaf het begin van Trumps regeerperiode zo. Na de moordpartij in Parkland in de staat Florida, waar een 19-jarige met een semi-automatisch geweer veertien leerlingen en drie docenten doodschoot in 2018, pleitte Trump bijvoorbeeld voor strengere wapenwetgeving. Over de machtige wapenlobby NRA zei hij toen: ‘We moeten hen af en toe ook eens bevechten.’ Het was een van die momenten in het begin van zijn presidentschap die opvielen, juist omdat Trump daar tegen de haren instreek van de traditionele Republikeinse waarden.
Trump draaide bij. De belangrijkste verandering in de wapenwetgeving tijdens zijn termijn was het verbod op de bump stock, een aanpassing die een semiautomatisch wapen toch automatisch kan laten schieten – gebruikt door de schutter die in Las Vegas vanuit een hotelraam 59 concertgangers doodschoot. Het was zeer minimaal, de beloofde wetgeving voor strengere controle bij wapenverkoop is verdwenen. En daarmee weet Trump zich verzekerd van de stem van honderdduizenden, zo niet miljoenen vuurwapenfanaten, die iedere inperking van het Tweede Amendement als een misdaad tegen de grondwet zien.
In februari 2017 gaf Trump zijn eerste persconferentie met de Israëlische premier Netanyahu. Onverwachts vroeg hij Israël om terughoudendheid op de Westelijke Jordaanoever. ‘Wat betreft de settlements,’ zei Trump terwijl de camera’s draaiden, ‘misschien kan je daarmee even ophouden? We regelen wel wat.’ De Israël-lobby in de Verenigde Staten hield geschrokken de adem in na die opmerking.
De man zelf vind ik niets, een botte hork en onbeschoft. Maar hij heeft veel voor elkaar gekregen van wat hij beloofde. Zijn beleid helpt ons
Maar een jaar later is dat televisiemoment weggevallen tegen het nieuws dat Trump aankondigde daadwerkelijk de Amerikaanse ambassade naar Jeruzalem te zullen verplaatsen. Het was een belofte die al bij meerdere regeringen in de lucht hing: Barack Obama noemde Jeruzalem de Israëlische hoofdstad; George Bush en Bill Clinton beloofden verplaatsing van de ambassade. Dat dit onder Trump nu werkelijk is gebeurd, is zeer goed gevallen onder zijn supporters.
Net zoals iedere Trump-fanaat die ik afgelopen tijd ontmoette over de normalisatie van diplomatieke relaties tussen Israël en zowel de Verenigde Arabische Emiraten als Bahrein begint. Het zijn belangrijke wapenfeiten waarmee Trump en Pence dan ook graag schermen tijdens hun rally’s.
Het derde belangrijke wapenfeit waarmee Trump zichzelf nog steeds kan verzekeren van een enorm aantal stemmen is zijn standpunt ten opzichte van abortus. In het verleden heeft hij nog wel aangegeven het recht op abortus als een noodzakelijk kwaad te zien, maar ver voor zijn presidentscampagne had hij duidelijk stelling genomen tegen abortus. Pakweg de helft van de Amerikanen is tegen abortus. Voor een groot deel van het electoraat is alleen het verkiezingsthema abortus al genoeg reden nooit op een Democraat te stemmen. Dat de Trump-regering met Amy Coney Barrett ook nog een hoge rechter heeft die fel tegen abortus is, betekent de steun van veel van deze kiezers. Wat kan hen het dan nog schelen dat Trump onaardige tweets verstuurt en denigrerend over vrouwen heeft gesproken? Hij heeft geleverd wat zij in een president zochten. Dit is geen middelvinger naar de Democratische Partij, dit is een ware omhelzing van deze president en zijn beleidskeuzes.
En daarom, om maar even terug te keren naar die rally in Iowa, voelt Pence zich zo op zijn gemak op het podium. Hij weet dat zijn regering tegemoet is gekomen aan de wensen van de meerderheid van de bewoners in deze staten. ‘Ik denk dat de keuze in deze verkiezingen erom draait of Amerika wel Amerika blijft, of we wel doorgaan op een pad van vrijheid, met onze hoogste idealen en meest geliefde waarden,’ zegt hij. ‘Of we laten Joe Biden en de Democratische Partij en het radicale links ons een pad inslaan waar Amerika nog nooit is geweest.’
