Dat was vooral te danken aan il trio olandese. Een bedevaartstocht en terugblik vanuit Milaan en omstreken. ‘Na het zien van dit Milan kan het voetbal nooit meer hetzelfde zijn.’
1. Mondo Milan, Milaan
Een man verkoopt voor 10 euro museumkaartjes aan toeristen. Paolo Maldini klapt vanaf een muur in zijn handen. Op een kastje voor de ingang staan twee boeken. In een ervan zegt Silvio Berlusconi’s dochter Barbara: ‘Onze geschiedenis is niet het verleden. Het is de manier die we hebben gekozen om de toekomst onder ogen te zien. Het is entertainment en passie. Dit is AC Milan.’
Het boek heet La Fabbrica delle Coppe, De Bekerfabriek. Op pagina 14 staat een foto van Marco van Basten. Hij draagt een Milan-shirt van het merk Kappa met de sponsornaam Mediolanum. Met zijn rechterhand tilt hij een beker op. Het boek ernaast is de catalogus van het Mondo Milanmuseum. Er staat een vooruitwijzing in die ook een waarschuwing is: ‘Jezelf terugvinden voor de sagoma (uitsnede) van Marco van Basten is pijnlijk door het feit dat zijn carrière zo kort en geplaagd door blessures was.’
Mannen, vrouwen en kinderen schuifelen zwijgend naar de ingang. Op een rode muur staat: ‘Onze kleuren zullen rood als vuur zijn en zwart om onze tegenstanders angst aan te jagen.’ Het is een uitspraak van de Brit Herbert Kilpin. Hij werd geboren in Nottingham en was op 16 december 1889 een van de oprichters van de Milan Football & Cricket Club. Hij speelde met Italianen en Britten en leidde Associazione Calcio Milan, zoals de club later ging heten, als stevig tackelende middenvelder naar de eerste landstitels in 1901, 1906 en 1907.
Een man loopt naar een scherm waarop een bebaarde oud-voetballer een verhaal vertelt. Hij herkent hem niet, maar het is Filippo Galli, de minst bekende speler van het Milan van 1989. Galli eert zijn coach Arrigo Sacchi en zegt: ‘Hij bracht ideeën op het veld die hij had verzameld tijdens reizen door heel Europa.’ Hierna eert Galli het trio olandesi. De ‘Nederlandse voetbalcultuur’ voegde ‘de wens om lol te hebben op het veld’ aan ‘concreetheid en de wat agressievere Italiaanse stijl’. Op het scherm wordt een foto getoond van Ruud Gullit, Frank Rijkaard en Van Basten op trainingscomplex Milanello. Op een bordje staat: ‘1988/1989. Milan verlicht Europa: Sacchi en de drie Nederlandse tulpen brachten de Europese Cup terug naar Milan, de wereld betoverend.’ Het was volgens een museumschrijver het ‘beste Milanteam ooit’.
2. Arcore, Lombardije
Voor de ingang van Villa San Martino staan twee politieauto’s. De agenten zijn uitgestapt en loeren naar mensen die naar binnen willen kijken. Op de kunstgrasvelden aan de overkant zijn twee wedstrijden begonnen. Vaders staan met drukke gebaren over hun Cristiano’s te pochen. Drie moeders kijken naar een filmpje op een telefoon.
Villa San Martino in Arcore, een opvallend lelijk dorpje op een minuut of twintig van Milaan, is sinds 1973 eigendom van Silvio Berlusconi. Het heeft meer dan zeventig kamers en een helikopterlandingsplaats. Neoklassieke standbeelden staan op marmeren sokkels. Ingevlogen topvoetballers spelen soms een wedstrijdje op zijn privé-veld. In barokke salons hangen wandtapijten en schilderijen gemaakt door oude meesters. In een fitnessruimte werden negen tv-schermen opgehangen. Zo konden Berlusconi’s gasten altijd en overal de afschuwelijke programma’s van Il Presidente bekijken. In de spiegels van zijn badkamer werden minischermpjes gemonteerd. Zo kon Berlusconi zijn eigen zenders bestuderen ‘terwijl ik me scheer,’ vertelde hij zijn biograaf Alan Friedman. In 1994 nam Berlusconi in Villa San Martino het besluit premier te worden en hij nam er de beslissing de politieke partij Forza Italia op te richten, een variant op de voetbalkreet ‘Forza Milan’. Volgens zijn vijanden ontving Berlusconi er geregeld maffiosi om mee samen te werken en zijn bunga bunga-feestjes met bevriende ambtenaren, politici en minderjarige hoeren werden eveneens in Villa San Martino gehouden. In 1986 nam Berlusconi hier een andere belangrijke beslissing. Hij had al heel lang de droom om AC Milan te kopen. Die club deed hem denken aan zijn jeugd en aan zijn vader. De Berlusconi’s reden op wedstrijddagen van hun wijk Isola naar de andere kant van de stad. Silvio deed bij het kopen van de kaartjes alsof hij drie jaar jonger was. Luigi Berlusconi was te arm om de hele toegangsprijs te betalen.
