Premium

Broedermoord in winkelcentrum Nijmegen

Wanneer Björn en Gjordan D. Café Istanbul in de Nijmeegse wijk Dukenburg binnenstappen, volgt een geweldsexplosie. Twee broers van Marokkaanse afkomst worden in het bloedbad doorzeefd met achttien kogels. Het zoveelste bewijs dat niet alleen in de coke-, meth- of heroïnewereld met het leven wordt gespot, maar dat het ook in de hennepteelt gruwelijk uit de hand kan lopen.

Pulp Fiction in Dukenburg

Winkelcentrum Malvert staat tegenover een flatgebouw in Nijmegen Dukenburg, een wijk met 22.000 inwoners. Bezoekers kunnen er naar de Jumbo of naar de Turkse supermarkt Bizim, op een groot reclamebord staat ‘Gazelle zit als gegoten’. In het gebouwtje naast pizzeria/cafetaria Portofino (‘Broodjes, snacks, shoarma, döner, friet’) zat ruim dertig jaar een cafeetje. Volgens buurtbewoners werd het bezocht door ‘foute types’ en er waren sterke vermoedens dat er om hoge bedragen werd gegokt. ‘Jonge knapen’ reden langs in sportauto’s, er dreunde rapmuziek uit de boxen, ze droegen juwelen en dure merkkleding. Ze hingen rond op de parkeerplaatsen en wisselden pakketjes uit. Een omwonende noemde het ‘een niet-pluis café’.

Sjaak Scheepers van rijwielspecialist Scheepers had lang overlast van de cafébezoekers, maar vanaf 2014 ging het beter onder de nieuwe uitbater Ismaël, een Nijmegenaar van Turkse afkomst. Ismaël is de zoon van buurman Sefir, de eigenaar van Portofino. Hij knapte het cafétje op en de omwonenden kregen de hoop dat het eindelijk rustig en veilig zou worden in winkelcentrum Malvert. Toch ging het op een fraaie lentedag gruwelijk fout en niemand had gedacht dat het vijf jaar geleden op zo’n manier uit de hand zou lopen.

9 mei 2016 - Doodsbedreigingen voor Björn

De Porsche stopt bij het winkelcentrum. Twee mannen stappen uit en gaan naar de overkant. Op een ruit staat in rode letters ‘Café Istanbul’. De witte deur wordt geopend. Björn D. en zijn broer Gjordan lopen zo stoer mogelijk naar binnen. De gordijnen zijn rood en oud, het bord met

‘Open’ hangt schuin. Het is 12.20 uur, maandagmiddag. De zon schijnt, de lucht is blauw. Nijmegenaren lopen in T-shirts, topjes, rokjes of korte broeken naar het winkelcentrum.

Björn D. is 36 jaar. Hij was tot 2008 de eigenaar van een growshop, klanten konden daar spullen kopen om wiet te kweken. Hij is bekend in de hennepwereld en werd al eens veroordeeld. Hij kickbokste vroeger veel en heeft voor de zekerheid een boksbeugel meegenomen. Björn kreeg die ochtend een telefoontje van Ismaël, de Turkse Nijmegenaar die sinds een paar jaar de uitbater van Café Istanbul is. Björn moest zo snel mogelijk naar winkelcentrum Malvert komen. Najim Echargui en zijn broer Othman wilden praten over de vete die ze met Björn en zijn zes jaar oudere broer Gjordan hadden. Het werd tijd dat de ruzie over gestolen wiet werd opgelost, niemand had baat bij een nieuwe escalatie.

Björn beloofde te komen, maar dan wel met zijn broer Gjordan als bodyguard, beveiliger en vertrouweling. Volgens Najims en Othmans oudere zus waren haar broers ‘lief, grappig en behulpzaam’. Anderen zijn het niet met die beschrijving eens. Othman en Najim kregen in februari 2013 ruzie met een groep Turkse Nijmegenaren, Othman deelde klappen uit. De dag erna reden Najim, Othman en een derde man door Nijmegen in een blauwe Volkswagen Golf. Najim zat achter het stuur, Othman was zijn bijrijder. Bij een verkeerslicht stopte er naast de Golf een Mazda met de mannen van de avond ervoor. De Mazda en de Volkswagen reden naar een parkeerplaats bij de Hatertseweg. Othman pakte zijn pistool en schoot op de mannen. Het was een wonder dat er geen doden vielen, maar een jongen van twintig werd in zijn arm en been geraakt. De Echarguis werden gearresteerd, de rechtszaak was in 2014. Najim werd vrijgesproken, Othman kreeg zes jaar voor driedubbele poging tot doodslag. Hij ging in beroep en mocht die zitting in vrijheid afwachten.

