Op 23 april 2015 werd hij tot levenslang veroordeeld voor het doodschieten van Karim Fourkour en Fouad Bendella. Nog diezelfde nacht pleegt hij zelfmoord in zijn cel. Nieuwe Revu heeft het dagboek dat Geeraets schreef tijdens zijn detentie in bezit. Exclusief: de memoires van een moordenaar.
‘Ze hebben gewoon bij elkaar geraapt wat ze hadden, ik mocht dit gevecht niet winnen. Maar ik heb een troost: bij mij zal dat levenslang niet zo lang duren’ Honderden pagina’s schrijft Lau Geeraets vol tijdens zijn voorarrest. In de cel van de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught, door de vijftiger vanwege de leefomstandigheden omgedoopt tot ‘Guantánamo Vught’, tekent hij met zijn pen zijn gedachten en gevoelens op die hem bezighouden achter de celdeur. Zijn dagboek noemt hij De dood of de gladiolen, met als ondertitel Mijn strijd met justitie die ik niet kon winnen. De eerste pennenstreken zet hij op papier nadat hij vanaf april 2014 langdurig in de gevangenis zit te wachten op zijn vonnis. Hij schrijft: ‘Wat zal ik blij zijn als ik jullie weer in mijn armen kan sluiten, want dat zal betekenen dat ik weer buiten ben. Daar is alle hoop nu op gevestigd. Maar dit is te gek voor woorden, een en al leugens in dit dossier. (...) Ben net bij de dokter geweest en ze hebben het al over de beperkingen, dus foetsie radio en blijven dromen van een tv.’
Geeraets ziet het soms niet meer zitten. ‘Het zal allemaal wel zo moeten zijn. Ik ga er kapot aan. (...) Wat moet ik in godsnaam doen hier? Ik ben blij dat ik m’n leesbril bij me heb. Tenminste, zo’n goedkope, want het licht is bar slecht hier en met die bril gaat het wel. (...) Als president van No Surrender heb je bij alle bajesgasten tien strepen voor. Ook wel bij de bewaarders moet ik zeggen, als je je maar fatsoenlijk opstelt. (...) Ze zijn gewoon bang dat No Surrender de zaak beïnvloedt. Dan komen ze van een koude kermis thuis. (...) Ik heb hier al drinken, chips, alles van de jongens gekregen. Tja, een president wordt toch wel in de watten gelegd. Vanmiddag kwam de reiniger mij shoarma brengen die ze gemaakt hadden. De bewaarders keken hier toch wel raar van op, haha.’
Als president van No Surrender heb je bij alle bajesgasten tien strepen voor. Ook wel bij de bewaarders moet ik zeggen, als je je maar fatsoenlijk opstelt
Pompen of verzuipen
‘Als we er uit komen, dan komt er een groot feest, dat kun je me geloven. Met als eregasten de No Surrenders. Weer goed voor de krant en tv. Met artiesten, alles erop en eraan. De financiering, tja, is al geregeld geloof ik.’
‘Vrijdag 18 april 2014: Gistermorgen door zes man uit cel gehaald met handboeien om. (...) Naar isoleercel, daar continu camerabewaking en hele dag en nacht twee man voor de deur als extra bewakers. Vanmorgen door drie man met bivakmutsen uit de cel gehaald, eigen kleren aan en handboeien om. En een blinddoek om (masker). Toen naar Vught in een Mercedes met drie wagens met zwaailichten en sirene. (...) Nou ja, zeg. Om ongeveer 12.15 uur was ik in Vught. De cel is redelijk en er is weer camerabewaking. Ik mag maar twee keer per week douchen hier. WTF is dit allemaal? Niet te geloven zeg. Ben ik staatsvijand nummer 1 of wat? (...) Krijg net te horen dat ik helemaal niets mag en extra maatregelen worden genomen omdat ik wilde ontsnappen. Tjonge, ik heb het toch niet gedaan of wel soms? (...) Het is even wennen, maar ja je hebt geen keuze. Het is pompen of verzuipen. Als je niet meewerkt dan verzuip je. (...) Ze waren trouwens heel boos dat ik in Grave van een tand van een vork een sleutel van een handboei had gemaakt en dat die ook nog werkte. Ik ben een handige jongen, haha.’ ‘20 april 2014: ‘Goedemorgen, hoe laat het is dat weet ik niet, maar ik heb wel weer redelijk geslapen. (...) Ik moet snel boeken vragen, maar daar zijn ze hier niet scheutig mee. Ze hebben hier liever dat je in een hoekje weg zit te kwijnen. Maar dat plezier gun ik ze niet. (...) No Surrender en anders niets.’