Als Silvio’s vader terugkeerde van zijn werk als bankbeambte spraken ze altijd over Milan. Hun team werd in de verwoestende post-oorlogsjaren nooit kampioen, maar de spelers bleven elke wedstrijd heel hard werken en Silvio vereenzelvigde zich met hen. Aan het begin van de jaren 50 kocht Milan de Zweden Gren, Nordahl en Liedholm en pas toen werd Milan weer een topclub. De drie waren de bijna net zo weergaloze voorgangers van Gullit, Rijkaard en Van Basten.
Berlusconi ontvluchtte de slechte wijk Isola en werd welvarend. Hij liet huizenblokken bouwen en verdiende zijn eerste miljoenen. Hij richtte commerciële tv-zenders op en werd nog rijker. Eind jaren 70 deed hij een eerste poging zijn jeugdliefde te kopen. Milan-legende en aanvoerder Gianni Rivera vond Berlusconi een proleet en een parvenu. Iedereen luisterde naar Rivera en de deal ging niet door. In 1985 deed Berlusconi een nieuwe poging. Het ging nog slechter met AC Milan dan in de jaren ervoor. Er was geen geld en toekomst en zelfs Rivera begreep dat er een rigoureuze koerswijziging moest komen.
Milan verlicht Europa: Sacchi en de drie Nederlandse tulpen brachten de Europese Cup terug naar Milan, de wereld betoverend
Berlusconi vloog maanden later naar zijn andere villa: het vroegere huis van de Perzische sjah in het Zwitserse Sankt Moritz. Hij wilde een tweede poging doen zijn favoriete club te kopen en vroeg zijn vriend en zakenpartner Adriano Galliani om advies. Galliani zei dat het heel veel geld zou kosten en dat hij hoogstwaarschijnlijk vooral zou worden weggehoond. Een proleet bleef altijd een proleet, wat moest hij in het voetbal? Berlusconi en Galliani stapten in een helikopter en stegen op. Onderweg zwegen ze. Na vijftig minuten landden ze op vliegveld Milaan-Linate. Ze reden in een limousine naar Villa San Martino. Een dienstmeisje deed open, de butler bracht champagne. Berlusconi zei goed over Galliani’s advies te hebben nagedacht.
Toch zei hij: ‘We gaan ervoor, ik koop Milan.’
3. San Siro-museum, Milaan
De reis is het status symbool van dit moment geworden. Het maakt niet uit hoe je er komt: het is belangrijk om morgen avond op de Ramblas te zijn
Het is 10.00 uur. Meer dan veertig voetbaltoeristen hebben een kaartje gekocht. Beveiligers snuffelen in tassen, mannen, vrouwen en kinderen uit alle landen van de wereld schuifelen door detectiepoortjes. Binnen is het donker als in een nachtclub. Op twee beeldschermen bij de ingang worden goals vertoond van Milan en Internazionale. In vitrines liggen shirts van Baggio, Gattuso, Ibrahimovic, Seedorf, Bergomi en Shevchenko. Maldini en Baresi hangen naast elkaar. Op een bordje op de begane grond staat: ‘Il Milan di Sacchi e il trio olandese.’ En: ‘Zij zijn de geschiedenis ingegaan als een van de sterkste teams aller tijden.’ De andere namen van het wonderteam uit 1989 staan er ook bij. Dat had niet gehoeven. De ware voetbalkenner kent zelfs Galli, Evani en Colombo.
Berlusconi zag Gullit in de zomer van 1986 spelen op het Joan Gamper-toernooi in Barcelona. Hij maakte rushes en slalomdribbels, de toeschouwers riepen ‘Olé!’ als hij aan de bal kwam. De Grote Baas moest en zou hem hebben en hij reisde in oktober 1986 hoogstpersoonlijk naar het Amsterdamse Amstelhotel om met Gullits zaakwaarnemer Apollonius Konijnenburg te onderhandelen. Er werd een gentlemen’s agreement getekend. Konijnenburg verliet de suite. Hij liep naar zijn auto. Het regende. De motor was kapot. Berlusconi liep naar buiten en hielp duwen.