Omstanders praten met de politie na de tweevoudige moord in het Nijmeegse winkelcentrum Malvert.

Othman en Najim gingen gewoon door met hun criminele activiteiten. Op 16 februari 2016 stonden ze volgens de politie met zeven andere mannen voor een rijtjeshuis in het Noord-Brabantse Ossendrecht. Het was rond 01.00 uur en de deur bleef dicht. Dat was vreemd en vervelend, want een Bulgaarse vrouw die daar hennep knipte, had toch echt beloofd open te doen. Dan zouden de rovers met haar hulp naar binnen gaan en de wietplanten van de Ossendrechtse kweker Ulas Iskar roven.

Het raam werd opengebroken met een koevoet en een schroevendraaier. Een paar Bulgaren klommen erdoorheen en deden open voor de anderen. Ulas Iskar werd wakker en ging naar beneden. Een buurtbewoner hoorde om 01.27 uur drie schoten. De hennepkweker lag in een plas bloed en was dood. De mannen renden via de Ossendrechtseweg naar het Kerkplein. Ze stapten in auto’s en vluchtten. Rechercheurs arresteerden in 2017 per toeval een Bulgaarse medeverdachte. Hij zei dat de broers Echargui de leiders waren en hun neef Karim was ook mee. Najim had volgens hem tegen alle afspraken in de trekker overgehaald. De Bulgaren wisten dat hij een pistool had meegenomen en de rippers hadden vooraf afgesproken geen geweld te gebruiken. Onder de nagels van het slachtoffer werd Najims dna gevonden.

Othman en Najim ripten volgens de rechtbankpapieren een paar maanden na de roof in Ossendrecht een wiethok van Björn D. in de Nijmeegse wijk Weezenhof. Op 8 mei 2016 gingen Björn en Najim elkaar te lijf bij het Esso-station naast winkelcentrum Malvert. Een paar uur later stonden de Echarguis voor Björns huis. Ze hadden wapens bij zich en schreeuwden doodsbedreigingen naar Björn en zijn vrouw. Björn was geen verklikker, maar hij ging naar de politie om aangifte te doen. Zijn gezin en hij hadden bescherming nodig, en snel. Antwoord van een agent: kom over een week maar terug.

7 november 2017 - Enge meneer

Björn D. zit naast zijn broer Gjordan voor een pro-formazitting. Het is volgens Björn ‘vreselijk’ wat er is gebeurd in Café Istanbul, ‘maar godzijdank heeft mijn broer dat gedaan’. Het was ‘alsof we in een slechte B-film waren beland’ en dat zit hij nu nog steeds. Die broers waren gestoord en vooral Najim stond de dag voor de schietpartij als een gek te schreeuwen voor hun huis. Björn leeft, maar hij is ook dood en zijn stem slaat over als hij zegt: ‘Mijn gezin is stuk. Mijn dochter is bij ons weg, mijn vrouw doet zelfs overdag de deur op slot en mijn zoontje van vier wordt nog steeds ‘s nachts wakker omdat hij droomt over die enge meneer.’

8 Mei 2016 - Undercoveragent A-4088

Twan van Z. is een grote, kale man van bijna vijftig die graag een trainingspak draagt. Hij woont in een rijtjeshuis in de Nijmeegse wijk Neerbosch-Oost, heeft een bijstandsuitkering, maar repareert auto’s, doet zwart klusjes en handelt volgens justitie in wiet, gestolen spullen en wapens. Zijn vriendin Nancy heeft een wietkeldertje dat niet veel oplevert.
Op 8 mei 2016 wordt er bij hem aangebeld door een Nijmeegse Marokkaan die hij goed kent. De bezoeker vertelt dat zijn neven Najim en Othman wat problemen hebben en Twan verkoopt twee Tokarev-pistolen en twee dozen munitie. Een paar uur later wordt er weer gebeld. Twan doet weer open. Hij herkent Björn en Gjordan D., die zeggen: ‘Twan, we krijgen oorlog. Heb je materiaal?’ Tuurlijk jongens. En hij verkoopt ook deze broers Tokarevs en munitie. Kon hij het weten dat het de dag erna zo uit de hand zou lopen? Hij wist niet eens dat ze ruzie hadden.

Björn gaat naar de politie om aangifte te doen. Zijn gezin en hij hebben snel bescherming nodig. Antwoord van een agent: kom over een week maar terug

Twan vertelt dit op dinsdag 18 februari 2018 in de Nijmeegse wijk Hatert aan zijn vermeende vriend en xtc-dealer Vladimir, voor wie hij klusjes doet. Koffie erbij, ouwehoeren over werk, het leven. Groot probleem voor Twan van Z.: zijn vermeende vriend Vladimir is in werkelijkheid undercoveragent A-4088.

