‘Ik heb al drie dagen niets gegeten. Ik drink alleen nog maar sapjes.’
‘Mijn adem ruikt naar stinkdierzaad. Mijn adem ruikt naar een strontvlieg die het alfabet boert. Ik ben een monster’
Mijn vrouw wilde 2022 gezonder beginnen en daardoor heb ik al drie dagen niets gegeten. Ik drink alleen nog maar sapjes. Het zijn speciale sapjes, maar ze smaken niet speciaal. Per dag moet ik negen sapjes drinken. Ze hebben allemaal leuke namen. Die waar veel wortel inzit, heet Rabbit en die waar veel biet inzit, heet, tromgeroffel: Just beat it.
Mijn vrouw zegt dat de sapjes mij een stap dichterbij een gezonde en gelukkige levensstijl zullen brengen. Ze is van mening dat het belangrijk is dat ik mijn lichaam en geest in balans probeer te houden. Ik heb dat nooit helemaal begrepen. Mijn geest is minimaal 75 procent van wie ik ben en wat ik doe. Mijn lichaam is maar een kwart van dat wat ik wil zijn. Mijn lichaam is de kruiwagen, maar ik hecht meer waarde aan de inhoud van de kruiwagen. Mijn wortels en mijn bieten. Ik wil dus helemaal niet dat mijn lichaam en geest volmaakt in balans zijn. Ik wil juist dat de weegschaal in beweging blijft. Als schrijver heb je niets aan balans. Alles moet wankelen. Ik moet mijn ziel zeeziek maken en A4’tjes onderkotsen. Balans is slecht voor mijn bankrekening.
Maar ja, ik heb dus al drie dagen niets gegeten. Ik zou een moord doen voor een omelet met spinazie en kaas. Ik zou een moord doen voor een broodje shoarma. Shit, ik zou zelfs een moord doen voor een doosje biologische rozijnen. En toch moet ik, als ik heel eerlijk ben, toegeven dat ik me niet beroerd voel. Ik ben wat licht in het hoofd en ik heb spierpijn op plekken waar helemaal geen spieren zitten, maar ik kan mijn lichaam horen spinnen.
Alleen is de geur die uit mijn mond opdoemt wel een dingetje. En ik mag geen pepermuntje nemen, want dat is valsspelen. Een pepermuntje kan de balans verstoren. Dus poets ik mijn tanden veertien keer per dag. Maar dit helpt niet. Als ik nu tegen mijn hand adem, kan ik mijn vingerkootjes horen kokhalzen. Zo erg is het. Mijn adem ruikt naar zwerversgips. Mijn adem ruikt naar stinkdierzaad. Mijn adem ruikt naar een strontvlieg die het alfabet boert. Ik ben een monster. Een uitermate gezond monster.
Voor mijn neus staat het laatste sapje van de kuur. Ik kan geen sap meer zien. Sapjes zijn nooit hartig of bouillonachtig. Nee. Of ze zijn mierzoet of ze zijn apezuur. Ik heb simpelweg zout nodig. Het leven is een koude bedoening en zout verlaagt het vriespunt met een paar graden. Zout lost alles op. Zoute popcorn maakt van een slechte film een goede film. De zoute zee maakt van een probleemhuid een perzikhuid. Zout lost alles op.
‘Maar hoe voel je je?’ vraagt mijn vrouw als ze thuiskomt.
Ik ga op één been staan en spreid mijn armen. ‘In balans, mijn lieve schat,’ zeg ik, terwijl ik als een onwankelbaar standbeeld in onze huiskamer sta.
Ben jij ook zo iemand die graag haantje de voorste is? Mooi. Volg Nieuwe Revu dan op Facebook, dan krijg je de columns altijd als eerste te zien. Of abonneer op onze nieuwsbrief. Sturen we onze beste artikelen gewoon naar je toe.
- iStock