De transfer van Gullit werd in maart 1987 bekendgemaakt. Hij kostte 17 miljoen gulden en werd de grootste aankoop uit de geschiedenis van AC Milan. Van Basten kostte 1,7 miljoen gulden. PSV-fans moesten daarom lachen. Zijn vriend Johan Cruijffvond hem te jong om naar het buitenland te gaan. Cruijffzelf was vijf jaar ouder toen hij naar Barcelona ging. Dat had als voordeel dat hij met een bepaalde status bij zijn nieuwe club binnenkwam en het team direct naar zijn hand kon zetten.
De eerste kennismaking met de Hollandse tulpen was in april 1987. Gullit en Van Basten werden door bestuurders en journalisten verwelkomd op het hoofdkantoor van AC Milan in de Via Turati. Gullit kreeg een foto te zien van Gianni Rivera, de AC Milan-legende die zijn club in 1969 de laatste Europa Cup voor Landskampioenen had bezorgd door met 4-1 van Cruijffs Ajax te winnen. Gullit had geen idee wie die vent was. Columnisten vonden dat zo’n schande dat er nog weken over het ‘Rivera-incident’, zoals het ging heten, zou worden geschreven.
De officiële presentatie was in juli 1987. Er zaten meer dan achtduizend tifosi op de tribunes van het sportpaleis Palatrussardi aan de Via Antonio Sant’Elia. Van Basten stond naast Gullit toen hij door presentator Cesare Cadeo naar voren werd geroepen. Fans klapten en schreeuwden. De presentator vroeg wat zijn ‘impressione’ (indruk) was. Van Basten verraste de aanwezigen door met een lach ‘Benissimo’ (Uitstekend) te roepen. Superster Gullit werd strategisch als laatste naar voren geroepen. De presentatie was live te volgen op een van Berlusconi’s zenders en de kijkertjes moesten niet voortijdig zappen. Ook Gullit had iets voorbereid. Hij riep: ‘Forza Milan!’ Die uitspraak was verzonnen door Berlusconi. De Grote Baas was er zelf niet bij, maar de presentatie werd van begin tot eind door hem geregisseerd.
Gullit startte het seizoen sterk. Zijn bijnamen werden Captain Dread, De Zwarte Tulp en de Zwarte Zon. Vijanden van de tegenpartij hielden het vanwege zijn uitbundige rastakapsel op ‘Mocio Vileda’, een dweil van prima kwaliteit.
Oud-spelers zeiden dat de tijden van Rivera eindelijk zouden herleven. Supporters met Forza Gullit-petten lieten hun auto op de weg staan als ze Gullit zagen en stapten uit om hem te kussen. Acteur en avant-gardedichter Carmelo Bene zei dat hij sinds Pelé nooit meer zo’n goede speler had gezien. De grote Rivera vergeleek Gullit vanwege zijn leiderscapaciteiten met de befaamde operadirigent Giorgio Strehler. Een Nederlander noemde hem ‘De nieuwe zoon’ en ‘De eerste viool in het peperdure orkest van Silvio Berlusconi’. Een Italiaan schreef: ‘Dankzij hem zijn veel vrouwen geïnteresseerd in voetbal.’
Van Basten had het aanvankelijk moeilijk in Milaan. Volgens journalisten haatte hij tagliatelle en basilicum en hij hield niet van shoppen en nachtclubs. Hij bleef liever thuis met zijn vrouw Liesbeth en dan luisterde hij de hele avond naar George Michael-platen. Hij dronk melk in plaats van wijn en sukkelde in slaap bij alweer een lange tactische bespreking van maniak Sacchi. Tussen de trainingen door speelde hij backgammon met de jeugdspelers.
Zijn eerste bijnaam werd De IJsman. Van Basten vertelde niemand dat hij geblesseerd was. Op de meeste dagen kon hij nauwelijks rennen. Een columnist omschreef hem als: ‘Kracht, klasse en elegantie. Maar ook caviglie di cristallo, kristallen enkels.’
Gullit speelde vooral een memorabele wedstrijd tegen het Napoli van Diego Armando Maradona. Milan won in San Siro met 4-1. Uit werd het 2-3 en Berlusconi’s team won in 1988 voor het eerst in jaren de scudetto. Het spel was Hollandsavontuurlijk. Op een bordje in het San Siromuseum staat de Sacchi-quote: ‘Wij van Milaan hebben drie woorden gecombineerd: winnen, overtuigen, vermaken.’