Geeraets wordt tijdens zijn detentie overigens uit No Surrender gezet omdat hij tijdens de verhoren met de politie heeft gepraat.
Gewoon een dier
Geeraets bestelt bij de gevangenisbibliotheek onder andere een bijbel. Daarna schrijft hij: ‘Maandag 21-4-2014, Tweede Paasdag. Ook van Pasen maak ik hier bitter weinig mee, eigenlijk helemaal niets. Maar dat had ik ook wel verwacht. Continu hoor je die sleutelbossen rinkelen, daar word je ook maf van. Ik zit in de eerste cel van de gang en die gasten komen hier iedere keer voorbij, zodat je alles hoort wat er gebeurt en wat er gezegd wordt. (...) Maar het is heel simpel: ik moet door, ik mag me niet laten kennen. Als ik ook zou huilen dan zien ze dat op de camera. Dat zal me eigenlijk een zorg zijn, maar ik gun het ze gewoon niet. Maar moeilijk heb ik het wel. Ik ben een mens dat graag contacten legt, graag praat met andere mensen. En wat ben je hier: gewoon een dier en niets meer. Het verschil is dat een dier ook af en toe liefdevol behandeld wordt, maar dat kun je hier wel vergeten. Hier interesseert het niemand hoe je je voelt.’
Met zijn gezondheid gaat het in de tijd daarna niet echt goed in de EBI, zo schrijft hij. ‘Het is nu dinsdagmiddag 22 april 2014. Het was me het dagje wel. ’s Nachts om ongeveer 05.00 uur werd ik wakker en was doodziek. Aan de diarree, hoofdpijn, kotsmisselijk, pijn in de buik en druk op de borst. Ik dacht dat ik doodging, duwde op de alarmknop. Komt er eentje en zegt: “Wacht maar tot de medische dienst er is.” Dat was verdorie pas om 10.00 uur. Ik had wel dood kunnen zijn. Nou ja, dan waren ze toch mooi van me af geweest. De hele morgen op bed gelegen, toen kwamen ze me vragen of ik met de politie wilde praten. Haha, ikke niet. Ik zei: “Eerst mijn advocaat bellen.” Toen ik klaar was, zei ik: “Nee, ik wil niet met de politie praten.” (...) Je moet dit lezen als momentopnames tijdens mijn verblijf in de bajes. Dat betekent vrij veel emotionele aanhalingen, maar dat is nou eenmaal zo. Ik ben blij dat ik tv en boeken heb, anders ging ik eraan kapot. Nu ook wel, maar je moet het van je afzetten. Vught is verschrikkelijk. Je hebt geen bord, geen bestek, niets. Dat is eigenlijk onmenselijk. Depressief word je hier, oh zo depressief. Het is helemaal niet normaal hier. (...) Ik voel als het ware een hartaanval dichterbij komen. Dat heeft te maken met accepteren. Maar wat kan ik nou accepteren als ik het niet gedaan heb? Dat moet iemand mij maar eens vertellen. Er zijn al minstens twintig verschillende verhalen verteld en geen een die klopt, ook die van Geert niet. Maar wat zullen ze dat verhaal van hém graag geloven. Ik ga niet voor iemand anders de zaak op me pakken. Dit is verdomme geen kattenpis, maar bittere ernst. Zo ernstig dat het voor mij van levensbelang is. Als ik jarenlange straf zal krijgen, zou ik dat qua gezondheid niet overleven. Mede doordat de gezondheidszorg heel erg slecht is in de bajes en dat wordt door bezuinigingen alleen maar erger.’
Als ik een hele lange straf krijg, mag die hartaanval van mij gerust komen. Niet dat ik zelfmoordneigingen heb, in godsnaam, nee hoor
Drugs, ikke?