19 februari 2018 - Schuim op de mond

Björn D. zit naast Gjordan in het Arnhemse Paleis van Justitie voor de inhoudelijke zitting. De ene broer is kaal en heeft meer rimpels, de ander draagt een bril en is wat dikker. Beiden zijn goed gekleed: jasje, trui, wit overhemd eronder. Rechtbankvoorzitter Ludo Goossens vraagt:

‘Wat voel je als je twee mensen opeens dood op de grond ziet liggen?’ Björn D. noemt dat ‘zó onwerkelijk, alsof je buiten jezelf bent getreden’. Hij zag f larden en heeft ‘geen helder beeld, geen film’. Hij wenst dit niemand toe en slaapt geen nacht meer helemaal door.

Het ging volgens hem bij binnenkomst meteen al mis. De Echarguis wilden helemaal niet praten. Ze waren ‘hondsdolle psychopaten met het schuim op de mond’ en bedreigden Björn en zijn vrouw wederom met de dood, Najim had al een paar Amsterdammers gebeld. Björn stelde voor het uit te praten. Antwoord van Najim: ‘Wollah, je gaat zien: je gaat dood.’

De politie zet de omgeving van Café Istanbul af met linten.

Hij had zelf alleen een boksbeugel mee en wist niet dat zijn broer een pistool had meegenomen, maar daar was hij achteraf wel blij mee. Anders had hij hier nu niet gezeten. Gjordan beaamt de woorden van zijn broer. Hij zag hoe Björn langzaam door de Echarguis werd ingesloten en hij hoorde ze roepen: ‘Nu, nu!’ Had hij dan moeten toekijken hoe ze Björn zouden afmaken? Gjordan zag ‘de dood in hun ogen’ en hij dacht: ze gaan mijn broertje vermoorden. Hij wilde niet schieten, maar kon niet anders. Het waren ‘koude, kille monsters’. Ze zouden niet alleen Björn, maar ook hem hebben vermoord.

9 mei 2016 - Beelden van de schietpartij

Ismaël D. staat achter de bar van Café Istanbul. Achter hem hangt een beveiligingscamera. De broers zien de broers. Othman is 34 en draagt een poloshirt, Najim is twee jaar jonger. Björn en Gjordan gaan om iets voor 12.30 uur even naar buiten en keren terug in het café. Gjordan pakt bij binnenkomst een Tokarev 9mm-pistool. Othman grijpt Ismaël met twee handen vast om hem als schild te gebruiken en vanaf dan breekt

‘de hel los’, zal Björn later zeggen. Ismaël, Björn en Gjordan verlaten Café Istanbul na tien minuten en lopen naar de parkeerplaats van het winkelcentrum. Na kort overleg keren ze terug naar het café. Ismaël stapt over een lichaam en pakt het opname-apparaat. Hij stapt in zijn auto en rijdt naar een viaduct bij het Maas-Waalkanaal. Een bedrijf uit de buurt maakt daar opnames van en de Porsche van Björn D. wordt ook gefilmd. Een fietser hoort een plons en ziet drie mannen naast een Porsche bij het water staan. Ze vindt het verdacht en belt de politie. Agenten rijden naar het kanaal. Ze zien iets drijven en trekken het de kant op. Het is een opname-apparaat met beelden van de schietpartij.

19 februari 2018 - Meteen in de schiethouding

Op schermen in de rechtszaal verschijnen de herstelde camerabeelden van de schietpartij. Fragmenten worden stilgezet, teruggespoeld en keer op keer herhaald. Wat is er te zien, wie is er begonnen? Gjordan komt in beeld. Hij loopt het café binnen met een Tokarev in zijn hand en staat meteen in schiethouding. Gjordan schiet op Najim, die naar zijn broeksband grijpt. Björn springt achteruit. Najim wordt geraakt en valt op de grond. Gjordan houdt het wapen voor zich en loopt verder het café in. Een gordijn beweegt. Er vliegt een huls voorbij. Gjordan wil opnieuw schieten, maar zijn Tokarev blokkeert. Hij rent naar het wapen dat Najim heeft laten vallen en grijpt het voor Najim het kan oprapen. Hij staat op en schiet op het bovenlichaam van Najim en in zijn hoofd. Othman staat nog steeds met café-uitbater Ismaël in zijn armen. Gjordan schiet hem neer met twee of drie kogels, Othman valt op zijn buik, Gjordan stapt half over hem heen en vuurt van dichtbij in zijn rug. Björn en Ismaël gaan naar buiten. Gjordan volgt iets daarna. Ismaël keert terug naar binnen en loopt naar het opnameapparaat. Het beeld begint te trillen en de tape stopt.