Nieuwe olieboringen
Een dag rijden naar het zuiden over een langgerekte en doodsaaie snelweg tussen de uitgestrekte maïsvelden van Nebraska en Kansas door, kom ik uiteindelijk aan in Oklahoma City. De frisse uitstraling is opmerkelijk: het centrum staat vol recent gebouwde wolkenkrabbers, op zaterdagavond zitten de terrasjes vol jonge mensen. Vooral de afgelopen tien jaar groeide de stad snel, tot bijna anderhalf miljoen inwoners. Een economie van olie en gas in combinatie met de gevestigde economie van veehouderij in de staat zorgt ervoor dat het optimisme in de lucht hangt hier.
In het lokale hoofdkantoor van de Republikeinse Partij vertelt de 78-jarige Sara Jo Odom graag over haar Republikeinse staat. ‘Alle stemdistricten kleurden bij de verkiezingen van 2016 Republikeins rood,’ zegt ze trots, wijzend op de staatskaart in haar kantoor. Sindsdien heeft de partij volgens Odom veel voor elkaar gekregen.
Vooral ondernemers zijn geholpen, vindt zij, met het verwijderen van red tape (bureaucratie) in de bedrijfssector, zoals in haar eigen wereld van de makelaardij. Ook de veranderingen in de binnenlandse oliemarkt zijn wat betreft Odom zeer belangrijk. ‘Zo is er de opening van onder meer delen van Alaska voor olieboringen, waar dat eerder niet mogelijk was door milieuwetgeving. Daardoor exporteert Amerika nu zelf olie. We hebben jarenlang geld gegeven aan schurkenstaten in het Midden-Oosten. Dat kunnen we nu afschalen.’
Het is niet voor niets dat Trump en de Republikeinse Partij graag de leugen de wereld in proberen te helpen dat Joe Biden volledig tegen fracking (het winnen van schaliegas) is. Door de Democraten te verbinden met nieuwe beperkingen in de oliewereld, proberen ze het electoraat duidelijk op te jutten.
Oklahoma heeft volgens Odom ook totaal geen geduld met vandalisme en plunderingen bij protesten. 25 jaar geleden vond hier de heftigste binnenlandse aanslag in de Amerikaanse geschiedenis plaats toen Timothy McVeigh een federaal overheidsgebouw opblies. Er vielen 163 doden, onder wie veel jonge kinderen in het kinderdagverblijf in het gebouw. Odom trekt een directe parallel met de beweging rond de Black Lives Matter-protesten, waarin zij eenzelfde vernielzucht en cynisme ziet.
Het is nog maar de vraag met welke hedendaagse ideologie die van McVeigh beter te vergelijken is: de Black Lives Matter-beweging of juist de rechtse militiegroepen die zich klaarmaken voor een tweede burgeroorlog na de verkiezingen en zich door Trumps opmerkingen gesterkt voelen. Maar volgens Odom zorgt de herinnering aan de aanslag ervoor dat mensen in deze staat behoefte hebben aan een president die orde en wetshandhaving predikt. De beelden van plunderingen in Portland en Wisconsin zijn daarbij een schrikbeeld om stemmen te winnen. De protesten zijn een onverwachts geschenk geweest voor deze regering. Het regeringsbeleid rond het coronavirus heeft Trump en de zijnen geschaad, dat leidt geen twijfel. Volgens peilingen – wat die ook waard zijn – was ongeveer een op de vijf Republikeinse kiezers niet gelukkig met Trumps virusbeleid. Het interview met de journalist Bob Woodward, waarin Trump zei dat het virus gevaarlijk was terwijl hij het in dezelfde periode publiekelijk een simpele griep noemde, is ook supporters die ik spreek in het verkeerde keelgat geschoten.