‘Het is nu dinsdag 29 april 2014,08.25 uur. Vanmorgen moesten we het beddengoed inleveren en kregen we nieuwe. Wat had ik: een laken te weinig. Ik heb gelijk aan de bel getrokken, want voordat je het weet, krijg ik daar problemen mee. Dan zeggen ze gewoon: “Waar is dat laken gebleven?” En dat ik weer wilde ontsnappen, haha. Tevens begonnen ze weer over mijn zaak, wanneer die voor zou komen. Ik hield me maar een beetje van de domme, tenslotte werken die jongens wel voor justitie.’
‘Het is donderdag 1 mei 2014, 07.55 uur. Ben net gewekt door drie man want ze moesten urine van me hebben. Ik had urinecontrole op drugs. Nou ja, ikke? Ze doen maar, ik heb niks te verbergen. (...) Ik hoop dat dit wel mijn eerste en laatste boek vanuit de bajes wordt. Als ik er eventueel meer mocht schrijven, dan vanuit vrijheid, daar kan ik wel mee leven. Om eerlijk te zijn, vind ik het ook wel leuk. Al is het wel erg vaak zeer emotioneel, vooral als ik zo’n periode heb. Dan ga ik schrijven en kan ik mijn gedachten verzetten. Dat is natuurlijk wel erg goed. Daar ben ik blij om, dat ik dat kan. Ik wil dat er eindelijk iemand van onderwijs komt, dan kan ik snel beginnen met Spaanse les. Geloof me: dan spreek ik binnen twee weken redelijk Spaans, want dan studeer ik van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Zo heeft dit toch nog een doel en dat is natuurlijk weer het positieve aan dit gedwongen verblijf hier.
‘Het is zaterdagmorgen 3 mei 2014,09.04 uur. Ik ben net gewekt en ik heb zo luchten. Dat is klote want dan zit ik de rest van de dag weer in de cel. “Och,” zegt een bewaarder dan, “dan kun je weer een liedje schrijven.” Dat is voor mij de bevestiging dat dit door hun gelezen wordt, daar ben ik van overtuigd.’
‘Je moet niet vergeten dat alles hier binnen erop gericht om mij te breken en te laten bekennen. Zo zit het systeem nou eenmaal in elkaar. Dat betekent dat je hier niemand, maar dan ook helemaal niemand kunt vertrouwen en je heel erg goed moet opletten wat je zegt. Dat zie je al aan het Grave-verhaal, waar een psycholoog mijn woorden gewoon verdraaid heeft zodat ze me naar de EBI konden sturen. Daar waren ze gewoon op aan het wachten. Dat die gelegenheid zich voor zou doen en daar hebben ze gretig gebruik van gemaakt.’
Geertje
‘Ik had laatst in die ene cel zoete maïs. Dat plastic potje stond al helemaal bol en dat spul was gewoon aan het gisten. Nou, toen had ik alweer een idee: hier kan ik drank van maken. Flink suiker erbij, en dan in een of ander pak of fles doen met vruchtensap erbij. Dat heb ik in Duitsland in 2012 geleerd. Je moet wel zeker tien keer per dag de dop van de fles draaien anders explodeert dat ding. Na elf dagen heb je prima alcohol. Maar daar had je geen celcontrole, hier is dat iedere dag minimaal drie keer. Dus laat ik dit maar niet doen, anders pakken ze het me dadelijk nog af. (...) Dit is gewoon te erg voor woorden: EBI betekent dan ook Extra Beveiligde Inrichting. Ik heb nog nooit zoveel sluizen en deuren gezien in een bajes. Onvoorstelbaar. (...) Sterker nog: het sloopt je geestelijk, maar ook lichamelijk boet je hier heel erg veel in. Als je de cel uit mag, dan zie je allemaal fitnesstoestellen die ik niet mag gebruiken. (...)