Björn staat niet-schietend op de beelden. Toch heeft hij volgens de aanklager wel geschoten. Dat zou betekenen dat hij heeft gelogen.

9 mei 2016 - 25 rechercheurs

Er rijden agenten naar winkelcentrum Malvert. Op de vloer liggen twee mannen. De aansluiting van de opnameapparatuur is gedemonteerd. Café Istanbul wordt afgezet met linten en schermen, buurtbewoners in zomerkleding proberen vanaf een afstand te zien wat er gebeurt. Boven Malvert vliegt een helikopter. In de winkels is het stil, de kapper heeft geen klanten omdat alle afspraken zijn afgezegd.

Er worden 25 rechercheurs op de zaak gezet. Politiewoordvoerder Jeroen Valk zegt tegen een journalist: ‘We hebben groot opgetuigd.’ Het onderzoek krijgt de naam ‘Chili’. Een rechercheur vindt een pasje van Basic-Fit met ‘Björn D.’. Omstanders huilen, schreeuwen. Woordvoerder Valk snapt dat. ‘Zij hebben mogelijk iemand verloren.’ Najims en Othmans broer Omar probeert door de linten te komen. Agenten houden hem tegen, Omar Echargui schreeuwt met tranen in zijn ogen: ‘Mijn broers liggen daarbinnen!’ Vrienden proberen hem te troosten en te kalmeren. Björn en Gjordan zijn dan in een hotel in het Brabantse Nuland. Daar worden ze in de nacht gearresteerd. Björn ontkent te hebben geschoten en wordt vrijgelaten. Gjordan zegt beide Echarguis te hebben gedood en blijft vastzitten.

Volgens Gjordan wilde hij niet schieten, maar kón hij niet anders. Hij dacht: ze gaan mijn broer vermoorden. ‘Het waren koude, kille monsters’

De hashtag #Malvertmoorden wordt trending. In Nijmeegse wijken als Dukenburg en Weezenhof gaan bijna alle gesprekken over de zaak. Er wordt gefluisterd dat de Echarguis de kofferbak van Björns Porsche hadden opengebroken, daar zouden de sleutels van wiethokken liggen. Ze vonden niets, braken de motorkap open en stalen een tas vol sleutels. Buurtbewoners keken uit het raam en zagen de roof. Andere versie: ze hadden een vete met de neef van de gebroeders Echargui, een bekende ripper. Die had hun wiethokken leeggehaald en daar ontstond het conflict over.

19 februari 2018 - Schande voor de rechtsstaat

Het is middag in het Arnhemse Paleis van Justitie. Inez Weski, advocaat van Björn D., wil iets zeggen over de undercoveractie van de recherche. Het zou een schande voor de rechtsstaat zijn als Björn en Gjordan op basis van dit theater zouden worden veroordeeld. Café-uitbater Ismaël had inderdaad wat belastende dingen over haar cliënt gezegd, maar hij was doodsbang door wat er een paar maanden maanden na de schietpartij was gebeurd en hij wist die dag tamelijk zeker vermoord te worden.

12 juli 2016 - Omsingeld in een steeg

Ismaël D. loopt over de Gladiolenweg in Nijmegen als er op hoge snelheid een Audi A8 met een Belgisch kenteken komt aangereden. Het is een dure wagen, die zie je niet zo vaak in deze buurt. De Audi lijkt tegen een boompje aan te rijden, Ismaël probeert de chauffeur te waarschuwen. De wagen stopt, er stappen drie mannen met een Marokkaans uiterlijk uit. Ismaël omschrijft ze als ‘grote jongens, allemaal, ja hoe zal ik het zeggen, twee bij twee denk ik’. Dat zijn vast zware criminelen, misschien wel huurmoordenaars. Een van hen spreekt alleen Frans, een bevestiging voor Ismaël dat de mannen zijn gestuurd om hem pijn te doen. Ze omsingelen hem in een steeg, hij schrikt, trilt, zweet. Hij is al meerdere malen bedreigd omdat de gebroeders Echargui in zijn café zijn doodgeschoten, Ismaël zou vast de volgende zijn. Rustig, rustig, ze willen alleen maar even praten. ‘We komen in vrede.’ Het zit zo: ze hadden wapens geleverd aan Najim en Othman en wilden weten wat er die 9de mei was gebeurd. Wie hadden er trouwens geschoten in dat cafeetje van hem? Hadden beide witte mannen een wapen bij zich? ‘Nou?’ De grootste man zegt: ‘Luister Ismaël, de volgende keer kom ik niet, dan komen er andere mensen. Dan is je hele gezin in gevaar.’