Maar door de vernielingen die met de protesten gepaard gingen, kon zijn regering na de eerste schok van het virus de regie weer in handen krijgen. Voor veel Republikeinen zijn de rellen rondom de Black Lives Matter-protesten het symbool voor de ondergang van de Verenigde Staten als de Democraten weer aan de macht komen. De anti-Amerika-retoriek in de beweging, die gepaard gaat met het knielen bij het volkslied en het verbranden van de vlag bij protesten; de patriotten vertrouwen het voor geen meter. Dit sterkt de fanatieke Trump-supporter in hun geloof dat de Verenigde Staten ten onder zullen gaan als Biden wint. Maar het drijft ook een groot deel van de gematigde Republikeinen naar een stem voor Trump in november. De Mike die ik bij de rally in Iowa sprak bijvoorbeeld was serieus woedend dat de Democratische Partij in zijn ogen niet genoeg afstand nam van het radicale deel van de Black Lives Matter-protesten.
Op het kantoor van Sara Odom komt tijdens ons bezoek iemand een Trump/Pence-bord halen voor in haar voortuin, een verzorgde dame van achterin de vijftig. Ze zegt lachend dat ze hoopt dat niemand haar huis afbrandt als dat bord er straks staat, ze is bang voor de demonstraties die ook in deze stad plaatsvinden. Odom instrueert haar: ‘Houd je lichten aan ’s nachts. Haal desnoods wat nepcamera’s, dat werkt. We kunnen niet bang zijn.’
De muur
In Phoenix, in mijn thuisstaat Arizona, tref ik tijdens een Republikeins evenement de 21-jarige Rae’Lee Klein, een studente met lange blonde haren die na haar jeugd in Wyoming naar Arizona is getrokken. Ze is een van de sprekers die dag. Haar toespraak zal gaan over de baan als station manager die ze had bij het radiostation van haar universiteit. Na de dood van Jacob Blake, de zwarte man die in Wisconsin door een politieagent in zijn rug werd geschoten, deelde Klein een artikel van The New York Post op Twitter. Er werd in beschreven dat Blake ten tijde van zijn arrestatie gesignaleerd stond vanwege verkrachting. Volgens Klein werd ze vervolgens onder druk gezet om ontslag te nemen. De universiteit, waarmee ze intussen in een rechtszaak is verwikkeld, stelt juist dat het probleem niet de tweet was, maar het gedrag van Klein na het versturen daarvan. ‘Het is allemaal deel van de cancel culture. Het is een strijd tegen het Eerste Amendement, vrijheid van meningsuiting,’ zegt Klein. Op de universiteitscampus van Phoenix had ze sowieso het gevoel dat ze voorzichtig moest zijn met de conservatieve standpunten die ze gewend was van haar jeugd in Wyoming. ‘Maar,’ voegt ze eraan toe. ‘We moeten ook ophouden verdeeldheid te zaaien, iemand moet de hand reiken naar de andere partij. Dat gepraat over de media als vijanden van het volk, daar moet Trump mee stoppen. Het is net zo goed een manier om mensen het zwijgen op te leggen.’
De beloofde wetgeving voor strengere controle bij wapenverkoop is verdwenen. En daarmee weet Trump zich verzekerd van de stem van miljoenen vuurwapenfanaten
Op dezelfde bijeenkomst in Phoenix spreek ik Abelino Solis, een gezette hispanic van 29 jaar met een MAGA-petje. Solis zegt dat hij het jammer vindt dat mensen er bij hem direct van uitgaan dat hij tegen Trump is, vanwege de kleur van zijn huid. ‘Trump is er juist voor alle mensen. Ik vind het echt jammer dat mensen niet naar mij toe komen om met me te praten, zodat ik hen meer uitleg kan geven.’
Hij noemt de werkloosheid onder hispanics, die historisch laag was eind vorig jaar. ‘Als iemand een racist is, dan zou je dat toch moeten merken aan zijn beleid? Dan zou hij ons hispanics toch hebben moeten benadelen? Maar dat was niet het geval, zowel ons als de zwarte bevolking hielp hij aan werk.’
Zoals de meeste latino’s die Trump steunen, is Solis blij dat de aanleg van de nieuwe stukken grensmuur intussen begonnen is. ‘Nog vier jaar en dan staat die hele muur hopelijk overeind. Ondanks alle tegenwerking is hij daarmee begonnen.’ De motivatie van Solis voor grensbewaking gaat niet in de eerste plaats om migratie of drugs, maar om mensensmokkel.
‘Als vader van twee dochters maak ik me daar immens zorgen om. Ze kunnen meegenomen worden de grens over, waarna ze verdwijnen in de prostitutie.’
Het thema van mensensmokkel is iets waar Trump-supporters vaak over beginnen. Er werd door deze regering recent 35 miljoen dollar vrijgemaakt voor een verzameling projecten om slachtoffers van mensensmokkel te helpen. Daarnaast is een aantal nepnieuwsberichten viraal gegaan op sociale media die het deden lijken of onder Obama amper arrestaties rond mensensmokkel werden verricht en nu onder Trump juist wel.
Onder de paranoïde fringe, de mensen die in de QAnon-complottheorie geloven, is mensensmokkel helemaal belangrijk: volgens hen handelt de mondiale elite immers in jonge kinderen voor hun pedoseksuele neigingen. De combinatie van werkelijke stappen die deze regering ondernam en de leugens en het nepnieuws maken dat de Trump-fan dit speerpunt graag aanhaalt en zich hierdoor gesterkt voelt om weer op hem te stemmen.
Four more years?
In The Washington Post stelt columnist Marc Thiessen jaarlijks een lijst op van de tien beste dingen die Trump volgens hem heeft gedaan. Daarin beschrijft hij bijvoorbeeld de manier waarop Trump de demonstranten in Hongkong steunde in hun strijd tegen China, het onder druk zetten van NAVO-leden om hun beloofde 2 procent te betalen, het bombardement op Syrische militaire doelen na een gifgasaanval van het regime op het eigen volk – waarmee hij de ‘rode lijn’ van Barack Obama ook daadwerkelijk kracht bijzette.
Als iemand racist is, dan zou je dat toch moeten merken aan zijn beleid. Dan zou hij ons Hispanics toch hebben moeten benadelen? Maar Trump hielp ons aan werk
Promises made, promises kept. Beloftes gemaakt, beloftes ingelost. Het is de terugkerende strijdkreet van de Trump-campagne, nu hij niet alleen nog kan bogen op Make America Great Again. Het is opvallend dat de Republikeinse Partij in 2020 helemaal geen nieuw campagne-programma heeft opgesteld. Ze hebben simpelweg het programma uit 2016 opnieuw uitgerold, waarmee ze er helemaal een schijnwerper op hebben gezet. Lang niet alle beloftes uit dat verkiezingsprogramma zijn intussen ingelost: zo was de staatsschuld zelfs voor de coronacrisis al met meerdere duizenden miljarden dollars toegenomen, terwijl deze juist verlaagd zou worden. In sommige gevallen is Trump tegengewerkt door de oppositie, in andere gevallen zoals met de staatsschuld, heeft de regering helemaal geen stappen ondernomen in die richting.
Daarnaast heeft Trump nog veel meer dan in het plan stond beloofd tijdens zijn campagne-rally’s in 2016; beloftes die vaak helemaal niet ingelost werden. Mexico heeft niet betaald voor de ruim vijfhonderd kilometer aan nieuwe stukken grensmuur die al zijn aangelegd, de marteltechniek waterboarding is niet heringevoerd. Wel heeft zijn regering duidelijk de grens opgezocht als het gaat om de trias politica, de scheiding van wetgeving, bestuur en rechtspraak, zoals wanneer Trump in tweets de uitspraken van rechters in twijfel trok. Of recenter, bij de zaak van Michael Reinoehl, de man die in Portland een rechtse demonstrant doodschoot: Trump zei trots dat de autoriteiten hem bij de arrestatie hadden gedood. ‘Ze wisten wie hij was en ze wilden hem niet arresteren, vijftien minuten en het was allemaal voorbij.’
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- Eline van Nes