Nou, bedankt hè. (...) Ik heb net de politie hier gehad, die wilden mij spreken. Ik zei oké en ik werd geboeid naar de bezoekersruimte gebracht. Vanachter glas spraken zij met mij. Ze vertelden dat Geert belastende verklaringen tegen mij had afgelegd en dat ze die twee Marokkanen gevonden hadden. Wat ik hierop te zeggen had, vroegen ze. Ik heb ze gezegd dat ik eerst mijn advocaat wilde spreken en als die groen licht zou geven, dat ik dan de volledige waarheid zou zeggen. Maar het is wel duidelijk dat ze mij hiervoor willen hebben, dat zeggen ze ook. (...) Bellen mag ik heel snel. Ze hopen natuurlijk dat we ergens over praten wat in hun straatje past. Daar willen ze mij op pakken, dat besef ik heel goed. Daar zullen ze me ook niet op gaan pakken, dat weet ik gewoon. Want het is gewoon bullshit. Ze hebben de dader namelijk: Geertje. (...) Die agenten zeiden dat ze die twee gevonden hebben op aanwijzing van Geertje. Zal die lul ze dan echt bij mij in de buurt begraven hebben? Dan heeft hij dat met voorbedachte rade gedaan. (...) Nu is het zaak om zo snel als mogelijk uit de EBI te komen en naar een reguliere gevangenis te gaan. (...) Ik moet snel door de voordeur naar buiten, dat proef ik aan mijn lichaam. En mijn lichaam is niet meer het jongste, dus ik moet hiermee oppassen, anders ga ik hier naar de klote en dat is misschien wat ze willen. De politie in ieder geval wel, die kan mijn bloed wel zuipen. (...)
Deze detentie moet gewoon stoppen. (...) Nee, als ik werkelijk buiten verwachting een hele lange straf zal krijgen, dan mag die hartaanval van mij gerust komen. Die zal ik dan met beide armen omarmen, dat zal dan nog het meest humane voor mij zijn. Daar denk ik heel erg vaak over na. Niet dat ik zelfmoordneigingen heb, in godsnaam, nee hoor.’
Achterlijke celcontroles
‘Het is 24 december 2014,18.00 uur. Tja, het is kerstavond, en ik zit alleen hier in die klotezooi eenzaam de kerstdagen door te brengen. Het enige pluspunt is dat ik super te eten heb gemaakt. (...) Verder heb ik uit de krant foto’s van kerstbomen geknipt en in de cel opgehangen, evenals mijn foto’s en wat kerstkaarten.’
‘Zaterdag 21 maart 2015,13.28 uur. ‘Tja, de rechtszaak is geweest en nu maar wachten op de uitspraak. De officier van justitie heeft zoals verwacht levenslang tegen mij geëist. Maar volgens mijn advocaten en mezelf uiteraard is er geen enkele bewijslast tegen mij.’
Een dikke maand gaat daarna voorbij in de EBI.
Op donderdag 23 april 2015 is het D-Day voor Lau Geeraets. Hij krijgt inderdaad levenslang en schrijft daarna, omstreeks 16.37 uur, in zijn dagboek: ‘De dag van de uitspraak. (...) Ze hebben gewoon bij elkaar geraapt wat ze hadden en mij tot levenslang veroordeeld. Dit vermoeden was er altijd al, ik mocht dit gevecht niet winnen. Maar ik heb een troost: bij mij zal dat levenslang niet zo lang duren.’ G. kondigt in zijn dagboek aan zelfmoord te zullen gaan plegen. ‘Ik heb veel pillen opgespaard en in mijn tv verstopt, haha. Ongeveer tweehonderd Oxazepam, een middel om rustig te blijven, ongeveer honderd pijnstillers op morfinebasis en ongeveer tachtig pillen tegen jicht. Daarnaast heb ik nog dertig tot veertig andere tabletten. Daarmee moet mijn harakiri toch wel lukken, denk ik. (…) Deze pillen heb ik in een jaar opgespaard. En zelfs met hun achterlijke celcontroles hebben ze die nooit gevonden, hahaha.’
De Limburger blijkt zijn plan om zichzelf van het leven te beroven nauwkeurig uitgestippeld te hebben in zijn hoofd. ‘Hiermee wacht ik tot vanavond, als de laatste controle is geweest. (...)
Dus na 21.30 uur begin ik met pillen in te nemen.