Het interieur van Café Istanbul wordt grondig doorzocht.

Ismaël vertelt dat de oudste broer Gjordan als eerste had geschoten. Najim pakte pas daarna een pistool uit zijn broeksband en ‘ook de jongste’ broer D. had schoten gelost. Dat lijkt precies wat de mannen willen horen. Ze stappen in de Audi en rijden weg.

De drie mannen zijn undercoveragenten. De verklaring van Ismaël bevestigt voor het OM dat de versie van de gebroeders D. over de schietpartij niet klopt en Björn wordt gearresteerd.

20/21 februari 2018 - Tussen hun graven

De officier van justitie is kaal en draagt een ronde bril. Zijn strafeis: vijftien en zeventien jaar. Björn heeft volgens hem wel degelijk geschoten, daar is technisch bewijs voor en Ismaël D. heeft dit bevestigd tegen de undercoveragenten. Het was geen moord, maar dubbele doodslag en hij zegt:

‘De broers gingen niet naar het café om de broers dood te schieten en er was onderling ook geen afspraak. Gjordan is begonnen en wellicht is de schietpartij Björn overkomen. Maar het is niet minder strafbaar.’

Najim heeft ‘bijgedragen aan de verruwing van het conflict’. Hij had Björn meerdere malen met de dood bedreigd en ‘zelfs Björns gezin werd niet ontzien’. De Pulp Fiction-achtige schietpartij in

Café Istanbul bevestigt volgens de officier dat de wereld van de hennepteelt even gevaarlijk is als de coke-, meth- of heroïnewereld en hij zegt: ‘Dit treffen is een voorbeeld van een geweldsexplosie in het criminele drugsmilieu. Met verdachten en slachtoffers, ieder met een strafblad die hun dispuut uitvechten in een openbare ruimte met intimidatie, doodsbedreigingen en vuurwapens. Dit is hoe zware criminaliteit eruitziet in een provinciestad als Nijmegen.’

Een medewerkster van slachtofferhulp leest namens de familie Echargui een verklaring voor. De oudste zus kan niet meer tot haar ouders doordringen. Haar vader staat vaak bij een basisschool te kijken hoe ouders hun kinderen ophalen, in gedachten doet hij dat met Najim en Othman. Haar moeder praat in Nijmegen tegen de foto’s van haar zoons, in Marokko zit ze soms de hele dag tussen hun graven. Haar gezondheid gaat verder achteruit, maar ze wil toch niet meer leven. De zus zegt: ‘We hebben niet alleen onze broertjes verloren, maar ook onze ouders.’

De broers krijgen het laatste woord. Gjordan noemt het ‘vreselijk’ wat hij heeft gedaan, ‘maar als ik mijn wapen niet had getrokken, dan hadden niet zij, maar mijn broertje en ik dood op de grond gelegen’. Hij heeft ‘alles te verliezen’. Hij is de mantelzorger van zijn ernstig gehandicapte dochter. Ze kan elk moment overlijden en ‘heeft mij heel hard nodig’. Björn wil dat de politie zijn familie beschermt en zegt: ‘Dinsdag na de zitting is mijn vrouw hier buiten op straat bedreigd. Dit moet ophouden. Ze moet in een kogelvrij vest de hondjes uitlaten. Mijn gezin leeft in pure angst.’

Mei 2021 - Achttien jaar cel

Björn en Gjordan D. zitten in de cel in de Penitentiaire Inrichting in Arnhem. Daar zullen ze nog een hele tijd moeten blijven. Ze tekenden beroep aan tegen de vijftien en zestien jaar gevangenisstraf. De zitting was in het voorjaar van 2020 in het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De advocaat-generaal deed zijn mondkapje af en noemde de schietpartij een ‘afschuwelijke daad’. Zijn eis: achttien jaar cel voor beide broers. De broers Echargui waren in vijftien seconden doorzeefd met achttien kogels en ‘uit de verklaringen van de verdachten na de schietpartij blijkt niet dat zij op enig moment spijt of wroeging hebben gevoeld. Sterker nog: ze vinden het goed dat het zo gelopen was’.

De gebroeders D. kregen de geëiste straf. Ze hadden volgens het hof allebei van korte afstand geschoten, terwijl Najim en Othman al uitgeschakeld op de grond lagen. Hun daad was ‘kil en meedogenloos’ en ze deden er daarna alles aan hun sporen te wissen. Ze wisselden van kleren en maakten ‘samen het bewijsmateriaal zoek’.

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct