Met de recente ontslagronde onder zijn naaste medewerkers wil Vladimir Poetin als een moderne tsaar alle macht in handen hebben en die niet meer delen met een binnenste cirkel van vertrouwelingen. Als het verleden Poetin iets moet hebben geleerd, is het dat hij op zijn hoede moet zijn voor een Judas onder zijn discipelen. Is de zuivering aan de top een aangekondigde politieke dood?
Illustraties Steve Nestorovski
In de afgelopen twee jaar heeft de Russische president Vladimir Poetin veel naaste medewerkers de laan uitgestuurd; vertrouwelingen en zelfs vrienden die hij al jaren kent en die tot zijn absolute inner circle behoren. De ene na de andere oudgediende wijst hij de deur in een proces dat veel weg heeft van een grote zuivering aan de top, die door Poetin in zijn eentje wordt geregisseerd. Het meest opvallende ontslag was dat van de stafchef van het Kremlin en Poetins rechterhand, Sergej Ivanov, afgelopen augustus. Maar hij is zeker niet de enige en vermoedelijk ook niet de laatste.
Ter vervanging van zijn vertrouwelingen worden veelal medewerkers uit de contreien van de veiligheidsdiensten aangesteld. Vrijwel allemaal hebben ze hun carrière te danken aan Poetin zelf en hebben ze weinig tot geen ervaring in de politiek. Het zijn gezapige jaknikkers die honds loyaal zijn aan de president. De overeenkomsten met Poetins eigen opkomst in het Russische politieke systeem zijn treffend. Ook hem ontbrak het namelijk aan elke vorm van politieke ervaring voordat hij zijn intrek nam in het Kremlin. Bovendien had hij jaren voor de geheime dienst KGB gewerkt en stond hij bekend als zeer loyaal aan zijn superieuren. Maar waarom is Poetin begonnen aan de recente opschoning? Is hij bang dat iemand hem van de troon stoot? En kunnen de new kids on the block in de politieke elite geen gevaar vormen voor Poetins positie?
Poetins verleden biedt een mogelijk antwoord.