‘Genoeg is genoeg’
Dan beschrijft Geeraets in zijn dagboek in welke volgorde hij de tientallen pillen zal inslikken. ‘Ik zal dan slapen van de eerste dosis en overlijden van de zware dosis. Dit is gewoon een bewuste keuze. Ik wil dit leven niet meer. (...) Genoeg is genoeg, en dat is voor mij nu zo. (...) Deze keuze maak ik bewust, ook al omdat ik de laatste tijd veel lichamelijke problemen heb. (...) Mijn huidige partner komt al drie weken niet meer op bezoek, ik krijg geen brieven meer, ze maakt geen geld meer over, nada, noppes. Ik zie dus mijn kleine zoontje Laurens ook niet meer. Mijn oudste zit vast in Spanje voor een wietplantage. Dus wat heb ik nog? Niets, helemaal niets. Ik moet eerlijkheidshalve dus toegeven dat dit ook meetelt, al is het maar 10 procent van mijn beslissing. (...) Nee, ik persoonlijk ben er klaar mee. Ik loop natuurlijk allang met deze gedachte en daar was ik bang voor. Maar sinds de uitspraak vanochtend kwam er iets heel vredigs over mij heen: de wetenschap dat ik vandaag ga sterven, maar ook de acceptatie hiervan. En met mijn eigen harakiri voelt dit toch als een overwinning, hoe gek dit ook mag klinken. (...) Ik zie het misschien als een begin van iets nieuws. Een mooier iets dan hier in die klote EBI, want erger kan het niet zijn. (...) Ik ben nu 53 jaar en ik heb 51,5 jaar een goed en rijk leven gehad. (...) Het is nu 22.56 uur en ik ben bezig met Oxazepams en Tramadols, ik voel het al. Flodder is op tv en daarna darten. Dat wil ik nog af kijken, als het tenminste lukt, haha.
Ik heb een boobytrap boven de deur gemaakt met liters water, oploskoffie en hagelslag. Dat wordt een klein afscheidscadeautje
Ik heb de hele cel volgeschreven met teksten op de muur en een boobytrap boven de deur gemaakt met liters water, oploskoffie en hagelslag. Dat wordt een klein afscheidscadeautje, haha. Een beetje teringzooi moet. Dit is het laatste wat ik schrijf en een vervolg komt er jammer genoeg niet. Dus het ga jullie allemaal goed. Vooral mijn twee kinderen Roy en Laurens, ik hou van jullie en het ga jullie goed. En maak wat van het leven. Laat het niet zo eindigen als het mijne, maar mijn humor heb ik tot het laatst gehouden. (...) Denk af en toe eens aan mij terug. Echt, geloof me: zo slecht als ze me voorstellen was ik dus echt niet. (…) Maar ik mocht gewoon niet winnen, dus. De dood is welkom. Hara Kiri.’
DE MOORD OP KARIM EN FOUAD
Het is een moord- én verdwijningszaak die Limburg, maar ook de rest van Nederland jarenlang heeft beziggehouden. Na die bewuste nacht in mei 2006 duurt het acht jaar voordat de lichamen van de twee doodgeschoten vrienden Karim Fourkour (23, foto links) en Fouad Bendella (19) in een bos in Arcen worden opgegraven. Omdat Geert G. uiteindelijk heeft gepraat tegen de recherche. De stoffelijke resten zijn verborgen op een plek vlak achter de tuin van het huis waar Lau Geeraets in de jaren daarvoor heeft gewoond. Geert G. krijgt door het gerechtshof twintig jaar cel opgelegd. Hij heeft cassatie aangetekend bij de Hoge Raad.
WAT VIND JE ERVAN?
Marcel Heuvelmans, samen met Geert-Jan Knoops advocaat van Lau Geeraets, zegt dat deze zaak een van de meest belastende in zijn lange carrière is geweest. ‘Ik weet nog als de dag van gisteren dat ik na het vonnis in het cellencomplex van de rechtbank in Maastricht aan Lau vroeg: “Wat vind je ervan?” Het antwoord was volgens de ervaren strafpleiter uit Venlo niet bemoedigend. ‘Lau zag het helemaal niet meer zitten. Ik probeerde hem nog op te beuren, maar dat lukte niet echt. Nadat ik vertrokken was, heb ik meteen Knoops gebeld,’ vertelt een openhartige Heuvelmans.
‘Hem heb ik hierover ingelicht. Toen de directeur van de EBI mij de dag daarna belde, wist ik meteen genoeg. Het was gebeurd, Lau had zich van het leven beroofd. Ik was daardoor natuurlijk van slag, dit was voor mij de eerste keer dat een cliënt na een lange veroordeling zelfmoord pleegde. Lau had me al eens een bepaald signaal gegeven: een briefje met daarop de namen van twee medicijnen. “Later zul je wel snappen wat ik bedoel.” Nou, daar had hij gelijk in. Ik heb een afscheidsbrief gekregen waarin hij me bedankte voor alles, dat vond ik wel bijzonder.’
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- ANP, HH, iStock