Marcel van Roosmalen op campagne met de PvdA

Tot aan de Tweede Kamerverkiezingen zit Marcel van Roosmalen voor Nieuwe Revu wekelijks op de eerste rang van het politi...

Tot aan de Tweede Kamerverkiezingen zit Marcel van Roosmalen voor Nieuwe Revu wekelijks op de eerste rang van het politieke circus. Deze keer is hij bij de aftrap van de verkiezingscampagne van de Pvda.

Fotografie Elmer van der Marel

De Pvda trapte de verkiezingscampagne af in een voormalige fabriekshal in Utrecht, waar een paar honderd vrijwilligers heel opgewonden klapten om alles wat lijsttrekker Lodewijk Asscher, die heel symbolisch op een zeepkist stond, allemaal zei. Ik dacht dat ze de campagne dit seizoen al vaker hadden afgetrapt, maar partijvoorzitter Hans Spekman, die met Kamervoorzitter Khadija Arib naast me stond, zei dat dit het uur nul was.

‘Nu gaat het beginnen.’

De vooralsnog onzichtbare stijgende lijn in de peilingen was in de hoofden van veel aanwezigen al te zien. In de hal hing een vreemd soort optimisme in de lucht. Alsof ze dachten: als we maar hard genoeg schreeuwen dat we de verkiezingen gaan winnen, dan is dat ook zo. Lodewijk Asscher, voor zijn doen zeer lawaaiig: ‘We gaan deze verkiezingen winnen!!!’

Enorm gejuich.

‘We gaan alles uit de kast trekken! We gaan knallen! We gaan winnen!’ Vrijwilligers die elkaar high fives gaven. Hans Spekman die zichtbaar tevreden om zich heen keek. Ze stormden naar buiten in hun rode jassen, sommigen met een mok met de tekst ‘theedrinker’ in de hand. Ze gingen de straat veroveren, huis voor huis, desnoods dronken ze liters thee, maar de mensen zouden Pvda stemmen. Ik vond het moeilijk om daar niets van te vinden, van jongeren die zich hardop ‘yes-yes-yes’ prevelend een weg naar buiten baanden.

Rode dubbeldekker

Buiten was een rode dubbeldekker, waarin de Pvda-prominenten naar de multiculturele wijk Lombok werden vervoerd. Journalisten waren meer dan welkom aan boord. ‘Gezellig!’ vond minister Lilianne Ploumen van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Ze zet zich met haar internationale campagne She Decides in voor alle vrouwen in arme landen die hulp nodig hebben bij veilige abortussen, kraamhulp, seksuele voorlichting en voorbehoedsmiddelen en zat sinds het aantreden van Trump als een van de weinige Pvda’ers in een opwaartse flow. En dat was te merken. Ze was nadrukkelijk aanwezig in de dubbeldekker.

Waar je vroeger als journalist weleens op zoek was naar een interviewkandidaat, ging Ploumen nu op jacht naar journalisten en als ze die gevonden had, liet ze niet meer los. ‘Vraag maar raak… Vraag dan…..’

Tegen een knaap van Panorama: ‘Als jij een keer zin hebt in Limburgs carnaval moeten jij en je fotograaf met mij mee… Goede repo!’

De bus kwam schokkend tot stilstand in de Kanaalstraat, in het hart van de voormalige achterstandswijk. Ze rolden er allemaal uit, de armen vol rozen. Ploumen, met overslaande stem: ‘Groeps-fo-tooooo!’

Ze poseerden voor de rode bus, waarna minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken zich losmaakte van de groep. Hij ging bij ‘het Turkse bakkertje’ (Bakkerij Lombok) naar binnen. Een lang verhaal kort: hij stapte triomfantelijk binnen, een bos rozen op de arm, en droop een kwartier later, het hoofd volgeblazen door een woedende Turk, af. ‘Kan gebeuren,’ vond Bert.

‘Ik ben als politicus wel wat gewend.’

Daarna: ‘De campagne duurt nog even.’

En daar weer na: ‘Als mensen geen roos willen, geef ik ze geen roos. Dan heeft een opbouwende discussie geen zin.’

Illegale sigaretten

De Pvda-vrijwilligers waren overal. Ze kropen als een leger rode kevers door de wijk. Lijsttrekker Lodewijk werd op geheel eigen wijze door de buurt geloodst door Bülent Isik, raadslid in Utrecht. Dat wil zeggen: hij stelde Lodewijk voor aan een winkelier of buurtbewoner en bleef er dan zelf heel hinderlijk bij aanwezig. Hij onderbrak de spontane gesprekken met oneliners als ‘De Pvda is goed bezig, toch?’, ‘De Pvda heeft oren en ogen in deze buurt, toch?’ en ‘De mensen weten wat ze aan de Pvda hebben, toch?’

Hoogtepunt was het gesprekje dat Lodewijk en hij hadden in sigarettenwinkel Vivant Stomp. Het begon ermee dat Bülent met een hoop high fives contact zocht met de eigenaar, waarschijnlijk de heer Stomp, die hij natuurlijk heel goed kende.

Lodewijk vroeg hoe het liep, of het aan de handel al te merken was dat de crisis op z’n eind liep.

De heer Stomp was niet het type dat bij een stukje extra omzet meteen ging juichen, maar Bülent Isik hielp hem op weg. ‘Dankzij de Pvda gaat het weer wat beter…’ Stomp: ‘Sigaretten zijn natuurlijk stabiel. Tijdschriften en zo gaat ietsie beter.’

Ik vond het leuk om Lodewijk te vragen hoe of hij over accijnsverhoging op pakjes sigaretten dacht. Stomp: ‘Schan-da-lig! Als ze dat doen, word ik helemaal gek! Ze pakken je toch. Eerst met de euro en daarna met de belasting…’ Bülent Isik vond het een domme vraag, een betere vraag was volgens hem geweest: ‘Lodewijk, wat zijn jouw plannen met het land en deze wijk?’

Lodewijk zelf was de winkel alweer uit. Hij stond bij een kraam met fruit. Jammer voor de meneer van Vivant Stomp die aan een heel verhaal begon over concurrenten die illegaal sigaretten lieten komen uit het Oostblok.

‘Lodewijk is weg,’ zei ik. ‘En Bülent Isik ook.’

De wetenschap dat de Pvda over vier jaar, tijdens de volgende campagne, weer in zijn winkel zou staan, was een schrale troost.