4. San Siro-stadion, Milaan
Vijf mannen op grasmaaiers rijden in rechte lijnen over het veld. Twee immigranten poetsen de stoelen van de eretribune. In een hoek van het stadion hangen spandoeken waarop staat: ‘WEAREACMILAN’ en ‘Fanclub Super Pippo Inzaghi’. Een Hongaarse gids vertelt toeristen waar Berlusconi meestal zit. Een Milan-fan uit India maakt een selfie in de dug-out. Op dit veld werden honderden legendarische wedstrijden gespeeld en een van de allermooiste vond plaats op 19 april 1989. Milan had tot dan toe een wat tegenvallend seizoen gehad. Het begon nog zo veelbelovend. De Grote Baas wilde de zoveelste nieuwe Maradona, Claudio Borghi, als derde buitenlander, Sacchi had een sterke voorkeur voor Franklin Edmundo Rijkaard van Sporting Lissabon. De trainer kreeg zijn zin en toen speelden er ineens drie tulipani olandesi in Milaan.
Van Basten leek veel fitter dan het jaar ervoor en zou hoogstwaarschijnlijk een goal of twintig maken. Op het EK had hij bewezen de beste spits ter wereld te zijn. Hij scoorde net als Gullit in de finale. De koppenmaker van Gazzetta dello Sport verzon: ‘AC Milan-USSR 2-0’. Van Basten maakte twee goals in de eerste negen competitiewedstrijden. Dat viel toch een beetje tegen. Gullit was meestal geblesseerd. Rijkaard speelde flets. In de competitie ging het minder dan het jaar ervoor. De tegenstanders speelden hard en verdedigend. Het Inter van Brehme, Klinsmann en Matthäus won bijna alles. Het seizoen kon alleen nog legendarisch worden door voor het eerst sinds 1969 de Europa Cup I weer eens te winnen. Milan speelde de eerste ronde tegen de Bulgaarse kampioen Vitosha. In Sofia werd het 0-2 door goals van Gullit en de grijze spits Pietro Paolo Virdis. Van Basten scoorde vier keer in de met 5-2 gewonnen return. De eerste drie waren met links. Zijn vierde was een zweefkopbal. Hij gaf een assist op Virdis en liep voor het eerst sinds tijden soepel. Zijn nieuwe bijnamen werden Il Cigno de Utrecht (De Zwaan van Utrecht) en Il Miracolo Marco (Het Mirakel Marco).
De tweede ronde was tegen Rode Ster Belgrado.
Hun ster was Dragan Stojkovic, maar ook van Prosinecki en Savicevic werd veel verwacht. Milan speelde 1-1 in het San Siro. Er zaten 65.000 in het Marakana-stadion voor de return. Savicevic maakte 1-0. Virdis kreeg net na rust de rode kaart. Milan leek te worden uitgeschakeld. Een half uur voor tijd begon het te misten. De wedstrijd werd gestaakt. De rematch was de dag erna met elf tegen elf. Van Basten maakte 0-1. Stojkovic scoorde de gelijkmaker. Donadoni stikte bijna op het veld. De masseur van Rode Ster brak zijn kaak, haalde zijn tong uit zijn keel en redde zijn leven. Gullit was geblesseerd, maar moest er in voor Donadoni. Het bleef 1-1. Rijkaard maakte in de strafschoppenserie de beslissende 5-3.
De kwartfinale was tegen Werder Bremen. Milan speelde uit 0-0. In San Siro werd het 1-0 door een strafschop van Van Basten. De volgende tegenstander was Real Madrid. Hugo Sánchez scoorde de 1-0. Van Basten maakte in de 77ste minuut gelijk met een kopbal in duikvlucht die via de onderkant van de lat en de rug van keeper Buyo in het doel belandde. In San Siro speelde Sacchi’s Milan beter dan ooit. In L’Équipe stond de dag erna: ‘Na het zien van dit Milan kan het voetbal nooit meer hetzelfde zijn.’ Van Basten, Rijkaard en Gullit scoorde alle drie één keer en het werd 5-0. De enige tegenvaller was dat Gullit in de tweede helft wederom geblesseerd raakte. De dokter behandelde hem, maar het schoot weer in zijn knie en hij liet zich wisselen. Er werden stukjes kraakbeen uit zijn knie verwijderd om hem fit te krijgen en het was hoogst onzeker of hij de finale tegen de Roemeense kampioen Steaua Boekarest zou halen.
