Jesse Klaver doet weer een Obamaatje

Tot aan de Tweede Kamerverkiezingen zit Marcel van Roosmalen voor Nieuwe Revu wekelijks op de eerste rang van het politi...

Tot aan de Tweede Kamerverkiezingen zit Marcel van Roosmalen voor Nieuwe Revu wekelijks op de eerste rang van het politieke circus. Deze keer gaat hij treinen met Groenlinksers. Althans, dat is de bedoeling.

Het vroor en het sneeuwde, maar Jesse Klaver sprak in Nijmegen. De mediamensjes van Groenlinks tetterden al ruim voor de bijeenkomst in De Vereniging op de sociale media dat het daar historisch zou gaan worden. Met ‘historisch’ bedoelden ze dat de zaal vol zou zitten met meer dan duizend belangstellenden.

Op de avond zelf zou er om 18.20 uur een Groen- Links-trein vertrekken vanaf station Arnhem Centraal. Fotograaf Elmer en ik wilden wel heel graag Groenlinksers in de hal en op de perrons zien, maar ze waren er niet. Er zat helemaal niemand in die trein.

Na aankomst in Nijmegen ging het door de sneeuw naar De Vereniging, waar de wachtenden werden opgevangen in een hal. Wat opviel was dat de mensen zo geduldig waren. Toen de deuren dan eindelijk open gingen, ontstond er geen gedrang.

Jannetje Plannetje

In de persruimte trof ik Christel Kohlmann, sinds 2003 fractievoorlichter van Groenlinks in de Tweede Kamer, die precies wist wat voor een soort verhaal dit ging worden, omdat ze ook al had gefigureerd in een eerdere reportage, toen Jesse sprak in Tilburg. Ze had geen nieuwe quotes.

Dat zei ze een keer of vier.

‘Ik heb geen nieuwe quotes. Ik heb geen nieuwe quotes. Ik heb geen nieuwe quotes. Ik heb geen nieuwe quotes.’

En nadat we vroegen wat ze nou toch de hele tijd zei: ‘Nee, ik zeg niets. Nee hoor, ik heb geen quotes.’ Groenlinks-prominent Jan van der Meer, die in Nijmegen Jannetje Plannetje wordt genoemd, was er ook. Ik was ooit na een column over zijn plan om van Nijmegen ‘de zomerhoofdstad’ van Nederland te maken op zijn uitnodiging een dag met hem door de provinciestad gewandeld, net zolang totdat ik ook vond dat Nijmegen de zomerhoofdstad van Nederland moest worden. Hij had in de kandidatencommissie van Groen- Links gezeten, iets wat in deze periode van stijgingen in de peilingen niet zo vervelend was als het klonk.

Hij had vooral hoge verwachtingen van columnist Zihni Özdil, waarvan hij vond dat die zo lekker links-populistisch is. ‘Hij wordt op Geenstijl Zietniks Oetlul genoemd, nou daar trekt hij zich niets van aan.’

‘Nee, ik zeg niets. Nee hoor, ik heb geen quotes’

Na afloop lekker bieren

‘Wow,’ zei Truuske Smits van het campagneteam, die in vier Europese landen woonde en in iedere zaal waar Jesse Klaver deze verkiezingscampagne komt opnieuw onder de indruk raakt.

‘Wow! Dertienhonderd mensen!’

De oprechte verbazing dat ze zich in een zaal vol mensen met dezelfde ideeën bevond, had iets vertederends.

In de zaal begonnen ze nu voor zichzelf te klappen.

Truuske zei dat campagnevoeren keihard werken was. Wie daarmee wilde helpen kon 1) mededelingen van Groenlinks delen of liken op sociale media, 2) doneren of 3) langs de huizen gaan.

Dat laatste kon eigenlijk meteen al, zei het Nijmeegse Groenlinks-raadslid en kamerkandidaat Lisa Westerveld (13de op de lijst), die in een jurkje met daaronder enorme laarzen op het podium was geklommen.

‘En na af loop lekker bieren in café Mets.’

Voor een vluchteling

De avond werd aan elkaar gepraat door Guido Weijers, een cabaretier om wie ik op televisie nog nooit heb moeten lachen, maar nu deed hij nog meer zijn best.

‘Ik denk veel aan het milieu: ik laat het bad altijd vollopen met zo’n waterbesparende douchekop’ en ‘Veel mensen zijn verbaasd dat ik voor Groenlinks ben, maar zo’n type ben ik nu eenmaal. Ik rijd een auto met een stekker, wel zo’n grote bak natuurlijk.’

Zelfs in deze zaal, met een publiek dat voor alles wenste te klappen, keken ze elkaar af en toe aan na weer een grap, maar daarna lachten ze dan toch. Dat was zowel typisch Nijmeegs als typisch GroenLinks.

Massih Hutak, die u zou kunnen kennen als Druktemaker van het Radio1-programma De Nieuws BV, mocht een rap doen. Het nummer heette Partytent en hij had voor het gemak achter iedere zin de woorden ‘voor een vluchteling’ geplakt, waardoor ze het ook in Nijmegen konden meezingen: niet slecht, voor een vluchteling.

Zihni Özdil (8ste op de lijst), die door de kandidatencommissie van Jan van der Meer werd omschreven als ‘originele denker, toonaangevende schrijver en scherpzinnige spreker’, maar die ik kende als columnist van NRC en auteur van onder andere een worstelverhaal in Revu, mocht een column voorlezen en dat deed hij goed.

Meeklappen met de muziek

Daarna was het dan toch wel tijd voor de leider, die door Guido Weijers met de slechtste woordgrap van de avond werd geïntroduceerd. ‘Nu komt ’r iemand en die is-er-helemaalklaa-voor… Klaa-voor… Jesse Klaver!’

Ze gingen staan en meeklappen met de muziek en daarna keek iedereen om zich heen waar of hij nu weer vandaan zou komen Jesse Klaver kwam op door het midden. Daar was over nagedacht, waarschijnlijk door Truuske. In de media verschenen later foto’s waarop het leek alsof hij een uitverkorene was, iemand die opsteeg uit de grijze massa. Jesse deed nog steeds Obama, met opgerolde hemdsmouwen en al. Hij werd die dag gevolg door een Canadese cameraploeg, die hij had gezegd dat hij zich zorgen maakte over de sneeuw. Maar die kwamen dus uit Canada, daar lag altijd sneeuw.

Gelach.

Verder deelde Jesse mee dat hij ging voor het premierschap, waardoor ook deze meet-up alle kranten zou gaan halen. Wat verder bleef hangen was dat Jesse een speciale band met Nijmegen had. Zijn Jolein ? ‘toch wel mijn grote liefde’ ? had er (Jesse: ‘veel te lang, maar goed’) gestudeerd. Jesse herinnerde zich romantische fietstochtjes over het Keizer Karelplein, dat in werkelijkheid geen plein, maar een enorme rotonde is.

Toen we De Vereniging verlieten, liepen fotograaf Elmer en ik er toevallig overheen. We probeerden ons voor te stellen hoe Jesse en Jolein daar dan fietsten. Het lukte niet, maar dat kon ook aan ons liggen.