5. Mondo Milan, Milaan
Daar staat hij, in een ruimte van het Mondo Milan-museum met alle prijzen uit de clubgeschiedenis. Een man in een Maldini-shirt loopt erheen en gaat met zijn rug naar de Cup zitten. Zijn vrouw moet een foto van hem maken. Hij lacht en maakt het V-teken.
De finale was op 24 mei 1989. Berlusconi had de spelers geboden een maand geen seks te hebben. De dokter moest de boodschap overbrengen. Gullit zei: ‘Ik kan niet voetballen met een volle zak.’ 70.000 supporters gingen met het vliegtuig, met de auto, met de trein of liftend naar Barcelona. Ze hadden Gullit-pruiken op en schreeuwden ‘Forza Milan!’ In La Repubblica stond: ‘De reis is het statussymbool van dit moment geworden. Het maakt niet hoe je er komt: het is belangrijk om morgenavond op de Ramblas te zijn. Een uitje, op duizend kilometer van Milaan.’
Berlusconi’s zenders zonden grote delen van ‘Il Grande Esodo’ (De Grote Exodus) rechtstreeks uit. Hij had de tv-rechten van de wedstrijd al voor een miljard lire verkocht en de prijzen voor reclamespotjes stegen naar recordhoogtes. De tegenstander was het sterke en verrassende Steaua Boekarest. De Roemeense dictator Ceausescu had verordonneerd dat er geen fans naar Barcelona mochten. Het was crisis in Roemenië en ze zouden vast vluchten of het regime beschamen door de internationale pers leugens over zijn wreedheid te vertellen. De grote ster was Gheorghe Hagi. Hij leidde Steaua naar een recordserie in de competitie van meer dan honderd ongeslagen wedstrijden. De andere belangrijke man van Steaua was Valentin Ceausescu, de zoon van de dictator. Hij zorgde er als manager voor dat zijn club altijd de beste spelers had en de scheidsrechters floten meestal pro-Steaua.
Er zaten 97.000 toeschouwers in Camp Nou.
Gullit stond ondanks zijn blessure in de basis. Hij scoorde na een kwartier. Na een half uur gaf Tassotti voor vanaf rechts. Van Basten kwam voor zijn tegenstander en kopte hard en zuiver in. Gullit maakte na een half uur de 3-0 met een beheerste volley. Van Basten scoorde vlak na rust 4-0. Gullit werd een paar minuten later gewisseld omdat zijn blessure nooit verdwenen was. Hij had een van de beste wedstrijden uit zijn loopbaan gespeeld en kreeg een staande ovatie. Milan kreeg nog meer kansen, maar het bleef 4-0. Van Basten droeg de zege op aan Berlusconi en hij noemde hem ‘Il nostro primo tifoso’, onze eerste fan. Berlusconi zei tegen een verslaggever dat Italië een voorbeeld moest nemen aan AC Milan. In zijn biografie noemde hij de wedstrijd ‘een ware openbaring’ en ‘een beslissend moment in de ontwikkeling van het nieuwe AC Milan’. Het was het ‘sterkste team ter wereld, met een praktisch volmaakte speltechniek’.
Duizenden fans gingen naar het spelershotel.
Sacchi’s zeer sterke Milan vernietigde het Roemeense team door de Holland se symfonie
Berlusconi gaf een speech vanaf het balkon. Hij voelde zich ‘als een jonge Mussolini’, zou hij later zeggen. Op de voorpagina van de Corriere della Sera stond: ‘Milan overweldigend’. In de onderkop onthulde Berlusconi: ‘Ik wist dat het zo zou af lopen.’ In andere kranten stonden lange stukken over ‘Il grande Milan degli olandesi’ en ‘I fuoriclasse olandesi’ (de buitenklasse-Hollanders). Steaua-doelman Lung zei: ‘Nooit in mijn leven kreeg ik zoveel schoten te verwerken.
Een journalist van La Gazzetta dello Sport schreef: ‘Sacchi’s zeer sterke Milan vernietigde het Roemeense team door de Hollandse symfonie’. De roze krant gaf Rijkaard een 8 en Gullit en Van Basten een 9. De West-Duitse scheidsrechter Tritschler vroeg Van Basten of hij alsjeblieft zijn shirt mocht hebben. Il Miraculo Marco stond aan de absolute top en hij was pas 24.
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- Getty Images